Vaccinatiegraad onder kinderen in Den Haag nog nooit zo gevaarlijk laag
In Den Haag keldert de vaccinatiegraad onder kinderen voor twaalf ernstige infectieziekten als mazelen, de bof, kinkhoest en polio. Over de hele stad is de vaccinatiegraad met 10 procentpunt gedaald sinds 2020.
In de drie andere grote steden is een soortgelijke trend zichtbaar, maar in Den Haag wordt voor het eerst in geen enkele wijk nog de minimaal nodige vaccinatiegraad van 90 procent gehaald, blijkt uit de wijkcijfers van GGD Haaglanden.
In vier wijken wordt zelfs slechts een vaccinatiegraad tussen 59 en 69 procent gehaald. Voor mazelen is een vaccinatiegraad van 95 procent nodig om uitbraken te voorkomen. Het gaat om de wijken Groente- en Fruitmarkt, Transvaalskwartier, de Schildersbuurt en het centrum.
Niet alleen armere wijken
In deze relatief armere delen van de stad is de vaccinatiebereidheid historisch altijd al significant lager geweest. "Dat is altijd een grote zorg van ons geweest", zegt wethouder Hilbert Bredemeijer. "Maar we zien nu voor het eerst dat de scepsis of het wantrouwen tegenover vaccineren een probleem in de hele stad is geworden."
Want ook in wijken als het Zeehelden- en Regentessekwartier, waar voornamelijk mensen met een hoger inkomen wonen, is de vaccinatiegraad sterk gedaald, naar 75 en 77 procent.
Het pandemie-effect
De gemeente en de GGD vermoeden dat de felle maatschappelijke discussie over de veiligheid en het nut van de coronavaccins twijfel heeft gezaaid onder mensen die een paar jaar geleden nog achter vaccins voor kinderen stonden.
"We hebben als maatschappij kennelijk niet meer goed in de gaten waarvoor we het doen", zegt Bredemeijer. "De mazelen is een bijna vergeten ziekte, maar kan ernstige gevolgen hebben voor met name kleine kinderen, van oogontstekingen tot mogelijk zelfs hersenvliesontstekingen."
Overigens is de daling van het aantal vaccinaties bij pasgeborenen en kleuters minder scherp dan bij schoolgaande kinderen (10 jaar oud). Kennelijk vinden relatief veel ouders bescherming voor hun kleine kinderen voor onder andere difterie, kinkhoest, tetanus en polio, nog steeds belangrijk. Toch is ook hier de dalende vaccinatiegraad duidelijk zichtbaar.
Bij de herhaalprik voor difterie, tetanus en polio bij 10-jarigen zijn de zorgen bij ouders kennelijk beduidend minder groot. In wijken waar de vaccinatiegraad historisch gezien altijd laag is geweest, zoals het Centrum en het Laakkwartier, is de vaccinatiegraad rond de 62 procent.
De gemeente vindt dit extra zorgwekkend omdat in deze wijken veel kinderen opgroeien en er dus grotere risico's op uitbraken kunnen zijn.
Dat is niet anders voor de herhaalprikken tegen de bof, mazelen en rode hond. Ook in wijken als het Zeehelden- en Regentessekwartier is de vaccinatiegraad onder 10-jarigen veel te laag om uitbraken uit te sluiten: 77 en 70 procent.
Het verbaast de wethouder dat er ondanks deze cijfers nog geen uitbraken van infectieziekten zijn geweest. "Het lijkt mij een kwestie van tijd voordat het gaat gebeuren. Eigenlijk staat dat met de huidige situatie voor mij vast."
De gemeente kondigt daarom een reeks maatregelen aan. Sinds begin dit jaar kunnen kinderen in Den Haag op alle negen locaties van het Centrum Jeugd en Gezin een vaccin krijgen. Vroeger kon dat alleen in het eigen stadsdeel. Op deze manier moet worden voorkomen dat ouders te lang met hun kinderen moeten wachten.
Daarnaast wil de gemeente investeren in meer prikmogelijkheden, vooral in de wijken waar veel kinderen wonen.
Ook voorlichting in samenwerking met sleutelfiguren, bijvoorbeeld imams, moet een verschil gaan maken. Deze mensen blijken soms goed in staat om door te dringen tot mensen die vanwege religieuze redenen of wantrouwen jegens wetenschap of overheid tegen vaccinaties zijn. GGD Haaglanden gaat die taak nadrukkelijker op zich nemen.
Moeilijk te overtuigen groepen
Bredemeijer hoopt dat de maatregelen voldoende zullen helpen, maar erkent dat het gecompliceerd vraagstuk is. "Er zijn nu nieuwe groepen bijgekomen. En dat zijn onder andere mensen die hoogopgeleid zijn, zelf de wetenschap interpreteren en het dan beter denken te weten. Hoe moeten we die overtuigen? Dat is ontzettend ingewikkeld."
Hij pleit ervoor dat het kabinet, demissionair of niet, een grote publiekscampagne begint. "Dit speelt in het hele land. We moeten weer aan iedereen uitleggen hoeveel de vaccinaties sinds de invoering van het Rijksvaccinatieprogramma in 1957 voor onze gezondheid hebben betekend. Ziektes als polio en de mazelen zijn uit het straatbeeld verdwenen."