Veelbesproken datum slavernijexcuses aangebroken, wat kunnen we verwachten?
Premier Rutte houdt vandaag een toespraak over het slavernijverleden, en namens de Nederlandse Staat zal hij daarvoor mogelijk excuses aanbieden. Wat we kunnen verwachten en wat er de laatste tijd te doen was over de excuses lees je hieronder.
Wat gebeurt er vandaag?
Rutte spreekt om 15.00 uur. De toespraak over het Nederlands slavernijverleden is in het Nationaal Archief in Den Haag. De premier gaat in op het rapport Ketenen van het verleden van het Adviescollege Dialooggroep Slavernijverleden. Daarin krijgt het kabinet het advies om excuses te maken.
Rutte en vicepremier Kaag hebben gezegd dat dit een "betekenisvol moment" wordt. Alles wijst erop dat er inderdaad excuses worden uitgesproken, maar formeel is dat nog niet bevestigd.
Na de toespraak gaan bewindspersonen in gesprek met betrokkenen op zeven verschillende locaties, waaronder Suriname.
Wie is waar?
Bij de toespraak in het Nationaal Archief zijn de leden van het Adviescollege Dialooggroep Slavernijverleden, vertegenwoordigers van de landen van het koninkrijk en Suriname en betrokkenen met wie het kabinet de afgelopen weken sprak aanwezig.
Ook zijn de vicepremiers Hoekstra, Kaag en Schouten en de ministers Bruins Slot (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) en Dijkgraaf (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) erbij.
In Suriname en op de zes eilanden van het Caribisch deel van het koninkrijk gaan, na de toespraak in Den Haag, leden van het kabinet op locatie in gesprek met aanwezigen.
- Minister Weerwind (Rechtsbescherming) in Suriname.
- Minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) op Bonaire.
- Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) op Sint-Maarten.
- Staatssecretaris Van der Burg (Justitie en Veiligheid) op Aruba.
- Staatssecretaris Van Huffelen (Koninkrijksrelaties en Digitalisering) op Curaçao.
- Staatssecretaris Van Ooijen (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) op Saba.
- Staatssecretaris Van Rij (Fiscaliteit en Belastingdienst) op Sint-Eustatius.
Wat is er gebeurd tijdens de slavernij? En welke rol speelde Nederland in deze pijnlijke geschiedenis? Bekijk het in onderstaande special:
Wat staat er in het rapport?
Het rapport van 217 pagina's, genaamd Ketenen van het verleden, is vorig jaar geschreven in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en gaat over de periode tussen de zeventiende eeuw en 1 juli 1863 (de dag dat de slavernij formeel werd afgeschaft) en de gevolgen van de slavernij.
De adviescommissie doet in het rapport een fors aantal aanbevelingen. Er staat dat Nederland zou moeten erkennen dat de slavernij en slavenhandel misdrijven tegen de menselijkheid waren en dat de gevolgen nog altijd voelbaar zijn. Ook moet het kabinet volgens de commissie opdracht geven voor een nationaal onderzoek naar het slavernijverleden en moet van 1 juli een nationale herdenkingsdag worden gemaakt.
Het onderwerp excuses komt ook uitgebreid aan bod in het rapport. Het advies gaat niet over een excuus vanuit individuele personen, maar vanuit de Staat als geheel. Als "rechtsopvolger van de eerdere Nederlanden" is het aan het huidige kabinet om excuses te maken voor het "direct of indirect toestaan" van de slavernij en slavenhandel, vindt het adviescollege. De commissie wijst er daarnaast op dat landen als Duitsland, België, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten al excuses hebben aangeboden.
Wie heeft kritiek op deze datum?
Eind november lekte uit dat het kabinet van plan is om vandaag excuses aan te bieden, in de aanloop naar het herdenkingsjaar 2023. Dat leidde tot verbazing en frustratie bij een aantal maatschappelijke organisaties en stichtingen. Het zit ze dwars dat de datum niet met hen is gedeeld en dat de spijtbetuiging "halsoverkop" leek te komen.
Zes organisaties stapten naar de rechter, maar werden in dit kort geding niet in het gelijk gesteld. Onder Nederlanders van Indonesische afkomst klonk bovendien de kritiek dat de excuses te veel gericht zijn op Suriname en het Caribisch gebied.
In Suriname zelf groeide daarnaast de onvrede: het Surinaamse Nationaal Comité Herdenking Slavernij wil dat het Nederlandse kabinet zich uitspreekt op 1 juli 2023. Dan is het precies 160 jaar geleden dat de slavernij in de Nederlandse koloniën officieel werd afgeschaft en 150 jaar geleden dat er ook in de praktijk een einde aan kwam. Om die reden is de datum voor velen van groot symbolisch belang.
Afgelopen weekend werd bekend dat Sint-Maarten excuses zal afwijzen.
Wat is het draagvlak in Nederland voor excuses?
Eind november bleek dat het aantal mensen dat vindt dat Nederland excuses moet maken voor het slavernijverleden is gegroeid, maar de grootste groep is er nog altijd op tegen. Dat werd duidelijk uit onderzoek van I&O Research in opdracht van de NOS.
38 procent van de ondervraagden is voor excuses, en 49 procent tegen. Vorig jaar was dat 31 procent en 55 procent. Die verschuiving is vooral toe te schrijven aan autochtone Nederlanders. Bij mensen met een migratieachtergrond is de steun voor excuses onveranderd groot: van de Surinamers en Antillianen in Nederland is twee derde voorstander.
Na weken van discussie over de excuses, vertellen Linda Nooitmeer (NiNsee) en Kenneth Stam (mede-oprichter Tilburgse slavernijmonument) wat dit moment voor hen betekent:
Waarom 19 december?
De afwegingen voor deze datum lijken vooral praktisch. Het kabinet wil excuses maken vóór het herdenkingsjaar 2023, omdat het volgens het kabinet raar is om zo'n belangrijk jaar in te gaan zonder dat er stelling is genomen. De datum heeft ook te maken met de agenda's van zeven bewindslieden. In december zijn minder dagen voorhanden om iets te plannen vanwege de feestdagen en beladen dagen, zoals 8 december (herdenking van de Decembermoorden uit 1982 in Suriname).
Ook beseft het kabinet dat nooit iedereen tevreden zal zijn, zei politiek verslaggever Xander van der Wulp. Ook na het lezen van het eisenpakket van diverse belangengroepen, is dat de conclusie.
Een vierde reden voor deze datum de onzekere politieke situatie. Als er een ander kabinet komt kan het aanbieden van excuses wel eens op de lange baan worden geschoven.