Toen we vrijdag aankwamen op Spitsbergen, viel mij vanuit het vliegtuigraam onmiddellijk op dat het fjord waar Longyearbyen aan ligt, helemaal ijsvrij is. Precies dertien jaar geleden was ik voor gletsjeronderzoek ook hier, in de grootste nederzetting van Spitsbergen. Toen reden we nog met sneeuwscooters over het ijs naar de overkant.
Ik vraag bioloog Kim Holmén - lange baard, roze muts - hoe hij zijn woonplaats in de afgelopen dertig jaar heeft zien veranderen. "De laatste keer dat het fjord hier dichtvroor, is inmiddels acht jaar geleden", zegt Holmén. "In de jaren 80, toen ik hier als jonge wetenschapper kwam, lag het ijs hier 's winters een meter dik. Het eerste schip van het seizoen arriveerde op 15 mei, op zijn vroegst. De hele winter lag Longyearbyen geïsoleerd."
Holmén zag het landschap en het weer hier ingrijpend veranderen: "Het sneeuwseizoen duurt korter, het is hier veel warmer, en het regent ook een stuk vaker."
Dat laatste hebben we toevallig gisterochtend ook gemerkt. Bij 2 graden boven nul miezerde het de hele ochtend. Afgelopen najaar viel er een recordhoeveelheid regen, met aardverschuivingen tot gevolg. Bovendien leidt regen in de winter ook tot een verhoogde kans op lawines die van de heuvels naar beneden komen, de woonwijken in.
'Vier keer per jaar geëvacueerd'
Twee maanden geleden was er weer een lawine, die een heel appartementenblok losrukte en een paar meter verderop neerzette. "Door die modderstromen en lawines moeten mensen soms vier keer per jaar geëvacueerd worden. Dat is niet alleen vervelend, maar de 2500 bewoners hier worden er ook onrustig van, bang zelfs. Er zijn twee jaar geleden ook al doden gevallen", vertelt Holmén.
Holmén brengt me naar een desolate, winderige plek bij het vliegveld. Vlak langs de rand van het strandje zie ik afgezaagde palen in de grond zitten. "Hier woonden vroeger goede vrienden van mij. Ik kwam hier vaak eten, op het terras".
Maar doordat het fjord niet meer dichtvriest, hebben golven vrij spel en wordt er meter na meter van de kust afgeslagen. Op de plaats van het terras gaapt nu een afgrond. De vrienden van Holmén hebben hun huis 75 meter verderop verplaatst.
"Ik ben bezorgd over alle veranderingen die ik zie. We hebben een grote verantwoordelijkheid door alle broeikasgassen die we hebben uitgestoten." Toch vindt Holmén zichzelf een optimist, vertelt hij. "We hebben ook geen andere keuze. We kunnen het tij keren, en daar moeten we met z'n allen nog lang aan werken."