'Val van Liverpool' hield De Munck nog maanden wakker: 'Zo zonde'
In de volgepakte arena in Liverpool had Loran de Munck een medaille voor het grijpen. Uitgerekend op het paard, het toestel waarmee zoveel Nederlandse turners een haat-liefdeverhouding hebben, liet De Munck zich van zijn beste kant zien met een geweldige oefening in zijn eerste WK-finale. Alleen nog toewerken naar de afsprong en de stunt was daar.
Maar toen, schijnbaar vanuit het niets, bogen zijn armen in de handstand, verloor hij de balans en buitelde hij - allesbehalve sierlijk - van het toestel. Het resultaat: een zesde plaats en een nét-niet-ervaring.
Aan de vooravond van een nieuw toernooi, de EK in Antalya, geeft De Munck het eerlijk toe: de val van Liverpool heeft hem lang dwarsgezeten. "Het blijft maanden in je hoofd ronddwalen. Tot in mijn slaap aan toe. Dan word je wakker en heeft die finale zich weer opnieuw afgespeeld in je dromen. Het is gewoon zo zonde wat daar is gebeurd. Die afsprong zou normaal goed moeten gaan."
Het besef van de gemiste kans drukte zwaar op de voltige-specialist, die eerder in 2022 juist zijn internationale doorbraak had beleefd met EK-zilver. "Het was alleen maar balen en malen in mijn hoofd. Je gaat ook denken: waar kwam het door? Was ik niet fit? Nee, dat was ik wel. Dus het heeft eigenlijk helemaal geen zin om er zo over na te denken."
Ik moet rustig blijven, in mijn eigen bubbel. Dat is de les die ik van mijn val heb geleerd.
Als hij nu - een half jaar na de WK - een oorzaak moet noemen, dan is het een gebrek aan ervaring in zo'n grote finale. "Er komt zo veel bij kijken, de druk. Dat heb ik een beetje onderschat, denk ik. De stress voor het lichaam. Het WK was toch meer beladen dan het EK."
"Maar goed, voor alles is een eerste keer. Die ervaring kan ik nu meenemen naar volgende wedstrijden. Ik weet nu hoe het is om daar te staan. Ik moet rustig blijven, in mijn eigen bubbel blijven, niet te veel bezig zijn met het publiek en de chaos. Dat is de les die ik ervan geleerd heb."
Antalya wordt knallen
Tijdens de EK in Antalya hoopt de 23-jarige De Munck het geleerde in de praktijk te brengen. Hij reist met ambities naar Turkije. Zijn oefening, die al goed was voor een hoge moeilijkheid, heeft hij nog wat verder uitgebreid.
"De moeilijkheid is verhoogd naar 6,5. Maar tegelijkertijd is hij makkelijker qua energie. Ik heb er een element uitgehaald, dat aan het eind zat, heel lang was en veel kracht kostte. In plaats daarvan komt een hele draai om een arm aan het begin."
Met die aanpassing hoopt De Munck een val als die in Liverpool te kunnen voorkomen tijdens de EK en ook volgend jaar op de Olympisch Spelen. Al is het voor de specialist zaak om eerst in Parijs te geraken. De eenvoudigste route is - op papier - die met het team. Dat zou tijdens de WK, dit najaar in Antwerpen, een olympisch ticket kunnen bemachtigen. Maar de teammissie staat op losse schroeven.
In aanloop naar de EK raakten twee sterkhouders van de ploeg, Jordi Hagenaar en Martijn de Veer, geblesseerd. Hagenaar kampt met rugklachten, De Veer heeft een kniekwetsuur. Zonder het duo wordt het behalen van een top-13-klassering op de EK, vereist om deel te mogen nemen aan de WK, een zware opgave.
Dun teampje
"Tot een paar weken geleden dacht ik: die top-13 is haalbaar. Maar nu is het echt een dun teampje, om eerlijk te zijn. Ik geloof er nog wel in, maar dan moeten we foutloos turnen." Als het team tijdens de EK buiten de top-13 eindigt, spat de olympische droom voor de ploeg uiteen en moet De Munck overschakelen naar 'plan B'.
"Dat zijn de World Cups. De beste twee per toestel in het wereldbekerklassement mogen naar de Spelen. Maar dan moet ik al die wereldbekers afgaan. Dat heb ik nog nooit gedaan. Dat scenario wil ik liever niet. Het is een heel lastig gevoel op dit moment en een nare situatie om in te zitten. Ik wil alles op alles zetten om de Spelen met het team te halen. Als iedereen gemotiveerd blijft, moet het lukken. En iedereen moet vooral heel blijven."