Uitspraak tegen Shell is uniek en verstrekkend, zeggen juristen
De uitspraak door de Haagse rechtbank vandaag in een klimaatzaak die was aangespannen door Milieudefensie, is uniek en verstrekkend. Dat zeggen juristen tegen de NOS. Shell heeft een zelfstandige verantwoordelijkheid om klimaatverandering aan te pakken, oordeelt de rechter. De uitspraak zal grote consequenties hebben voor andere bedrijven, zowel in eigen land als wereldwijd, denken ze.
Marjan Minnesma, directeur van Urgenda én jurist, noemt het vonnis een enorme klap voor de fossiele sector. "Dit zal een hausse aan andere rechtszaken geven, wereldwijd, dat durf ik wel te voorspellen. Ik weet dat er in andere landen organisaties in de startblokken staan om eveneens bedrijven voor de rechter te slepen." Niet alleen fossiele bedrijven, ook andere bedrijven die veel CO2 uitstoten, moeten zich zorgen maken, denkt ze.
Meer zaken?
"De rechter heeft gezegd dat je als bedrijf een eigen verantwoordelijkheid hebt, los van de regelgeving die door de overheid wordt opgelegd. Dat betekent dat je je als bedrijf niet meer kunt verschuilen achter de wet", zegt Minnesma. De uitspraak geeft volgens haar aan dat klimaatverandering zo ernstig aan het worden is, dat iedereen verantwoordelijkheid moet nemen.
Zo niet, dan dreigen dus nog veel meer rechtszaken. "Ook bijvoorbeeld in de luchtvaartsector kan je er eigenlijk op wachten. Vliegtuigen stoten ook veel CO2 uit, en de rechter heeft duidelijk uitgesproken dat er een norm is van 1,5 graad opwarming waar de wereld onder moet zien te blijven."
De directeur van Milieudefensie noemde het vonnis een 'signaal aan alle grote vervuilers':
Ook andere juristen beamen dat de gevolgen van de uitspraak groot zijn. "Verrassend en moedig", noemt Elbert de Jong, hoogleraar privaatrecht aan de Universiteit Utrecht, de uitspraak. "Juridisch is dit een unieke zaak", zegt hij, "vooral omdat het nog niet uitgekristalliseerd is hoe je bepaalde zaken moet wegen. Je had als rechter ook kunnen zeggen: het gaat om een bedrijf, in plaats van een overheid, punt."
Shell moet niet alleen z'n eigen uitstoot verlagen, maar heeft ook een inspanningsverplichting om de uitstoot van zijn klanten en toeleveranciers te verlagen. Dit betekent, zegt De Jong, dat Shell er bijvoorbeeld voor moet gaan zorgen dat zijn afnemers andere producten aangereikt krijgen met minder CO2-uitstoot. Bijvoorbeeld laadpalen en elektrische auto's.
Dat de rechter heeft gezegd dat Shell er direct mee aan de slag moet, ook al kan het bedrijf nog in hoger beroep, onderstreept volgens De Jong hoe belangrijk en ernstig de rechter het klimaatprobleem ziet. "Hiermee zegt de rechter eigenlijk: het is ons menens." Hoe uniek de uitspraak is, blijkt volgens hem ook uit het feit dat dit soort rechtszaken in de Verenigde Staten nog niet tot een overwinning voor milieuorganisaties hebben geleid, ook al lopen sommige nog.
Gewaagde uitspraak
"Deze zaak is net zo spectaculair als de Urgenda-zaak", zegt Gerrit van der Veen, bijzonder hoogleraar Milieurecht aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij heeft wel bedenkingen bij de uitspraak: "Een bedrijf dat eigenlijk gewoon doet wat het mag doen, het oppompen van olie en gas, wordt nu gedwongen om zijn werkzaamheden te halveren. Dat gaat erg ver."
Van der Veen noemt het een "gewaagde uitspraak", die hij niet had verwacht. "Betekent dit nu straks dat je iedere autorijder voor de rechter kan dagen, omdat hij in 2030 nog maar de helft mag uitstoten? Of mag iedereen straks nog maar de helft van de vliegkilometers afleggen?"
Het toenemende aantal klimaatzaken toont ook het falen van de politiek, vindt Marjan Minnesma. "De regering en het parlement horen mekaar scherp te houden. Maar dat doen ze niet voldoende. De wereld koerst af op drie graden opwarming. Dus de enige macht die overblijft om hier iets aan te doen is de rechterlijke macht."
Gesprek met Rutte
Wel heeft ze een dringend advies voor Milieudefensie. "Ze doen er goed aan om de vinger aan de pols te houden en elk jaar te checken of Shell op koers ligt om het doel te halen. Als Shell in 2030 op 45 procent reductie moet uitkomen, betekent dat elk jaar 4,5 procent naar beneden. Zo niet, anders weer naar de rechter."
Minnesma is door ervaring wijs geworden, zegt ze. De staat heeft tot bij de Hoge Raad verloren in de Urgenda-zaak, maar heeft nog altijd niet aan het doel voldaan, om uiterlijk in 2020 25 procent CO2 te reduceren. "Ik had van de overheid echt verwacht dat die zich aan de wet zou houden. En ik vind het beledigend dat dat niet is gebeurd. Aanstaande maandag heb ik een gesprek met Mark Rutte. Ik hoop dat hij goed naar me wil luisteren."
Eerder meldde Minnesma dat anders opnieuw een gang naar de rechter voor de hand ligt.