Het is -12 in North Dakota, maar protesten gaan door

De eerste sneeuw is gevallen. De ijzige winden worden steeds sterker en enkele tipi-tenten zijn al omver geblazen. De omstandigheden waarin honderden Sioux-indianen en milieu-activisten protesteren tegen de aanleg van een olie-pijpleiding in North Dakota worden steeds moeilijker.

Amerikanen vanuit het hele land sluiten zich aan bij de demonstranten. Ook Amerikanen die nog nooit vrieskou hebben meegemaakt. En die zijn bang voor de lage temperaturen. Bang voor de naderende winter.

Drinkwater

Volgens de politie bivakkeren nu zo'n 2000 betogers in het Standing Rock-reservaat. De afgelopen maanden heeft de regering uitbreiding van het protestgebied toegestaan, maar dat houdt maandag op. De demonstranten hebben het bevel gekregen het gebied dan te verlaten, maar ze zijn van plan dat te negeren. Ze willen zo lang als nodig is blijven om te demonstreren tegen de aanleg van de pijpleiding, zeggen ze.

Het grootste deel is al klaar, maar het laatste stuk gaat door een gebied dat de indianen als heilig beschouwen. Bewoners vrezen dat de pijpleiding, die voor een deel onder de Missouri-rivier komt te liggen, het drinkwater zal vervuilen.

"De bittere kou gaat ons echt niet wegjagen", zegt de 32-jarige Thane Maxwell tegen persbureau Associated Press. Veel demonstranten weten hoe je moet overleven bij brute winterse temperaturen. Dat kun je leren. Het echte gevaar komt van de politie, niet van het weer."

Ook Nate Bison, lid van een indianenstam in South Dakota, is niet bang voor het winterweer. Ondanks de naderende kou is de sfeer in het kamp volgens hem goed. "Iedereen die je hier spreekt is in een goed humeur. We genieten van de vriendelijkheid en steunen elkaar. Mensen die het koud hebben, krijgen extra kleren. Voor iedereen wordt gezorgd."

En extra kleren kunnen de betogers wel gebruiken. Zo was het kamp afgelopen donderdag bedekt onder een laag sneeuw en gaf de thermometer -6 aan. De komende weken zet de winter door, waarbij temperaturen van -12 graden worden verwacht.

Demonstrant Loretta Reddog vreest die temperaturen wel. "Ik kom uit Californië, ik word bang van deze voorspellingen." Maar ze is niet van plan om weg te gaan. "Ik heb vertrouwen in deze gemeenschap. Iedereen hier helpt elkaar."

Dani Jo McKing, lid van de Standing Rock-stam uit North Dakota, vertelt dat er toch enkele demonstranten zijn vertrokken. "Wij hebben gezien dat mensen met een kentekenplaat uit een andere staat, zoals Nevada of Californië, weg zijn. De strenge winter gaat ervoor zorgen dat meer mensen naar huis gaan."

Om dat zoveel mogelijk te voorkomen, deelt McKing met haar man overlevingstips uit aan demonstranten die geen ervaring hebben met de winterse kou. Maar met die tips alleen gaan ze het niet redden als het protest nog maanden gaat duren. Daarom worden Amerikanen via sociale media opgeroepen om spullen te doneren.

Aan die oproep wordt massaal gehoor gegeven. Er wordt voedsel, water en brandhout naar het kamp gebracht. Oude schoolbussen dienen nu als slaapplek. Oude legertenten worden gebruikt om in te koken, om zieken te verzorgen en om de kinderen van de demonstranten in les te geven.

Naast legertenten en schoolbussen bivakkeren ook veel demonstranten in tipi-tenten. Een muur van hooibalen moet deze tenten beschermen tegen de wind. Maar dat dit niet altijd goed werkt, ondervond Summer Moore uit Kentucky. Een sneeuwstorm zorgde ervoor dat haar tent aan flarden werd gescheurd. "Het was niet eens zo heel erg koud, maar de wind was zo sterk dat ik zelf ook drie keer omver ben geblazen." Ze besloot de rest van de storm af te wachten in een hotelkamer.

Donaties

De toevoer van nieuwe donaties aan de demonstranten blijft doorgaan. "Dit is mijn zevende trip deze week", vertelt chauffeur Rodney Grant. Hij brengt propaan naar het kamp, waardoor de demonstranten zelf kunnen blijven koken.

Voorlopig lijken de demonstranten het gebied nog niet te verlaten. De regering ziet de demonstranten graag vertrekken, maar is niet van plan om de toevoer van donaties en voedsel richting het kamp te belemmeren. "Wanneer we dat doen zal dat, humanitair gezien, een heel grote fout zijn", laat de gouverneur van North Dakota weten.

Het is nog onduidelijk wat er maandag gaat gebeuren als de demonstranten inderdaad weigeren te vertrekken en het bevel van de regering dus negeren.