Een handdruk kon er niet vanaf en daarna werd het allemaal nog stekeliger tussen president Biden en zijn uitdager Trump. In het eerste debat van dit verkiezingsjaar hadden ze beiden harde kritiek op elkaars beleid en schuwden ze ook persoonlijke aanvallen niet.
Trump hield Biden verantwoordelijk voor misdaden van illegale immigranten en beschuldigde Democraten van babymoord vanwege late abortussen. Biden noemde zijn voorganger meerdere keren regelrecht een leugenaar en zei dat die "de moraal van een straatkat" heeft omdat hij zijn zwangere vrouw bedroog met een pornoster, iets wat Trump meteen ontkende.
De Republikeinse achterban zal tevredener zijn over hoe het debat ging dan de Democraten. Trump was energieker en sprak duidelijke taal. Biden meanderde vaak in zijn antwoorden, verbeterde zichzelf geregeld en raakte soms helemaal de draad kwijt, zoals bij een vraag over belastingverlaging.
Analisten in de VS hadden het over een teleurstellend optreden dat twijfelende kiezers niet zal hebben overtuigd. Sommigen vroegen zich openlijk af of de presidentskandidaat niet moet worden vervangen. Het Witte Huis verklaarde achteraf dat Biden last had van verkoudheid.
Geruzie over golf
Vooraf was het al de vraag hoe aanvallend de 78-jarige Trump zou zijn en hoe adequaat de 81-jarige Biden daarop zou reageren. Trump vestigde er gretig de aandacht op als Biden miskleunde. "Ik begrijp niet wat hij net zei", reageerde hij bijvoorbeeld. "Hijzelf volgens mij ook niet."
Gevraagd naar zijn hoge leeftijd antwoordde Biden dat Trump "drie jaar jonger maar veel minder competent is". Na afloop wezen analisten erop dat Biden vaker inhoudelijker reageerde op de vragen, maar daarbij ook verstrikt raakte in feiten.
Gevraagd naar zijn eigen leeftijd zei Trump dat hij nog altijd in goede mentale en fysieke gezondheid is. Als voorbeeld noemde hij twee golfwedstrijden die hij recent gewonnen had, waarop beide mannen ruzieden wie wie zou verslaan in een potje. "Laten we ons niet als kinderen gedragen", probeerde Trump af te sluiten, waarop Biden hem toebeet: "Je bent een kind."
Het was de eerste keer dat een zittend president het in een debat opnam tegen zijn voorganger. Beide mannen hadden dus veel materiaal om elkaar op te bekritiseren. Beiden noemden elkaar "de slechtste president uit de geschiedenis".
Trump ging er prat op dat door zijn beleid abortus niet langer een grondrecht is, maar dat wetgeving aan de Amerikaanse staten wordt overgelaten. "Dat is iets wat iedereen wilde", betoogde hij, terwijl Biden afwijzend zijn hoofd schudde. Inbreken kon hij niet, omdat hij er zelf op had aangedrongen om de microfoons uit te zetten als kandidaten niet het woord hadden.
Op dit thema abortus, dat voor Democraten belangrijk is, lukte het Biden niet een puntig antwoord te formuleren. Hij haalde een recente fatale verkrachting van een 12-jarig meisje waar twee illegale immigranten voor zijn opgepakt aan als een uitzondering, maar gaf juist zo Trump munitie om zijn eigen migratiebeleid aan te vallen.
Zeurpiet
Kritiek op de Capitoolbestorming wuifde Trump weg met zijn versie van die dag: dat de Democratisch leider Pelosi extra bewakers afsloeg, de beveiliging mensen naar binnen leidde en de menigte voornamelijk uit vreedzame patriotten bestond. "Ik had er eigenlijk weinig mee te maken."
"Patriotten? Kom op zeg", was de meewarige reactie van Biden. Hij noemde zijn tegenstander "een zeurpiet bij wie iets geknakt was toen hij verloor". Toch verzandde ook dit punt weer door een opsomming van rechtszaken waarbij Capitoolbestormers werden veroordeeld.
Beide kandidaten verwezen ook naar recente juridische problemen voor de ander: Biden noemde Trump "de enige veroordeelde op dit podium", Trump suggereerde dat de familie Biden veel meer misdaden heeft begaan dan de ene waar diens zoon Hunter voor veroordeeld is.
Na afloop ging de Democratische partij in de verdediging. Vicepresident Harris erkende dat Biden "een langzame start" kende, maar hield vol dat hij "sterk eindigde". "Het gaat om de inhoud. Donald Trump loog keer op keer, zoals gebruikelijk." Ze zei het liever over 3,5 jaar beleid te willen hebben dan over anderhalf uur televisie.
Voor september staat nog een laatste verkiezingsdebat tussen beide kandidaten gepland.