Frustrerend is het woord dat Steven Kruijswijk deze dagen het vaakst gebruikt. Hij reed een sterke Tour, was klaar om zijn kopman Jonas Vingegaard door de zware slotweek te loodsen, totdat hij zondag in een overgangsetappe ten val kwam en onder meer zijn sleutelbeen en schouderblad brak.
"Ik had al vrij snel door dat mijn schouder ook uit de kom was", zegt de 35-jarige Nederlander, die inmiddels met een brace om zijn rechterarm weer thuis is.
"In het ziekenhuis bleek dat de schouder aan de achterkant uit de kom was, dat is vrij zeldzaam. Even zelf terugzetten, wat Primoz heeft gedaan in etappe 5, is dan sowieso niet aan de orde. Maar mijn sleutelbeen was ook gebroken én het schouderblad is gebroken."
Deze val betekende het einde van de Tour voor Kruijswijk:
Zijn sleutelbeen werd eerst vastgezet, de schouder werd terug in de kom geplaatst en vervolgens vloog hij naar Nederland om daar nog enkele scans te ondergaan. "De schouder hoefde verder niet geopereerd te worden, dat is positief. Operaties en snijden in het lichaam is nooit gunstig. Het is beter als het natuurlijk heelt. En daar waren de artsen positief over."
Hij kan niet veel, mag zijn arm de komende weken niet bewegen. Aan wedstrijden rijden denkt hij de komende tijd dan ook nog niet. "Dit seizoen heb ik uit mijn hoofd gezet."
Tour via tv
De Tour moet hij nu verder op televisie volgen. "Die laatste week ging belangrijk zijn. Ik merkte in de Alpen dat ik op het niveau was wat ik voor ogen had. Het zag er goed uit allemaal. Dan denk je niet dat je in zo'n rit onderuitgaat en dat dit gebeurt."
Zijn kopman rijdt ondertussen nog altijd in de gele trui. "Ik heb er wel vertrouwen in, als je ziet hoe goed we zijn. Maar het is nog niet gedaan."
