Mijn 2017: Robin Haase is fitter, vrijer en realistischer
Aan het einde van het jaar blikt de NOS met tien sporters terug op 2017. Vandaag met Robin Haase. "Mensen ervaren mij soms als arrogant, dat vind ik jammer."
"No, my name is Robin." Het is 12 augustus als Robin Haase op het centercourt in Montreal de lachers op zijn hand krijgt tijdens zijn halve finale tegen Roger Federer. Even daarvoor moedigt een toeschouwer de immens populaire Zwitser aan door diens naam te scanderen, vlak voordat Haase moet serveren. De Hagenaar geeft vervolgens een gevatte reactie en tovert daarmee ook een flauwe glimlach op het gezicht van Federer.
Het moment is illustratief voor het seizoen dat Haase achter de rug heeft. Waar hij in het verleden nogal eens een opgefokte en gestreste indruk wilde maken op de baan, bewoog hij zich dit jaar welhaast ontspannen en ongedwongen door het circuit. En dat is zijn spel zichtbaar ten goede gekomen. Haase toonde zich de voorbije maanden een geduchte opponent voor de topspelers.
De gememoreerde partij tegen Federer in Montreal is daarvan een goed voorbeeld. Hoewel de Zwitser in twee sets won, was het verschil met de Nederlander kleiner dan voorheen. "Het is jammer dat ik er geen derde set van kon maken. Dat was interessant geweest, want de volgende dag raakte Federer in de finale al na een paar games geblesseerd. Voor hetzelfde geldt gebeurt dat tegen mij en win ik", zegt Haase. "Al wens ik niemand een blessure toe."
"Maar als ik een prestatie van het afgelopen seizoen bovenaan moet zetten, dan is dat wel deze halve finale in Montreal. Extreem weinig mensen bereiken een halve finale van een masterstoernooi, maar dat is mij wel gelukt. Daar ben ik trots op", aldus Haase, die er steeds beter in slaagt op de cruciale momenten de innerlijke rust en het geloof in eigen kunnen te bewaren.
Zijn zeges dit seizoen op toptienspelers Alexander Zverev, Grigor Dimitrov, Dominic Thiem en David Goffin onderstrepen de progressie.
Haase zegt in zijn zoektocht naar de perfecte mindset veel steun te vinden bij zijn coach Raymond Knaap, met wie hij sinds juni 2016 samenwerkt. "Ik ben heel veel jaren niet mezelf geweest op de baan, omdat veel trainers mij hebben afgeremd", vindt de nummer 42 van de wereld.
"Zij maakten mij wijs dat sommige dingen niet professioneel of respectvol zijn, zoals een schreeuw of woede-uitbarsting, maar ik weet hartstikke goed hoe je iemand moet respecteren. Dankzij Raymond voel ik me vrijer om een opmerking zoals in Montreal te kunnen maken, want dit ben ik. Of dat nou op een training of in mijn privéleven is, zo zit ik in elkaar. Dus waarom kan dat ook niet op de tennisbaan?"
Toch leert Haase naar eigen zeggen elke dag bij. "Soms ben ik nog steeds zoekende wanneer ik mijn emoties kan laten blijken. Wanneer doe je wel een vuistje, wanneer niet? Daar moet ik nog meer mijn weg in zien te vinden. Je ziet spelers heel vaak zichzelf oppeppen, maar helpt dat echt?"
"Ik vind het belangrijker om met mijn coach te onderzoeken wat er nu echt met mij gebeurt op de baan. Ik ben daar veel meer bij gebaat en daar werken we aan. Sommige spelers hebben langer de tijd nodig om een goede forehandtechniek te krijgen, bij mij geldt dat voor het mentale aspect, maar het gaat goed."
Een ander belangrijk aspect in de goede prestatiecurve van Haase is zijn toegenomen fitheid. Zijn zwakke knie en pols spelen hem soms nog parten, maar het is dit seizoen beheersbaar gebleven. "Ik ben rustiger op de baan geworden omdat ik veel minder geblesseerd ben", benadrukt hij. "Er is een periode geweest, alweer drie, vier jaar geleden, dat ik niet eens kon slapen van de pijn. Dat zorgde toen voor veel onrust."
"Tegenwoordig voelt mijn knie een stuk beter. Dat komt ook omdat ik tijdens het seizoen veel meer onderhoud aan mijn lichaam heb kunnen doen. Ik kan veel meer preventief bezig zijn om mezelf fysiek te verbeteren", aldus Haase, die gedurende het seizoen afwisselend een conditietrainer of osteopaat meeneemt op reis.
Ook in aanloop naar 2018 plukt Haase daar de vruchten van. "Ik ben zonder pijntjes op vakantie gegaan, dus mijn lichaam heeft zich helemaal kunnen herstellen. Hierdoor heb ik nu in twee weken al meer kunnen doen dan het afgelopen jaar in tweeënhalve maand. Dat is perfect."
13 sets binnen 48 uur
Haase's toegenomen kracht werd in september duidelijk tijdens de gewonnen Davis Cup-ontmoeting van Nederland met Tsjechië. De kopman van Oranje speelde binnen 48 uur drie partijen (dertien sets), maar bleef fysiek overeind en was belangrijk.
Haase vindt dat hij ook buiten de baan tegenwoordig sterker in zijn schoenen staat. Hij draait zijn hand niet om voor een discussie met een journalist of een criticus op social media. Zolang het maar op een respectvolle wijze gebeurt. Toch kan niet iedereen zijn directe benadering waarderen. De tennisser wordt vaak verweten betweterig over te komen.
"In de loop der jaren, zeker sinds de komst van social media, heb ik leren omgaan met kritiek en wat mensen van mij vinden. Sommige dingen raken me, maar daar heb ik mee leren omgaan. Ik raak daarin nooit uitgeleerd", zegt hij.
Haase kreeg in november kritiek voor zijn uitlatingen in een interview bij RTL Late Night, waar hem gevraagd werd of hij ook van Serena Williams zou kunnen winnen. "Ik zei: 'Ja, waarschijnlijk met 6-0, 6-0.' Alleen de manier waarop ik dat zei, viel niet in goede aarde. Dan denk ik: 'Ja, shit, dat had ik misschien wel anders kunnen doen.' Mensen kunnen dat antwoord als arrogant ervaren en dat is jammer, want zo ben ik helemaal niet."
Een moment dat Haase nog wel geruime tijd zal blijven achtervolgen is de schreeuw in Rosmalen in 2013 ("zet die muziek uit!"). Zelfs bij een zoekopdracht in Google worden de termen nog steeds automatisch ingevuld.
"Ik zei daar echt wat ik voelde en ik sta nog steeds achter die actie, maar alle media schreven vervolgens: 'Haase gaat uit zijn plaat' en werd het alleen maar gebruikt om mij belachelijk te maken en om te kunnen scoren. Dat vind ik jammer."
"Ik ben een aantal jaren de pispaal van de media geweest. Alles wat ik deed werd onnodig uitvergroot, terwijl er niets aan de hand was. Ik heb me daar nooit wat van aangetrokken, maar het creëert wel een beeld. Het is overigens nu wel een stuk minder geworden, omdat ik ook aan mezelf heb gewerkt. Het is een wisselwerking."
Haase viert komend jaar zijn 31ste verjaardag. Dat is in tennistermen nog geen pensioenleeftijd, maar wel een moment om wellicht over de toekomst na te denken. "Ik denk dat er een hele goede coach in mij zit. Alleen weet ik niet of ik ook een goede coach ben als ik een op een met iemand werk."
"Ik heb al een keer bij de KNLTB aangegeven dat ik de trainerscursus wil doen, maar dat mag niet omdat ik zelf nog speel. Maar ik vind nog zoveel andere dingen interessant, ook buiten het tennis. Ik zie mezelf in ieder geval niet meer als trainer uren op een tennisbaan doorbrengen."
Toernooidirecteur?
"Misschien is het geven van tenniscommentaar wel wat voor mij en ik weet niet hoelang Richard Krajicek in Rotterdam nog toernooidirecteur blijft? Wie weet. Het zou leuk zijn om zoiets te kunnen overnemen. Maar misschien moet ik over twee jaar wel noodgedwongen stoppen met toptennis en dan ziet alles er anders uit, maar voorlopig hoop ik nog een paar jaar te spelen."