Honkballer Jones weer niet in Hall of Fame, maar: 'Bij mij duurde het veertien jaar'
Dat hij tot de beste honkballers van zijn generatie moet worden gerekend, daar is iedereen het wel over eens. Maar hoe goed Andruw Jones ook was, een plekje in de Baseball Hall of Fame is hem niet gegund. Nog niet.
De Curaçaose tophonkballer, die ook voor het Nederlands team uitkwam, kreeg bij zijn zevende poging 61,6 procent van de stemgerechtigde honkbaljournalisten achter zich. Om verkozen te worden had hij minimaal 75 procent moeten halen.
Bij de bekendmaking van de stemming, dinsdag om middernacht Nederlandse tijd, bleken slechts 3 van de 26 kandidaten voldoende stemmen te hebben gehaald. De Dominicaan Adrian Beltré kreeg bij zijn eerste poging liefst 95,1 procent van de stemmers achter zich.
De Panamese Yankees-legende Mariano Rivera is de enige honkballer die ooit unaniem verkozen werd in de Hall of Fame.
Nederlander in Hall of Fame
Daardoor blijft Bert Blyleven de enige Nederlander in de eregalerij van het professionele honkbal. De pitcher, bekend om zijn curveball en practical jokes, speelde 22 jaar in de Major League en won de World Series met Pittsburgh Pirates en Minnesota Twins.
In 2011 werd hij met 79,9 procent van de stemmen verkozen in de Hall of Fame. "Bij mij duurde het veertien jaar", vertelt Blyleven vanuit zijn werkkamer in Florida. "In mijn eerste jaar kreeg ik 17,5 procent. En mijn statistieken waren elke keer hetzelfde. Maar ik ben ontzettend trots om deel uit te maken van de Hall of Fame."
Wie verkozen wordt in de Hall of Fame wordt vereeuwigd op een bronzen plaquette, die vervolgens in de erezaal van de Baseball Hall of Fame in het slaperige stadje Cooperstown wordt opgehangen. De uitslag van vannacht meegerekend zijn 273 honkballers op die manier vereeuwigd, nog geen procent van alle spelers die ooit in de Major League hebben gespeeld.
Een van hen is Blyleven. "Maar mijn leven is er niet door veranderd. We hebben twee katten. Ik verschoon nog altijd de kattenbak."
Exitpolls
Voor Ryan Thibodaux, in het dagelijks leven werkzaam in de zorg, is de jaarlijkse sportverkiezing een deel van zijn leven. Al elf jaar lang houdt hij de laatste trends bij, net als een exitpoller bij presidentsverkiezingen.
"Ik groeide op als fan van Houston Astros met supersterren als Jeff Bagwell en Craig Biggio", vertelt hij aan de telefoon. "Toen zij in aanmerking kwamen voor de Hall of Fame duurde het nog jaren voordat zij genoeg stemmen hadden gekregen. Daar begreep ik niets van."
Thibodaux maakte een 'Hall of Fame ballot tracker', een database waarin hij de stemmen verzamelt die publiekelijk bekend werden gemaakt. In de dagen voor de bekendmaking wordt zijn tracker dagelijks door honderdduizenden bezocht. Hij wekte de interesse van grote landelijke media en mocht al eens vanwege zijn verdiensten voor het honkbal de ceremoniële eerste worp doen bij een wedstrijd van Seattle Mariners.
"Ik begon met het afstruinen van het internet en kreeg af en toe wat informatie van journalisten over hun stemmen. Tegenwoordig kloppen journalisten vaker direct bij mij aan, zodra ze hun stembiljet hebben opgestuurd."
Grafieken
De Amerikaan giet de informatie in grafieken en kan zo een voorspelling doen of een speler verkozen zal worden. Maar zeker is het niet. Een dag voor het sluiten van de stembussen had Thibodaux 200 stembiljetten binnen. Vorig jaar leverden 389 stemgerechtigde journalisten hun briefje in.
"Het zijn vooral de jongere journalisten die hun stembriefje willen delen, vaak ook met een uitgebreide toelichting. Veel ervaren rotten houden hun keuze voor zich. En de ervaring leert dat zij vaak conservatiever stemmen: ze kruisen minder vakjes aan en zijn vaak strenger in hun oordeel. Daarom is het percentage stemmen bijna altijd lager dan in de laatste voorspellingen."
Zo kon Thibodaux een week voor de bekendmaking al een sterk vermoeden uitspreken dat Jones het weer niet zou gaan halen. "Maar hij heeft een kans. Als je de trends van de laatste jaren bekijkt, zie je dat Jones elk jaar dichter bij de 75 procent komt. Hij kan in de komende jaren nog verkozen worden. Het is niet onmogelijk."
Moneyball
Kijk maar naar Blyleven. In 1997 kwam hij voor het eerst in aanmerking voor de Hall of Fame, maar in de eerste jaren kreeg hij maar net genoeg stemmen om zijn plek op het stembiljet te behouden.
Dat hij zich toch Hall of Famer mag noemen, heeft Blyleven misschien wel te danken aan het succes van Moneyball.
De alternatieve statistische methode om spelers te beoordelen op andere onderdelen dan homeruns, strike-outs en andere uitschieters zorgde voor een revolutie bij Oakland A's, dat met onopvallende maar effectieve spelers terugkeerde naar de top.
"Het zou best kunnen dat honkbaljournalisten op een andere manier naar mijn prestaties gingen kijken", bevestigt Blyleven. "Maar misschien dachten ze ook wel: 2011 (two thousand eleven) is een goed jaar voor Blyleven (in de VS uitgesproken als 'Blylèven'). Je kunt er niet veel aan doen, niemand weet hoe de journalisten denken."
'Ik had graag Andruw Jones achter me gehad'
Terwijl hij wachtte op zijn uitverkiezing zag Blyleven de opkomst van het fenomeen Andruw Jones. "Midden jaren 90 was hij bij Atlanta Braves echt de 'talk of the town'. Mensen hebben het vaak over zijn homeruns, zoals die tegen de Yankees in zijn eerste World Series. Maar Andruw was ook de beste buitenvelder van zijn generatie."
"Als pitcher zou ik heel graag Andruw in mijn rug hebben gehad. Als ik dan een fout maakte, dan wist ik dat hij de bal wel zou vangen."
Duimen
Zijn Nederlands is wat roestig. Toch is de inmiddels 72-jarige Blyleven trots op zijn afkomst. Niet voor niets droeg hij een oranje stropdas tijdens de Hall of Fame-ceremonie.
Om de vier jaar dompelt hij zich in het Oranje bij de World Baseball Classic. Als assistent-coach van Team Kingdom of the Netherlands leerde hij Jones goed kennen, als speler en als coach.
"Bij de World Baseball Classic zie je echt wat Jones betekent voor de jongens uit Nederland, Aruba, Curaçao, Bonaire en Sint-Maarten. Ze kijken echt naar hem op", vertelt Blyleven.
Nog drie kansen heeft Jones op de Hall of Fame. "Helaas zijn er heel veel geweldige spelers die de Hall of Fame niet halen. Maar ik zal altijd voor hem duimen."