Vlissingen gaat excuses maken voor slavernijverleden
De gemeente Vlissingen gaat op 1 juli excuses aanbieden voor het slavernijverleden van de stad. Het raadsvoorstel daarover werd gisterenavond met een krappe meerderheid aangenomen.
Een meerderheid in de gemeenteraad van ChristenUnie, SP, GroenLinks, PvdA, D66 en Lokale Partij Vlissingen (LPV) wil dat Vlissingen net als Middelburg en Amsterdam excuses aanbiedt voor het slavernijverleden.
In tegenstelling tot bijvoorbeeld Amsterdam en Utrecht, waar het initiatief vanuit het college van burgemeester en wethouders kwam, is de kwestie in Vlissingen bij de gemeenteraad neergelegd. Die bleek tot op het laatst tot op het bot verdeeld. Uiteindelijk werd het voorstel met veertien stemmen voor en twaalf tegen aangenomen, schrijft Omroep Zeeland.
Tussen 1750 en 1780 'koploper in de Nederlandse slavenhandel'
In juni 2021 is in opdracht van de gemeente onderzoek gedaan naar het slavernijverleden van Vlissingen. Daaruit is gebleken dat Vlissingen met name in de tweede helft van de achttiende eeuw een belangrijke rol had in de slavenhandel.
Tussen 1750 en 1780 vervoerden Vlissingse schepen zo'n 60.000 tot slaaf gemaakten. "Daarmee was de Scheldestad met afstand de koploper in de Nederlandse slavenhandel", schrijven de onderzoekers. Onderzoekers schatten dat in die tijd ongeveer een kwart van de plaatselijke economie verbonden was aan de slavenhandel.
Excuses
De gemeenteraad wil dat de stad op 1 juli excuses aanbiedt. Ook moeten er excuses aangeboden worden voor de "onvoldoende en eenzijdige aandacht voor het slavernijverleden in de afgelopen decennia en, daaruit volgend, voor het onvoldoende getoonde begrip voor de gevoelens en nazaten van de tot slaaf gemaakten", zo valt in het besluit te lezen.
Het college van burgemeester en wethouders wordt verder verzocht om de excuses namens het gemeentebestuur "in het openbaar" uit te spreken.
Premier Rutte heeft eerder al namens de Nederlandse staat excuses aangeboden voor het slavernijverleden. In een toespraak in het Nationaal Archief in Den Haag zei Rutte dat de excuses zijn "voor het handelen van de Nederlandse staat in het verleden. Postuum aan alle tot slaaf gemaakten die wereldwijd onder dat handelen hebben geleden. Aan hun dochters en zonen en al hun nazaten tot in het hier en nu."