Bonden eisen geld voor zorgpersoneel met long covid
Hoeveel geld moeten zorgmedewerkers met long covid krijgen van de staat en wie komen er voor een financiële regeling in aanmerking? Om die vragen draait het in een kort geding van vakbonden FNV en CNV tegen de staat, dat vanmiddag diende voor de rechtbank in Den Haag.
De bonden en de staat praten al langer over een financiële regeling voor zorgmedewerkers met long covid. Sinds het begin van de coronacrisis dringen de bonden aan op financiële steun voor zorgmedewerkers die tijdens hun werk zijn getroffen door corona. Het kabinet werkt aan een regeling, maar volgens de vakbonden is het te weinig en gaat het te langzaam.
150 miljoen euro
Op 31 januari is door de Eerste Kamer een motie aangenomen die het kabinet oproept om 150 miljoen euro te reserveren voor deze groep. Het kabinet is bezig om een financiële regeling vorm te geven, maar het is nog niet duidelijk hoe die eruit zal zien.
Over de hoogte van de vergoeding en de voorwaarden om er aanspraak op te maken heerst nog onduidelijkheid. Het kabinet heeft wel laten weten dat die alleen bedoeld is voor patiënten die in de eerste besmettingsgolf ziek zijn geworden. Maar de bonden willen niet langer wachten en eisen dat de regeling geldt voor alle zorgmedewerkers die werkzaam waren in 2020, voordat de vaccins beschikbaar waren. Met het kort geding hopen ze dat snel af te dwingen.
Geen mondkapjes
In de rechtbank waren niet alleen de bonden en de advocaten aanwezig, maar ook verschillende zorgmedewerkers met long covid. Monique van Gijssel was er al een uur voordat de zitting begon. Zij werkte in een verzorgingstehuis en werd ziek in april 2020, nadat er een nieuwe bewoner was binnengekomen die corona had. "We hadden geen mondkapjes, die waren er niet."
Tjarda van der Meer-Hartstra werd ziek in december 2020 en is boos dat er nu alleen wordt gekeken naar een regeling voor patiënten in de eerste golf. "Ik vind het zo oneerlijk. Want ik ben natuurlijk ook niet gevaccineerd, die vaccinaties waren er toen helemaal nog niet." Ze werkte als verpleegkundige op de corona-afdeling. Er waren wel beschermingsmiddelen, maar die waren vaak op, vertelt ze.
Mensen die vanwege hun gezondheidsproblemen niet naar de rechtbank konden reizen konden de zitting vanuit huis volgen via een videoverbinding.
Eerder spraken we Roy, een ambulancemedewerker die corona opliep tijdens zijn werk. Hij vertelt welke klachten hij ook na lange tijd nog had:
Volgens de vakbonden heeft de staat medisch personeel onvoldoende beschermd in het eerste jaar van de coronapandemie en zouden richtlijnen zijn aangepast die in strijd waren met hygiëne- en arborichtlijnen. Daarmee zou de staat onrechtmatig gehandeld hebben.
De voornaamste eis van de bonden is financiële compensatie voor zorgverleners met longcovidklachten voor een bedrag van 22.839 euro per persoon. Ook willen ze een gesprek met het kabinet om ervoor te zorgen dat zorgverleners die na de eerste coronagolf ziek zijn geworden ook recht krijgen op compensatie.
'Niet aansprakelijk'
De advocaat van de staat betoogde dat de staat meeleeft met de zorgverleners en dankbaar is voor hun inzet. Toch leent de zaak zich niet voor een collectieve kortgedingprocedure, vindt de staat: de omstandigheden van de zorgverleners zouden te veel uiteenlopen en de zaak zou te gecompliceerd zijn om via een kortgeding af te doen. De staat is bereid om vanuit een morele verplichting een bepaalde groep financieel tegemoet te komen, maar niet juridisch aansprakelijk te zijn.
Volgens de advocaat komt er in april meer duidelijkheid over de inhoud van de regeling voor zorgmedewerkers die in de eerste golf long covid hebben gekregen. Die staat volgens de advocaten los van dit kort geding. De rechtbank Den Haag doet op 8 maart uitspraak over de eisen van de vakbonden.