Geen schaakmat zonder muismat, ook bij Tata Steel is computer nooit ver weg
Computers waren de aliens onder de schaakgrootmeesters. Door de een verwelkomd, door de ander verafschuwd. Zo omschreef Garry Kasparov het sentiment dat in de schaakwereld heerste toen eind jaren tachtig de computer zich met het schaken ging bemoeien.
De moderne grootmeesters, ook zij die zaterdagmiddag beginnen aan het Tata Steel-schaaktoernooi in Wijk aan Zee, kunnen ruim drie decennia later eigenlijk niet meer zonder de technologie. De schaakcomputer, ook wel engine, evolueerde in al die jaren van een beangstigende vijand in een behulpzame vriend. Soms iets te behulpzaam.
Deep Blue
Kasparov voelt "iets nieuws, iets verontrustends" als hij in 1997 tegenover Deep Blue, een door IBM ontwikkeld schaakprogramma, plaatsneemt. "Alsof je voor het eerst in een zelfrijdende auto zit", schrijft de Rus in 2017 in zijn boek Deep Thinking, over de invloed van kunstmatige intelligentie op het schaken.
De schaakwereld is in shock als Deep Blue de grote Kasparov verslaat. De schaakcomputer was er toen al even, maar de eerste versies waren zwak. Nooit was een machine sterker dan de mens, tot Deep Blue. De computer zou de sport niet gauw meer verlaten, zoveel was de kenners wel duidelijk.
"Heel wat mensen verzetten zich destijds tegen de invloed van de computer. Er was een zekere vijandigheid", vertelt Dirk Jan ten Geuzendam, hoofdredacteur van schaaktijdschrift New In Chess. "Het had ook met geknakte ego's te maken. Op een gegeven moment kreeg je computers die alleen maar wonnen."
De toekomst kwam zo wel erg snel dichterbij. De overgang met de decennia ervoor was groot. Toen grootmeesters zich bewapend met vuistdikke encyclopedieën, schaakvakbladen en mappen vol papier op hun partij stortten.
Een grootmeester neusde door de boeken, op zoek naar een originele zet waarmee de tegenstander kon worden verrast. Van het internet of een muisklik had nog nooit iemand gehoord.
Het zou nog wel even duren voordat een computer een grootmeester zou verslaan, maar toen het eind jaren negentig al zo ver kwam, was dat - zacht gezegd - wennen. Ook voor Kasparov. Toch was de Rus een van de eerste grootmeesters die de digitale nieuweling accepteerden.
"Eerst dacht Kasparov: dit wordt mijn maatje. En naderhand werd het een creatieve bron", zegt Ten Geuzendam. Een haast alwetende vriend, een handige trainingshulp, die razendsnel en ver vooruit de beste zetten bekijkt.
Leven zónder laptop?
"Tegenwoordig is een schaakleven zonder computer niet meer voor te stellen", legt Eline Roebers uit. In Wijk aan Zee schaakt de 16-jarige Nederlandse in het Challengers-toernooi, de B-groep, een niveau onder het speelschema waar grote namen als Magnus Carlsen meedoen.
"Ik gebruik nog wel boeken. Maar ook heel veel de computer", zegt Roebers over haar voorbereiding. "Schaakengines zijn nuttig bij het voorbereiden van een partij." Bij de analyse van een opening bijvoorbeeld. Of het uitpluizen van een originele reeks zetten. "In een bepaalde stelling kun je de engine laten rekenen en kun je erachter komen dat een bepaalde zet niet goed is."
Tijdens het dertien ronden tellende Tata-toernooi duiken de grootmeesters na een speelronde, in de rust van hun hotelkamer, in de schaakengines om te kijken waar het goed of fout ging in hun partij. Roebers: "De engine heeft zo in de gaten of er een gat zit in de variant die je hebt uitgerekend achter het bord."
Computer zegt: prima
Ten Geuzendam ziet een belangrijke verandering sinds de opkomst van de computer: een vervlakking van speelstijlen. "Vroeger hadden spelers meer een eigen stijl. Echte verdedigers of aanvallers, creatieve en solide spelers."
"Maar omdat ze met zo'n engine werken, zitten veel grootmeesters vaak naar dezelfde dingen te kijken. Je bent niet meer zo zeer afhankelijk van stijl, want je voelt je gedekt door de computer. Vroeger zou je denken: dit is te gevaarlijk. Nu weet je dat het wel meevalt." Want de computer zegt: prima.
De computer als tegenstander, dat bestaat vrijwel niet meer. Die zijn inmiddels onverslaanbaar. "Ik schaak eigenlijk nooit een partij tegen de computer, want Stockfish, de beste computer, is beter dan Carlsen. Dat is dus niet zo zinvol", zegt Roebers. Gebruik de engine liever als vriend.
Erwin L'Ami, eind december gekroond tot Nederlands kampioen en in Wijk aan Zee actief op hetzelfde niveau als Roebers, zei twee jaar terug: "Het gebruik van moderne engines op een juiste manier, door de machine de juiste vragen te stellen, kan heel waardevol zijn. Je hebt een sparringpartner met een rating van 3700 aan je vingers."
Valsspelen
Toch verandert de sparringpartner ook wel eens in een partner in crime. Door de opkomst van schaakwebsites kan iedereen op de wereld, zelfs in de anonimiteit van de eigen slaapkamer, ieder moment van de dag online schaken. Schaken kreeg een boost, maar ook een duistere kant, die van vals spel.
Een tweede tabblad waarop een engine meedraait tijdens een online potje, is zo geopend. Het zou een manier zijn waarop de Amerikaan Hans Niemann online valsspeelde. De Niemann-Carlsenrel zette de schaakwereld eind 2022 behoorlijk op zijn kop, waarna de leiding van het Tata-schaaktoernooi deze week besloot tot het treffen van extra maatregelen rondom het fysieke schaakbord.
Bekijk hieronder hoe Magnus Carlsen en Jorden van Foreest naar het Tata Steel-toernooi toeleven.
Vals spel is een bijna onontkoombaar bijproduct van deze tijd, denkt Ten Geuzendam, die benadrukt dat valsspelers al vanaf de eerste online schaakwebsites actief zijn. "Dat het erin is geslopen, valt te betreuren."
'Aanraking met computers was logische stap'
Ten Geuzendam verbaast zich overigens nog altijd over "de natuurlijke ontwikkeling" van de sport. "Binnen het schaken heb je een romantische tijd gehad, een klassieke tijd en een moderne tijd, die soms gelijk opliepen met ontwikkelingen in de kunst en de literatuur. De logische stap was om in aanraking te komen met computers."
Ten Geuzendam: "Toen de computer kwam, was de grote vrees: nu wordt het hoofdstuk afgesloten. Maar nu blijkt het schaken zich daar ook aan aan te passen."
Met de intrede van kunstmatige intelligentie - en de komst van de laatste super-engine AlphaZero - staat de schaaksport alweer met één been in het volgende tijdperk. Wat dat oplevert, kan zelfs de sterkste engine nog niet voorspellen.