Zelfs zonder Canadese racekanonnen is het met 320.000 fans volle bak in Montréal
Montréal bruist, swingt en drinkt. In het centrum van de Canadese metropool hangt een festival- en vakantiesfeer met concerten, straatartiesten en honderden terrassen. Hotels zitten in de wijde omtrek propvol en vragen de hoofdprijs, ook voor sjofele kamers die normaal gesproken leeg blijven.
Montréal is de hele week een rumoerige hotspot vanwege de aanwezigheid van de Formule 1. Racefans schuifelen drie dagen op rij met engelengeduld over de brug naar het semi-stratencircuit op Île Notre Dame. Het is filelopen naar de poort van Circuit Gilles Villeneuve.
Nog nooit was er zo veel publiek bij een grand prix in Canada. Zelfs op de donderdag - toen er niet eens werd gereden - kwamen duizenden fans de auto's en de pitboxen van dichtbij bewonderen.
Het Formule 1-raceweekend in Montréal trekt een recordaantal van 320.000 toeschouwers. Twee nieuwe tribunes waren in een mum van tijd gevuld. De grand prix is al weken uitverkocht.
Met een blik op de stand in het WK mag dat opmerkelijk genoemd worden: de twee Canadese coureurs in het Formule 1-veld kunnen namelijk geen potten breken. Lance Stroll (Aston Martin) en Nicholas Latifi (Williams) zijn geen hoogvliegers. En geen publiekstrekkers.
Stroll staat met twee schamele puntjes zeventiende in het klassement, Latifi heeft met een hatelijke nul de rode lantaarn in handen. Het duo speelt een bijrol in een raceweekend dat draait om de echte giganten: titelhouder Max Verstappen, Charles Leclerc (Ferrari) en zevenvoudig kampioen Lewis Hamilton (Mercedes) zijn ook in Montréal de grote namen.
Einde van de winter
"De mensen in Montréal zijn dol op Formule 1", vertelt Jacques Villeneuve. "Ze houden niet van één coureur. Ze houden hier van alle coureurs. Heel mooi dat het zo druk is. Het voelt een beetje als vroeger, toen mijn vader en ik hier reden. Back to the good old days."
De inmiddels 51-jarige Canadees, die in 1997 de wereldtitel veroverde, noemt het circuit dat de naam van zijn in 1982 verongelukte vader Gilles draagt, een klassieker. "Dit is een van de grand prixs waar de sfeer altijd speciaal is, net als in Monza, Silverstone en Zandvoort. Je voelt overal het enthousiasme en de opwinding. Dat komt vooral doordat dit circuit zo dicht bij de stad ligt. Het is echt overal feest. Dag en nacht."
"De Canadese grand prix markeert het einde van de winter", vertelt Villeneuve op het circuit waar zijn vader in 1978 de race op zijn naam schreef. "Mensen gaan er weer op uit. Ze hebben dit enorm gemist. Door covid sneuvelde deze grand prix twee keer op rij. Het is geweldig dat de Formule 1 terug is in Montréal."
Rijke autosporthistorie
Van de lokale helden Stroll en Latifi verwacht Villeneuve niet veel. "Lance haalt bij Aston Martin niet het niveau van zijn teamgenoot Sebastian Vettel en Nicholas heeft het dit jaar erg zwaar met zijn auto en presteert erg matig. Het ziet er niet goed uit voor de Canadezen, maar gelukkig maakt dat de fans geen barst uit."
"We zijn hier al heel lang gewend aan Formule 1-races zonder lokale held. Er zat een gat van een jaar of dertien tussen Jacques en Lance", licht Stuart Morrison toe. De communicatiestrateeg van het Haas-team woonde twaalf jaar in Montréal. "Deze grand prix overleeft ook zonder Canadese coureurs. Canada heeft een rijke autosporthistorie. Er is hier een enorme fanbase en het evenement heeft zich al lang bewezen."
"Natuurlijk helpt het dat Lance Stroll hier is opgegroeid en het is mooi dat beide coureurs hier een eigen tribune hebben, maar het is geen must have", stelt Morrison. "Uiteindelijk maakt dat niet het verschil. Lance en Nicholas zijn hier niet wat Max in Zandvoort is. Weinig coureurs worden zo groot als Verstappen."
Erg old-school
Voor Nicholas Latifi is Montréal de eerste thuisrace. "Erg speciaal dat ik dit mag meemaken. Ik heb hier in het verleden wel vrije trainingen gereden, maar dit is anders. Mijn familie is hier en er komen ook veel vrienden die nog nooit een Formule 1-race hebben kunnen bijwonen. Heel frustrerend dat corona er een streep door zette."
"Montréal is een van de mooiste circuits op de kalender", vindt Latifi. "Het is een baan met karakter. Erg old-school met kerbstones waar deze auto's niet erg dol op zijn. Dat kan de pikorde aardig overhoop gooien."
De 26-jarige Williams-coureur werd in Montréal geboren, maar groeide op in het verre Toronto. Toch was hij kind aan huis bij de Canadese grand prix. "Ik herinner me de eerste keer niet meer, maar ik was zeven of acht en ben hier heel vaak geweest. Het was altijd een bijzonder moment: de kick-off van de zomervakantie, het eerste weekend na het schooljaar. Mijn thuisrace is een droom."
De drie jaar jongere Lance Stroll heeft het al eerder meegemaakt. Hij wil zijn negende plaats van de 2019-editie minstens evenaren. "Het doel? Een sterk weekend neerzetten en een paar WK-punten pakken. Een thuisrace is altijd bijzonder, met al die vlaggen op de tribune. Ik heb dat echt gemist en hou erg van dit circuit. Het is uitdagend en de muren zijn altijd dichtbij, maar als je vertrouwen hebt in de auto en in je ritme komt is dit een erg fijne baan."