Hoe de prijs van stokbrood de Franse presidentsverkiezingen beïnvloedt
Een paar maanden geleden zag de politieke toekomst van Emmanuel Macron er nog rooskleurig uit. Maar nu zou het typische Franse stokbrood wel eens roet in het eten kunnen gooien.
De afgelopen jaren ging het relatief goed met Frankrijk. De economische groei was vorig jaar 7 procent: het hoogste percentage in een halve eeuw. De werkloosheid daalde naar het laagste niveau in 15 jaar. De Fransen zijn er in de vijf jaar van Macrons presidentschap ook financieel op vooruit gegaan: alle inkomensgroepen zagen hun koopkracht toenemen, berekende onderzoeksinstituut OFCE.
Maar eind vorig jaar werden de eerste tekenen zichtbaar van een oplopende inflatie. De energieprijzen stegen. En de oorlog in Oekraïne heeft de prijzen verder opgedreven.
Populariteit van Macron
In maart lag de geschatte inflatie, gecorrigeerd naar Europese normen, op 5,1 procent: het hoogste cijfer sinds de jaren 80. De regering-Macron probeert de effecten nu te temperen. Er zijn miljarden uitgetrokken om de gestegen brandstof- en voedselprijzen te dempen. Maar de angst zit er inmiddels goed in bij de Fransen. En angst is een belangrijke raadgever bij verkiezingen.
Zondag gaan de Fransen naar de stembus en kiezen ze een nieuwe president. Er zijn twaalf kandidaten. President Emmanuel Macron (centrum) gaat voorop in de peilingen. Marine Le Pen (rechts-radicaal) staat tweede. De populariteit van de kandidaten loopt grotendeels synchroon met de economische ontwikkelingen. Maandenlang ging Macron aan kop - dankzij groei en werkgelegenheid.
De Russische invasie in Oekraïne gaf zijn populariteit nog een extra impuls: de Fransen zijn bang voor oorlog en schaarden zich achter hun president. "Door de oorlog steeg Macron ongeveer 5 procentpunt in de peilingen: kort ervoor wilde 25 procent op hem stemmen en daarna 30 procent", zegt Erwan Lestrohan van onderzoeksbureau Odoxa.
Gevolgen van de oorlog
Maar inmiddels lijken de Fransen banger voor de economische gevolgen van de oorlog dan voor de oorlog zelf. De benzineprijzen stijgen flink, net als die van gas en elektriciteit, en minstens zo belangrijk voor de Fransen: hun dagelijkse stokbrood wordt duurder. De gemiddelde baguette kostte vorig jaar 90 cent en de komende tijd kan de 'psychologische grens' van 1 euro wel eens overschreden worden.
Voor Fransen, die meestal dagelijks een stokbrood kopen, is die prijs van 1 euro een belangrijke symbolische drempel. Als het stokbrood duurder wordt, betekent dat dat er echt iets mis is. Dan beginnen Fransen zich zorgen te maken. De electorale effecten zijn al zichtbaar. De koopkracht van de Fransen is weer het belangrijkste onderwerp in de verkiezingscampagne geworden.
En Marine Le Pen werpt zich op als de verdediger van de koopkracht van de Fransen.
"De Fransen maken zich, anderhalve maand na het begin van de oorlog in Oekraïne, weer vooral zorgen over de ontwikkelingen in hun eigen land", zegt Lestrohan. "En Marine Le Pen werpt zich op als de verdediger van de koopkracht. Zij stijgt in de peilingen, vooral dankzij groepen Fransen die getroffen worden door de stijgende prijzen: bijvoorbeeld jongeren en mensen met lage inkomens."
Le Pen doet een aantal beloften. Zo wil ze de salarissen van de laagste inkomensgroepen met 10 procent verhogen en de belasting op benzine en elektriciteit flink verlagen. Verder wil ze dat jongeren tot 30 jaar geen inkomstenbelasting hoeven te betalen.
Om dat te kunnen financieren wil Le Pen onder meer flink bezuinigen op migratiebeleid en migratievoorzieningen. Haar plan krijgt veel kritiek, maar zelf zegt ze dat ze de koopkrachtverbetering kan betalen.
Waar Macron nu daalt in de peilingen, gaat Le Pen dus juist omhoog. En ze stijgt zelfs zodanig dat ze steeds dichter bij Macron komt. Bij de vorige Franse presidentsverkiezingen, vijf jaar geleden, kwamen Macron en Le Pen ook als beste uit de bus in de eerste ronde. Van alle kandidaten destijds kregen zij de meeste stemmen: respectievelijk 24 en 21 procent. Nu staan ze op gemiddeld 27 en 21 procent.
In deze video worden de Franse verkiezingen uitgelegd:
Maar bij de tweede en beslissende stemronde, als alleen nog de twee beste kandidaten uit de eerste ronde meedoen, lijkt het een stuk spannender te worden. Vijf jaar geleden kreeg Macron 66 procent van de stemmen en Le Pen 34 procent. Nu liggen ze veel dichter bij elkaar. Volgens één van de peilingen die deze week verschenen zou Macron op 51,5 procent eindigen en Le Pen op 48,5 procent.
Dat zou je het 'stokbrood-effect' op de verkiezingen kunnen noemen: voor de Fransen zijn hun dagelijkse zorgen nu even belangrijker dan de oorlog in Oekraïne.