Met versoepelingen in zicht weer meer steun voor coronabeleid van kabinet
De steun voor het coronabeleid van het kabinet is voor de tweede maand op rij toegenomen. Dat blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van de NOS. Ruim de helft van de ondervraagden, 51 procent, staat nu achter de aanpak van de coronacrisis door het kabinet. Een maand eerder was dat met 45 procent nog minder dan de helft.
De onderzoekers vroegen ook naar hoe men dacht over de coronamaatregelen die betrekking hebben op de gezondheid van Nederlanders. Ook daar is nu meer steun voor het beleid, van 48 procent in januari naar 54 procent nu. De steun voor de economische maatregelen van het kabinet steeg ook, maar ligt met 38 procent wel een stuk lager. Vorige maand was dit 29 procent.
I&O Research doet al sinds maart 2020, het begin van de coronacrisis, representatief onderzoek naar de steun voor het kabinetsbeleid. Die was in het begin van de crisis torenhoog. De algemene steun voor het beleid lag aanvankelijk zelfs boven de 90 procent. Naarmate de crisis langer duurde, daalde die geleidelijk. In december vorig jaar steunde met 40 procent voor het eerst minder dan de helft van de ondervraagden het beleid. Vorige maand steeg dat weer tot 45 procent en nu is het dus nog wat verder opgelopen (naar 51 procent).
Steun voor versoepelingen
Het onderzoek is uitgevoerd tussen 11 en 14 februari. Toen was al duidelijk dat het kabinet op de persconferentie van vanavond zeer waarschijnlijk verregaande versoepelingen gaat afkondigen. Het overgrote deel van de mensen die aan het onderzoek meededen, wil ook versoepelen. 47 procent is daarvoor en 38 procent wil zelfs dat alle maatregelen worden losgelaten.
Bij elkaar opgeteld wil dus 85 procent (in enige vorm) versoepelingen en dat percentage was volgens I&O niet eerder zo groot. Nog maar 9 procent wil de huidige maatregelen handhaven en 3 procent vindt dat ze zelfs moeten worden aangescherpt.
Partij, leeftijd, opleiding
Opvallend is de gelijkgestemdheid onder kiezers. De achterbannen van alle partijen, alle leeftijdscategorieën en alle opleidingsniveaus zijn in ruime meerderheid voor versoepelingen. Wel willen aanhangers van onder meer PVV en FvD vaker alle maatregelen loslaten, terwijl mensen die stemmen op de coalitiepartijen (VVD, D66, CDA en ChristenUnie) of PvdA en GroenLinks vaker kiezen voor versoepelingen.
Onder de mensen die nog niet alles willen loslaten, is er bezorgdheid over een opleving van het coronavirus door bijvoorbeeld een nieuwe variant. Zij zijn daarom voor handhaving van de anderhalvemeterregel en mondkapjes, bijvoorbeeld in het openbaar vervoer. Waarschijnlijk gaat het kabinet daar niet voor kiezen en blijven alleen basisadviezen gehandhaafd zoals geen handen schudden, handen wassen, ventileren en testen bij klachten.
Voor mensen die aangaven dat alle maatregelen geschrapt moeten worden, is het argument vaak dat die disproportioneel zijn en niets hebben uitgehaald. Daarbij wordt ook gewezen op het milde karakter van de nu dominante omikronvariant. Er worden veel mensen besmet, maar ze komen niet zo snel in het ziekenhuis en al helemaal niet op de IC, zo zegt deze groep.
Langer open
Als naar afzonderlijke versoepelingsmaatregelen wordt gevraagd, vinden de meeste mensen (62 procent) dat de horeca en culturele instellingen tot na 22.00 uur open mogen blijven. Daarna volgen het langer openhouden van sportlocaties en het weer volledig bezetten van stadions, theaters en bioscopen.
Van het thuisblijven en testen bij klachten vindt maar 18 procent dat dit moet worden afgeschaft. Daarmee is dit, als het aan de ondervraagden ligt, de laatste maatregel die moet worden geschrapt.
Aan de deelnemers is ook gevraagd of er nooit meer een lockdown moet komen, zelfs niet als dat leidt tot overbelasting van de ziekenhuizen en eventueel meer doden. Met die stelling is 31 procent het eens. De helft kan zich wél een nieuwe lockdown voorstellen.
Ook over het coronatoegangsbewijs, de QR-code, wordt verdeeld gedacht. Van de ondervraagden vindt 38 procent dat de coronapas definitief moet worden afgeschaft. Net iets meer mensen, 41 procent, vinden dat de pas nog nut kan hebben.