Veel ontevredenheid over economie, Nederlanders willen verdere versoepeling
Nederlanders worden steeds kritischer over de consequenties van het coronabeleid voor de economie. Het grootste deel vindt dat de huidige lockdownmaatregelen verder kunnen worden losgelaten. Bijna de helft (45 procent) pleit daar voor, 19 procent meent dat dat de maatregelen compleet kunnen worden geschrapt. De helft is het inmiddels eens met de stelling: 'Ik ben moedeloos van alle maatregelen en het niet normaal kunnen leven'.
Dat komt naar voren uit een representatief onderzoek dat het bureau I&O Research afgelopen weekend heeft gedaan onder 2230 Nederlanders van 18 jaar en ouder in opdracht van de NOS. Dat was vlak na de corona-persconferentie.
Het onderzoek laat ook zien dat de steun voor het coronabeleid na maanden van daling een kleine opleving laat zien: van 40 procent in december naar 45 procent nu.
Steeds kritischer
Maar dat geldt uitsluitend voor de maatregelen op het gebied van gezondheid; op de aanpak van de economie wordt de bevolking juist steeds kritischer. Onderzoeker Peter Kanne van I&O Research: "Voor het eerst zien we dat de steun voor het gezondheidsbeleid stijgt, terwijl de economische maatregelen juist minder bijval krijgen. Veel mensen vinden het goed dat de zorg wordt beschermd, maar zij hebben de indruk dat de minder ziekmakende omikronvariant het mogelijk maakt om meer sectoren te openen zonder dat dit grote gevolgen hoeft te hebben."
Slechts 29 procent staat grotendeels of volledig achter het economische beleid in coronatijd. Dit was 42 procent in december. Ter vergelijking: aan het begin van de coronacrisis was dat nog 75 procent. De enige groep die op economisch gebied de coronamaatregelen in meerderheid steunt, is die van de VVD-stemmers met 53 procent. "In omliggende landen is alles open, hier niet", reageert een van de deelnemers aan het onderzoek. "Dat is onbegrijpelijk en niet uit te leggen. Dit kost veel te veel: financieel, mentaal, en qua gezondheid."
De resultaten doen Kanne denken aan de actie tegen het coronabeleid, september 2020, onder de hashtag #ikdoenietmeermee. "Iemand als Famke Louise kreeg daar toen veel kritiek op, maar inmiddels lijken steeds meer Nederlanders en zelfs sommige bestuurders het idee van burgerlijke ongehoorzaamheid sympathiek te vinden", zegt Kanne.
Boosteren
Minder mensen nemen een 'boosterprik' dan de eerste en tweede vaccinatie. Het RIVM meldt dat de helft van de 18-plussers op dit moment is geboosterd. Ook I&O Research ziet een lagere opkomst dan bij de eerste twee vaccinaties, maar verwacht dat de uiteindelijke opkomst bij volwassenen op iets langere termijn toch nog uitkomt op circa driekwart.
Als het gaat om verdere 'boosters' in de toekomst, zijn de 65-plussers duidelijk het meest gemotiveerd. Twee derde van deze ouderen zegt zich, indien dat wordt aangeraden, nog drie keer per jaar te laten boosteren. In de leeftijdsgroepen van 18 tot 34 jaar is dat circa 30 procent.
In de groep die zich nog helemaal niet heeft laten inenten zegt vrijwel niemand dat alsnog te overwegen. Maar gevraagd of er omstandigheden zijn waaronder deze mensen zich alsnog laten vaccineren, zegt 19 procent 'misschien'. Voor de meesten is dat als er dwang ontstaat via de werkgever of via wetgeving, bijvoorbeeld bij invoering van '2G' of vaccinatieplicht. Maar een dergelijke plicht zou de vaccinatiegraad hooguit met 2 procent verhogen (19 procent van de 11 procent van de volwassenen die zich niet hebben laten vaccineren).
Vaccinatiewroeging
Van alle gevaccineerden zegt 14 procent er (wel eens) spijt of wroeging van te hebben. Bij deze groep van in totaal 14 procent voert volgens Kanne het argument 'het heeft ons niet gebracht wat beloofd is' de boventoon. "Waarmee men bedoelt: met het vaccineren zouden we toch uit de coronacrisis komen? Of, sterker uitgedrukt: 'we zijn besodemieterd'", zegt Kanne.