RIVM: Nog veel onzeker, maar zorg kan zich maar beter voorbereiden
Ziekenhuizen moeten zich voorbereiden op een overbelasting van de IC's als gevolg van een piek in het aantal coronapatiënten. Dat zeggen Jaap van Dissel, directeur van het Centrum voor Infectieziektenbestrijding en modelleur Jacco Wallinga, beiden van het RIVM, in een interview met de NOS.
Ondanks het zorgelijke vooruitzicht heeft het Outbreak Management Team (OMT), voorgezeten door Van Dissel, recent geen nieuwe coronamaatregelen geadviseerd aan het kabinet. Volgens het OMT zijn versoepelingen van de huidige maatregelen voorlopig ook niet aan de orde.
We zien de besmettingscijfers snel oplopen. Hoe ongerust bent u dat de ziekenhuisopnames binnenkort hard gaan stijgen?
Jaap van Dissel: "Besmettingen betekenen nu iets heel anders dan vorig jaar. De gemelde besmettingen zijn aangetroffen bij een mix van allerlei verschillende groepen, daardoor is het moeilijk om te voorspellen wat er gaat gebeuren met de opnames. In die zin is het nu niet duidelijk of we ons ongerust moeten maken of niet."
Berekeningen van het RIVM wijzen bij de huidige maatregelen op een IC-bezetting van 180 coronapatiënten in januari, met een mogelijke piek van 400. Dat zou de IC's laten overstromen, zei intensivist Diederik Gommers woensdag. Hoe groot is de kans op dit scenario?
Jacco Wallinga: "Wat we met die prognoses willen zeggen is dat we zo'n hoge IC-bezetting zeker niet kunnen uitsluiten, maar de marges zijn vrij breed. We moeten ons er dus wel op voorbereiden dat het zou kunnen. We kunnen niet alles zomaar loslaten, dat is een belangrijke bevinding."
U zegt dat we ons moeten voorbereiden op een overbelaste zorg en uitstel van reguliere behandelingen. Dat is toch heel zorgelijk?
Wallinga: "We hebben altijd al aangegeven dat we deze winter nog een golf kunnen krijgen. Het is vooral belangrijk om uit te vinden welke groep nu precies de voornaamste aanjager van de nieuwe toename is. We zien bijvoorbeeld de meldingen fors toenemen bij de 10- tot 14-jarigen. Zij komen niet in het ziekenhuis terecht, dat is het goede nieuws."
"Het ligt er uiteindelijk heel erg aan of we de komende tijd een epidemie gaan zien die langzaam van de ene gemeente naar de andere trekt. Dat wordt dan op gemeenteniveau misschien heel erg, maar op landelijk niveau kun je dat aan. Maar als ze allemaal tegelijk komen, is dat een heel ander verhaal."
Waarom heeft het OMT geen nieuwe maatregelen geadviseerd aan het kabinet?
Van Dissel: "We hebben dat overwogen, maar daar zagen we in de aantallen nog geen aanleiding voor. Je wilt graag ver vooruitkijken, tot april bijvoorbeeld, maar in de praktijk kijk je twee tot drie weken vooruit, neem je stappen en maak je beoordelingen. En zo nu en dan valt het mee, en zo nu en dan valt het tegen. Een belangrijke onzekerheid is bijvoorbeeld het seizoenseffect; het weer laat zich nu eenmaal moeilijk voorspellen."
Maar als je dan uiteindelijk kort van tevoren alsnog maatregelen moet adviseren, is het dan niet al te laat?
Van Dissel: "Zo'n toename in de ziekenhuizen is er niet ineens. Als we echt gaan afwijken van de prognoses, dan komen we als OMT eerder bij elkaar. De piek ligt nu in januari, dat geeft nog tijd om te reageren. De allerbelangrijkste interventie is trouwens een zo hoog mogelijke vaccinatiegraad. Daarmee gaat het nu redelijk goed en we stijgen nog wat door."
Stijgt de vaccinatiegraad dan nog? Want in een online advies van het RIVM aan het ministerie over de testcapaciteit staat: "De vaccinatiegraad zal niet meer veel veranderen".
Van Dissel: "De grote aantallen hebben we gehad, maar we zien het nog wel licht toenemen en iedere procent scheelt weer."
Werken de vaccins nog goed?
Van Dissel: "Ja, de effectiviteit in het tegengaan van ziekenhuisopnames en IC-opnames is onveranderd hoog. Van alle ziekenhuispatiënten in Nederland met een covidinfectie zijn nu grofweg vier op iedere vijf niet gevaccineerd. De overige mensen zijn wel gevaccineerd, maar zij zijn in het algemeen ouder en hebben onderliggende medische problemen."
Als de vaccins nog zo goed werken, waarom heeft minister De Jonge dan al aangekondigd dat hij de oudste ouderen een boostervaccinatie wil gaan geven?
Van Dissel: "We zien wel een toename van lichte ziekteverschijnselen bij gevaccineerden. En dit kan een probleem opleveren in bijvoorbeeld de verpleeghuizen. We zien daar nu wat toename van de besmettingen en dat geeft natuurlijk onrust. Dat kan een reden zijn om in het voorjaar boosters te gaan geven, zodat het virus minder snel wordt doorgegeven. We hebben daar geen acute haast mee, want de effectiviteit tegen ziekenhuisopnames blijft hoog."
Een donderdag verschenen kritisch rapport van adviesbureau KPMG stelt dat in Nederland te veel is gestuurd op ziekenhuisopnames en niet op besmettingen. U was verantwoordelijk voor die adviezen, vindt u de kritiek terecht?
Van Dissel: "Dat rapport moet ik nog bestuderen en daarover ga ik niet uit de heup schieten. Ik neem aan wat je zegt en we gaan ernaar kijken."
Het rapport stelt dat er gezondheidsschade is voorkomen in landen die al heel vroeg een lockdown invoerden.
Van Dissel: "Welke landen waren dat?"
Een aantal Scandinavische landen.
Van Dissel: "Nou daar heb ik al eerder naar gekeken en het is niet juist dat zij sneller waren. Nederland springt er onder de Scandinavische landen helemaal niet negatief uit, zeker als je naar de eerste fase kijkt. Ik weet niet hoe ze daarbij komen."
Een ander kritiekpunt is dat er in Nederland te vaak is uitgegaan van een optimistisch scenario bij de coronabestrijding. Doen we dat nu weer door nog geen nieuwe maatregelen te treffen bij de oplopende besmettingscijfers?
Van Dissel: "Wat we doen is de scenario's presenteren aan de politiek met de getallen erbij. Het maken van de keus is uiteindelijk niet aan ons. Wij proberen het beeld alleen maar juist te schetsen. We zijn daar volledig helder en transparant in. Dat is hoe wij ons aandeel zien."