Rebellen Tigray plunderen opslagplaatsen voor hulpgoederen in naburige regio's
Rebellen van het Tigray People's Liberation Front (TPLF) hebben de afgelopen weken opslagplaatsen met hulpgoederen geplunderd in de Ethiopische regio Amhara, meldt de Amerikaanse hulporganisatie USAID. Die regio grenst aan Tigray, waar al maanden wordt gevochten door regeringstroepen en rebellen, die het gebied in handen hebben.
"We hebben bewijs dat meerdere van onze opslagplaatsen zijn geplunderd en volledig zijn leeggeroofd, vooral in Amhara", zei de directeur van de USAID-missie Sean Jones. "Iedere diefstal van humanitaire hulpgoederen is onaanvaardbaar en weerhoudt mensen in nood van het krijgen van cruciale hulp. Helaas zien we sinds het begin van het conflict in Noord-Ethiopië dat er door alle partijen wordt geplunderd."
Eind juni nam het TPLF grote delen van Tigray in en de rebellen trokken vervolgens de naburige regio's Afar en Amhara binnen. Daarop sloegen nog eens honderdduizenden mensen op de vlucht.
Blokkade hulpgoederen
Het conflict in Tigray, dat zijn wortels heeft in een politieke omwenteling in 2018, heeft aan duizenden mensen het leven gekost en een humanitaire crisis veroorzaakt. Er zijn talloze berichten van grove mensenrechtenschendingen door alle partijen.
Zo'n 900.000 mensen lijden honger en meer dan vijf miljoen mensen hebben humanitaire hulp nodig. Voor het eerst in negen maanden oorlog hebben hulpverleners te maken met een tekort aan voedsel om uit te delen, meldde USAID vorige week al. Volgens de hulporganisatie weigert de regering toegang te verlenen tot het gebied. De rebellen en de regering hebben elkaar meerdere keren ervan beschuldigd hulpgoederen tegen te houden.