Het jaar van Jetze Plat: 'Koude rillingen toen ik hoorde wat ik gebroken had'
Jesper van Aken
redacteur Sport
Jesper van Aken
redacteur Sport
In de laatste week van 2020 kijken zeven sporters en oud-sporters terug op een bewogen jaar. Vandaag: handbiker Jetze Plat.
De 29-jarige Plat had tijdens de Paralympische Spelen van Tokio de grote man moeten worden op de handbike en de triatlon, maar net als bij ieder ander gooide het coronavirus roet in het eten. Het bracht hem nieuwe inzichten en ook de schrik van het mogelijk moeten missen van de Spelen van 2021 na een zwaar motorcross-ongeluk.
Een monoloog van de man die tijdens de Paralympische Spelen van 2016 in Rio een gouden en een bronzen medaille won.
Hoofddoel
"Het voelt alweer lang geleden, maar ik heb dit jaar nog een paar nationale wedstrijden kunnen rijden. Alle internationale wedstrijden werden er natuurlijk snel uitgehaald.
Ik had dit hele jaar volgepland, met natuurlijk de Paralympische Spelen als hoofddoel. Begin dit jaar kwam ik net terug uit Namibië, waar ik vier weken een hoogtestage had gedaan. Vanaf dat moment zou ik wedstrijden gaan rijden. Maar de eerste wedstrijd, in Abu Dhabi, ging er gelijk uit."
"Ik ben daarna nog wel op trainingskamp geweest naar Girona. Dat hadden we al gepland. Maar na vier dagen ging heel Spanje op slot en mochten we nergens meer fietsen. We zijn toen halsoverkop naar huis gegaan.
En dan zit je opeens thuis. Dat is waardeloos en gek natuurlijk. Nu doe ik gelukkig wel een sport die je thuis kan doen en waarbij je niet afhankelijk bent van faciliteiten.
En hoe gek het ook klinkt, ik heb in die periode echt het plezier terug gevonden. Normaal heb ik er ook plezier in, maar rijd ik vooral veel bloktrainingen en wist ik elke dag alles wat ik precies moest doen. Nu had ik niks om naartoe te werken en had ik eigenlijk geen idee waarvoor ik aan het trainen was. Ik had meer vrijheid om lange ritten te maken en nieuwe wegen te ontdekken. Nederland is echt mooi om doorheen te fietsen."
"Als je thuis zit is het natuurlijk wel fijn om met je familie te zijn, met alle restricties natuurlijk. Maar ik zit in de top van mijn carrière en ik vind het mooi om avonturen mee te maken op trainingskamp. Het is wel echt omschakelen. Na Rio in 2016 zijn we bezig geweest met de Paralympics van Tokio. Daar ging opeens een streep doorheen."
Motorcross
"Ik besloot daarom om weer mijn crossmotor van het slot te halen en te gaan rijden. Het is een grote hobby van me, maar ik had hem even op slot gezet tot Tokio omdat ik mij wilde voorbereiden op de Spelen en geen risico wilde nemen.
Ik heb een beenprothese en zit daarom minder stabiel op de motor. Een foutje is zo gemaakt. Maar eigenlijk ging alles goed, tot de laatste keer dat ik erop ging rijden.
Ik weet niet meer precies wat er gebeurd is, want ik ben mijn geheugen kwijt van dat moment door een black-out. Ik ben van mijn motor gevallen en verkeerd terecht gekomen. Hierdoor brak mijn nekwervel. Pas in het ziekenhuis werd voor mij duidelijk dat het goed mis was. Ik kreeg echt koude rillingen toen ze vertelden wat ik gebroken had."
"In eerste instantie denk je dan: 'Wat een sukkel ben ik. Waarom moest ik op die motor stappen?' Het was best heftig, maar ik heb heel veel mazzel gehad dat ik volledig hersteld ben. Het had heel anders af kunnen lopen.
Ik heb zes weken met zo'n brace om mijn nek gelopen, dat is niet fijn natuurlijk. Maar na een paar dagen kon ik thuis alweer wat fietsen. Ik had toen ook het vertrouwen dat het weer goed zou komen. Er was immers niks verloren want er waren geen wedstrijden. En Tokio was nog ver weg."
Doel
"Het heeft mij ergens ook wel geholpen, hoe gek dat ook klinkt. Ik had door corona geen doelen meer en was daardoor ook niet meer hongerig. Na deze crash was ik erop gebrand om weer te herstellen en was die honger terug om weer hard te kunnen rijden. Het heeft mij extra motivatie gebracht. De motor heb ik nog niet verkocht, haha. Maar tot Tokio blijft hij wel in de schuur."
"Ik wil in Japan voor twee gouden medailles gaan. Ik heb drie kansen dus dat is het absolute hoofddoel. Maar twee gouden medailles in twee sporten zou mooi zijn; één bij het handbiken en één bij de triatlon. Ik ben regerend wereldkampioen op alle drie de onderdelen (triatlon, handbiken op de weg en in de tijdrit, red.), maar in Tokio zijn het drie wedstrijden in vier dagen. Dat is wel een moeilijkheidsfactor.
Bang dat het niet doorgaat ben ik niet. Het zal zeker anders zijn. Grote groepen supporters zullen misschien niet mee mogen, maar mijn doelstelling is niet anders. Je moet flexibel zijn. Veel dingen zijn nog een vraagteken.
Dat is wel iets wat ik geleerd heb dit jaar. Je hebt dit soort dingen niet in de hand, dus je moet er ook niet te veel energie aan verspillen."