De aardgas-paradox: waarom Nederland ervan af wil en Duitsland juist overstapt
Vooral aan de grens valt het contrast op: aan de Nederlandse kant is de gasrekening hoger geworden en worden huishoudens gestimuleerd om van het gas af te gaan, terwijl er even verderop in Duitsland honderden euro's subsidie worden uitgedeeld om juist op die energiebron over te stappen. Dat verschil roept verbazing op.
De belangrijkste verklaring is dat er in Duitsland nog heel wat CO2-winst valt te behalen door op gas over te stappen. Waar het merendeel van de Nederlandse huishoudens al jaren een aardgasaansluiting heeft, wordt in Duitsland een kwart van de huizen nog verwarmd met een oliegestookte verwarming. Het grootste deel is ouder dan 20 jaar. Die ketels zijn erg vervuilend.
Zouden al die olieketels worden vervangen door een nieuwe hoogrendementsketel op aardgas, dan vermindert de totale CO2-uitstoot van Duitse huishoudens met ongeveer 30 procent.
Inruilpremie
De vieze ketels zijn ook de Duitse regering een doorn in het oog en daarom wordt er gesproken over een "Wärmewende". Maar hoe bereik je die?
Een paar weken geleden opperde de voorzitter van de CDU, Annegret Kramp-Karrenbauer, om landelijk een zogenoemde Abwrackprämie in te voeren, een inruilpremie voor oude oliekachels. Hoe hoog die premie wordt, is nog niet bekend. Op vragen van de NOS kan regeringspartij CDU nog geen antwoord geven.
Aangenomen wordt dat een groot deel van de overstappers de voorkeur geeft aan gas. Dat heeft er vooral mee te maken dat de infrastructuur er al ligt. Van de 5,6 miljoen huishoudens met oliekachels kunnen er ruim 2 miljoen redelijk makkelijk overstappen op het gasnet. Ook is de installatie van een gasketel goedkoper dan de meeste duurzame energiebronnen.
We gingen op bezoek bij Bernd Schulze. Hij ruilde zijn bijna 30 jaar oude olieketel in voor gas:
Er is nog een reden waarom aardgas in Duitsland als een redelijk alternatief wordt gezien voor olie. "Hier wordt heel anders tegen deze energiebron aangekeken", zegt Philipp Pausder, ceo van een groot installatiebedrijf uit Berlijn. "Dat komt doordat de politiek reageert op de emoties die bij de bevolking leven."
Die emoties verschillen per land. In Duitsland is er na de ramp in Fukushima de consensus ontstaan dat kernenergie te gevaarlijk is. "In Nederland hebben de aardbevingen datzelfde effect gehad op aardgas: er is onder de bevolking steun voor het dichtdraaien van de gaskraan. Zo drukken in Europa verschillende gebeurtenissen een stempel op het klimaatbeleid", is de indruk van Pausder.
Doodlopende weg
Het overstappen van olie op gas is dus voor Duitsland een stap in de goede richting. Maar kritiek is er ook. Experts noemen deze keuze een kortetermijnoplossing en te weinig ambitieus.
Een van die kritische deskundigen is Christoph Podewils van klimaatdenktank Agora. "De keuze voor aardgas is voor nu misschien goed, maar het is ook een doodlopende weg", zegt hij. "Want die ketels blijven vaak wel twintig tot dertig jaar staan. Met gas lukt het niet om de CO2-uitstoot naar nul te krijgen."
Volgens Podewils is het daarom beter om gas als warmtebron over te slaan en in te zetten op isolatie en echt duurzame bronnen.