Sea-Watch mag weer uitvaren na uitspraak rechter
Hulporganisatie Sea-Watch hoeft nog niet te voldoen aan de strengere veiligheidseisen die de overheid in april plotseling invoerde. De rechtbank in Den Haag heeft bepaald dat de Staat de regeling van minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat, pas vanaf 15 augustus mag toepassen.
Door de nieuwe regels kon het reddingsschip Sea-Watch 3, dat onder Nederlandse vlag vaart, in april ineens niet meer uitvaren. De hulporganisatie kreeg een week om aan de strengere veiligheidseisen te voldoen, maar dat was niet haalbaar.
Hard nodig
Nu de toepassing van de veiligheidseisen is uitgesteld, wil de hulporganisatie zo snel mogelijk weer uitvaren. Het schip ligt op dit moment in de haven van Marseille.
Een woordvoerder van Sea-Watch zegt dat alle reddingscapaciteit in de Middellandse Zee nodig is, vanwege het toegenomen geweld in Libië, waar diverse groepen strijden om de macht in het land.
Regels te onduidelijk
De Sea-Watch 3 voldoet aan de eisen van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR, maar volgens de Nederlandse inspectie is het schip niet geschikt om grote groepen vluchtelingen te redden en gedurende langere tijd te vervoeren.
Sea-Watch beschuldigde de minister van machtsmisbruik en stapte naar de rechter om de nieuwe regels van tafel te krijgen. De rechtbank gaat daar gedeeltelijk in mee. De minister was wel bevoegd om nieuwe regels in te stellen, maar de rechter vindt die te vaag.
Alsnog overleg
Zo is een aantal nieuwe regels afhankelijk van het aantal opvarenden, maar bij een reddingsoperatie is het onmogelijk om te bepalen hoeveel migranten er uit zee worden gehaald.
Het uitstel tot 15 augustus moet Sea-Watch en de minister de tijd geven om "alsnog constructief overleg met elkaar te voeren", zegt de rechtbank. Ook moet het ministerie duidelijker maken aan welke eisen de Sea-Watch 3 precies moet voldoen.