De Ridderzaal is al helemaal klaargemaakt voor de Troonrede
NOS Nieuws

Den Haag in teken Prinsjesdag: veel nog open, deze cijfers weten we al

'De fundamenten onder onze welvaart zijn sterk, maar ze zijn geen garantie voor toekomstige economische voorspoed', is de boodschap die minister Hoekstra van Financiën vandaag mee zal geven bij de presentatie van de eerste Miljoenennota van het derde kabinet-Rutte.

Zoals altijd lekten de belangrijkste cijfers voor de rijksbegroting een paar dagen voor Prinsjesdag uit. Donderdag kwam de NOS met de voorspellingen van het Centraal Planbureau in de Macro Economische Verkenningen, vrijdag volgde RTL Nieuws met de hoofdlijnen van de miljoenennota en de toelichting van Hoekstra.

Hoekstra schrijft dat het kabinet de Nederlanders wil laten voelen dat het goed gaat met de economie. Tegelijk waarschuwt hij voor economische tegenwind, die het gevolg kan zijn van de brexit en de handelsconflicten die president Trump ontketent.

Politiek verslaggevers Ron Fresen en Xander van der Wulp denken dat de eerste Prinsjesdag van dit kabinet meteen de vrolijkste is:

Is dit de meest positieve Prinsjesdag in jaren?

Hoekstra verzet zich dan ook tegen het beeld dat 'het geld tegen de plinten op klotst', zoals zijn voorganger Zalm aan het begin van deze eeuw zou hebben gezegd. Zalm zelf schrijft die uitspraak overigens toe aan de toenmalige PvdA-fractieleider Melkert.

In ieder geval houdt Hoekstra ons voor dat het kabinet voorzichtig moet zijn met belastinggeld en dat de overheidsfinanciën in de toekomst verder op orde moeten worden gebracht.

Tot de cijfers die al bekend zijn behoort de voorspelling dat de Nederlandse economie volgend jaar groeit met 2,6 procent. Daarmee valt de groei van het bruto binnenlands product iets lager uit dan dit jaar en vorig jaar. Het wordt het zesde jaar op rij met economische groei.

Koopkracht

De koopkracht gaat er volgend jaar volgens het kabinet voor meer dan 95 procent van de Nederlanders op vooruit. Die koopkrachtstijging is gelijk verdeeld: alle groepen werkenden met een jaarinkomen van meer dan 23.700 euro gaan er 1,6 tot 1,7 procent op vooruit. Ouderen zien hun koopkracht met 1,5 procent stijgen. De koopkracht van uitkeringsgerechtigden blijft achter met een gemiddelde stijging van 0,9 procent.

Overigens zeggen deze koopkrachtcijfers weinig over de werkelijke inkomensontwikkeling van individuele huishoudens. Die is namelijk vooral afhankelijk van gebeurtenissen die in de 'statische koopkrachtcijfers' niet zijn meegenomen, zoals promotie, pensioen, ontslag of het juist vinden van een baan.

Ook verschilt de uiteindelijke koopkrachtontwikkeling altijd van de voorspelling. Twee jaar geleden voorspelde het CPB bijvoorbeeld voor 2017 een gemiddelde koopkrachtstijging van een vol procent, maar werd het maar de helft, terwijl 46 procent van de huishoudens erop achteruit ging.

Werkloosheid

De werkloosheid daalt verder van 355.000 naar 320.000. Daarmee wordt de werkloosheid minder dan half zo hoog als in 2014, toen hij met 700.000 werklozen een hoogtepunt bereikte.

De overheidsschuld daalt voor het eerst sinds 2007 onder de 50 procent van het bbp. Dat komt nog altijd neer op een schuld van ruim 400 miljard euro. In 2014 was de schuld nog 68 procent.

Het kabinet verwacht voor het vierde jaar op rij een begrotingsoverschot, van 1,0 procent (dat is zo'n 10 miljard euro). Maar het structurele EMU-saldo - het saldo dat je krijgt als de gevolgen van de conjunctuur niet worden meegerekend - laat een tekort van 0,4 procent zien.

Dividendbelasting

Verder is bekend dat het kabinet de afschaffing van de dividendbelasting in 2020 wil doorzetten. Dat gaat naar de huidige inzichten 1,9 miljard euro kosten. Vorig jaar was nog gerekend op 1,4 miljard euro, maar doordat de winsten hoger uitvallen, loopt de schatkist meer belastinginkomsten mis.

De afschaffing van de dividendbelasting wordt onder meer betaald door de vennootschapsbelasting minder te verlagen dan was aangekondigd, niet van 25 naar 21 procent, maar naar 22,24 procent.

Gaswinning

Het terugbrengen van de gaswinning kost volgend jaar 300 miljoen euro, terwijl het kabinet ook nog 100 miljoen voor de provincie Groningen uittrekt. Het kabinet betaalt dat uit meevallers in de zorg en de sociale zekerheid en op de rentebetalingen op de staatsschuld. Die meevallers ten opzichte van eerdere ramingen leveren 1,1 miljard euro op.

Verder reserveert het kabinet honderden miljoenen euro's om de gevolgen van de brexit op te vangen. Er wordt onder meer rekening gehouden met een hogere bijdrage aan de EU en meer douanekosten. Een harde brexit kan Nederland op termijn 1 à 2 procent van het bbp kosten.

Zorg en onderwijs

Zoals afgesproken in het regeerakkoord investeert het kabinet extra geld in onderwijs, veiligheid, defensie en infrastructuur. De zorguitgaven stijgen minder snel dan geraamd, maar gaan nog altijd flink omhoog en het kabinet denkt dat de zorgpremies met gemiddeld 10 euro per maand omhoog gaan.

Met 79,7 miljard euro haalt de zorg bijna de sociale zekerheid in als grootste uitgavenpost. De hele kabinetsperiode gaan de zorguitgaven naar schatting met 16 miljard omhoog, een stijging die aanzienlijk meer is dan de hele defensiebegroting (10 miljard).

De in grootte derde post is onderwijs, waar volgend jaar 38,5 miljard euro naartoe gaat. Eerder stelde het kabinet al 700 miljoen extra beschikbaar om in het basisonderwijs de salarissen te verhogen en de werkdruk te verlagen. Dat moet meer docenten aantrekken, en dat is nodig, want er wordt voor komend jaar in het basisonderwijs gerekend op een tekort van meer dan 2000 docenten.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl