Digitalisering Surinaams slavenregister van start
In Nederland is het heel gemakkelijk: de archieven induiken om uit te zoeken wie je voorouders zijn. Maar dat geldt niet voor mensen van Surinaamse afkomst. Hun register ligt in Suriname en is niet digitaal toegankelijk. Voor Surinaamse Nederlanders is het de enige bron om inzicht te krijgen in het slavernijverleden van hun familie. Een groep vrijwilligers begint woensdag met het digitaliseren van het register.
Slavenregisters zijn uniek, en om vele redenen van groot belang, zegt onderzoeker Coen van Galen. Voor nabestaanden, voor de slavernijdiscussie, voor onderzoek en voor de Nederlandse en Surinaamse geschiedenis. De slavenregisters in het Nationaal Archief Suriname zijn de enige bron waarin vrijwel alle tot slaaf gemaakte mensen in Suriname tussen 1830 en de afschaffing van de slavernij in 1863 te vinden zijn. Het gaat in totaal om ongeveer 80.000 mensen.
Beperkt toegankelijk
Slaveneigenaren moesten van de Nederlandse overheid in 1830 hun eigendom registreren. Tot hun eigendom behoorden ook de Afrikanen die ze als slaaf hielden. In de registers kwamen gegevens te staan als de geboortedatum, de naam van de moeder en veranderingen zoals geboorte, overlijden, vrijlating of verkoop, melaatsheid en andere informatie die belangrijk was voor de status en waarde van mensen die tot slaaf gemaakt werden.
De slavenregisters zijn compleet aanwezig in het Nationaal Archief Suriname, maar slechts beperkt toegankelijk voor het grote publiek, omdat ze niet gedigitaliseerd zijn. Ook ontbreekt een index en kun je dus niet zoeken.
De bedoeling is dat de vrijwilligers vanaf morgen de informatie op de gescande pagina's, overtypen in een database. Het invoeren van de scans in de database is naar verwachting begin juli klaar. Het digitaliseren is mogelijk gemaakt door een crowdfundingsactie die 41.550 euro heeft opgeleverd.
Goed leesbaar
De registers zijn nauwkeurig bijgehouden. 43 dikke boeken met in totaal zo'n 30.000 pagina's vermelden alle mensen die tot slaaf gemaakt werden en hun bezitters in Suriname tussen 1830 en 1863 (toen de slavernij is afgeschaft). Alleen de kleine groep gouvernementsslaven - slaven in eigendom van de overheid - staan er niet in vermeld. "Heel helder materiaal. Relatief goed bewaard en goed leesbaar omdat het altijd door één klerk werd bijgehouden", zegt Coen van Galen.
Het project is een samenwerking Coen van Galen van de Radboud Universiteit Nijmegen en Maurits Hassankhan van de Anton de Kom Universiteit van Suriname. De database zal 1 juli 2018 beschikbaar zijn voor het publiek via de websites van de Nationale Archieven van Nederland en Suriname.
Onderzoek
Als de database eenmaal online staat, is het de bedoeling dat de informatie gebruikt wordt voor historisch-demografisch onderzoek. De informatie uit de slavenregisters wordt omgezet in rekenmodellen, zodat berekend kan worden wat bijvoorbeeld de leeftijd, het kindertal en de levensomstandigheden op verschillende plantages waren. De gedetailleerde informatie in de Surinaamse registers maakt het mogelijk om meer te weten te komen over het leven van mensen die slaaf waren.