Oud-minister van Volksgezondheid Ernst Kuipers is niet te spreken over de voorgenomen bezuiniging van zijn opvolger Fleur Agema (PVV) op de infectieziektebestrijding. Zij schreef gisteren in een Kamerbrief dat de bezuiniging, oplopend tot 300 miljoen euro, een "grote impact" zal hebben op de paraatheid van Nederland tijdens een pandemie.
"Een buitengewoon onverstandig besluit", zegt Kuipers tegen Nieuwsuur, die zich realiseert dat het ongebruikelijk is dat een oud-minister kritiek heeft op zijn opvolger. "De kans op een volgende pandemie wordt alleen maar groter. Door onze uitbreidende wereldbevolking, doordat steeds meer mensen mobiel zijn en reizen, doordat we ons voedsel over de hele wereld verslepen. Door klimaatverandering, door overstromingen en tal van andere factoren."
Kuipers werd als voorzitter van het Landelijk Netwerk Acute Zorg een bekend gezicht tijdens de coronacrisis. In januari 2022 werd hij minister van Volksgezondheid en een jaar later zette hij het programma Pandemische Paraatheid op, waarvoor hij jaarlijks 300 miljoen euro beschikbaar stelde. Met de aangekondigde bezuinigingen gaat er een streep door de aanvullende maatregelen in dat programma.
'Gemiste kans'
Agema schrijft aan de Kamer dat het "niet langer mogelijk is" om door te gaan met de soms al in gang gezette maatregelen van het programma. "Dat raakt vanaf 2025 uiteraard de bescherming tegen en bestrijding van infectieziektenuitbraken, maar heeft ook bredere gevolgen voor basis noodzorg in Nederland", aldus de minister.
Renze Jongstra is voorzitter van de V&VN IC, de beroepsvereniging van IC-verpleegkundigen. Hij zegt dat ziekenhuizen op dit moment nóg minder goed voorbereid zijn op een nieuwe pandemie dan in 2020. "Natuurlijk zullen we weer de schouders eronder zetten, maar dat zal ook betekenen dat collega's weer overspannen raken en meer mensen het vak verlaten." Met de financiering van 300 miljoen extra had daar aan gewerkt kunnen worden, zegt Jongstra. "Een gemiste kans."
Dat vindt ook de voorzitter van de koepelorganisatie van de GGD'en en GHOR-bureaus, André Rouvoet. Hij was al begonnen aan de voorbereidingen voor een mogelijke nieuwe pandemie, met onder meer een voorgenomen personeelsuitbreiding bij de GGD's. "Dat programma wordt nu in één keer geschrapt. Dat betekent dat we dus die extra investeringen in de extra mensen, in systemen, in innovaties niet kunnen doen en uit onze handen moeten laten vallen."
Rouvoet vergelijkt het met de Deltawerken. "We hadden de stormvloed in 1953. Dat wilden we niet nog een keer hebben. Daarom gingen we die Deltawerken bouwen. Het nieuwe kabinet treedt aan en zegt: nou, stop maar, want wie weet komt er geen storm. Dat is een enorm risico wat je neemt met de gezondheid van Nederland."
Systeem
Dat Nederland amper was voorbereid toen de coronacrisis in Nederland in 2020 uitbrak, ondervond oud-minister Kuipers aan den lijve. Voor zijn ministerschap was hij ziekenhuisbestuurder. "We hadden geen protocollen, we konden onze capaciteit niet opschalen, we hadden geen ICT- en monitoringssysteem om te kijken hoeveel besmettingen er eigenlijk waren. En er was één ding duidelijk: dat moet een volgende keer echt anders."
Als Kamerlid sprak Agema de minister van Volksgezondheid daar ook herhaaldelijk op aan. Kuipers: "Ze heeft destijds zelfs een notitie ingeleverd, waarbij nadrukkelijk werd aangedrongen op het uitbreiden van ic-capaciteit, het opzetten van een monitoringsysteem en het creëren van een systeem om zo nodig voorraden aan materialen te hebben."
Hij maakt net als Rouvoet een vergelijkting. "Dit lijkt op iemand die twee jaar geleden een ernstig auto-ongeval had en nu al twee jaar geen incidenten meer heeft meegemaakt. En dan nu zegt: het is al twee jaar goed gegaan, nu draag ik geen gordel meer."
Onvoorbereid
Agema laat Nieuwsuur weten dat zij haar eigen bezuiniging ook "onwenselijk" vindt. Ze wil daarom zoeken naar "alternatieve financiering". "De bezuiniging in 2025 is bewust gericht op het niet starten van nieuwe dingen die volgens plan in 2025 van start zouden gaan, zodat we geen dingen hoeven af te breken die in de voorgaande jaren juist zijn opgebouwd", zegt Agema.
Kuipers rekent voor dat het gaat om een kleine 0,3 procent van de totale VWS-begroting. "Dat is een buitengewoon klein bedrag. Op het moment dat je onvoorbereid alle zeilen bij moet zetten voor zo'n pandemie, dan ben je echt een veelvoud van deze bedragen kwijt."
Minister Agema verwacht halverwege 2025 meer duidelijkheid te kunnen geven over de gevolgen van de bezuiniging voor het infectieziektebeleid. In de tussentijd wil het kabinet de 'maatschappelijke weerbaarheid' versterken. De bescherming tegen grote uitbraken van infectieziekten zou daar onderdeel van moeten zijn. De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTV) moet dat plan vorm gaan geven.