Minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken voert nog overleg over de manier waarop het boerkaverbod in Nederland gehandhaafd moet worden. Tot die gesprekken klaar zijn, gaat het boerkaverbod niet in.
Ollongrens mededeling valt samen met uitspraken van burgemeesters van grote steden. De burgemeester van Amsterdam, Femke Halsema, zei afgelopen vrijdag het boerkaverbod niet te willen handhaven. Ze vindt het "zo niet bij onze stad passen" en een verkeerde inzet van de schaarse middelen. "En daarbij denk ik ook dat, gemeten naar de omvang van het probleem, de wet erg zwaar is." Ook Rotterdam en Utrecht willen geen prioriteit geven aan de handhaving van het verbod.
De Eerste en Tweede Kamer hebben echter al ingestemd met het wetsvoorstel voor een beperkt boerkaverbod. Het kabinet moet alleen nog bepalen wanneer het verbod ingaat. De aankondiging van Halsema en de bijval van andere steden leidde tot kritiek en ergernis in Den Haag.
Staatssecretaris Barbara Visser zei dit weekend dat niemand boven de wet staat. "Het gaat om de veiligheid", zegt ze. "Burgemeesters kunnen niet shoppen in de wet en kiezen wat ze zelf belangrijk vinden."
Grotere bedreigingen
Maar Jos Heijmans, burgemeester van Weert, is het wel eens met de gemeentelijke ongehoorzaamheid. "In Weert zijn ook vrouwen die in een boerka rondlopen en niemand voelt zich daar onveiliger door. Mensen voelen zich onveiliger door deze discussie", zei hij vandaag op Radio 1.
Volgens hem zijn er grotere bedreigingen voor de openbare orde en veiligheid. '"Motorbendes bijvoorbeeld, of het tekort aan politieagenten. Daar zouden we ons druk om moeten maken."
Ollongren noemt het prematuur dat burgemeesters al uitspraken doen over het verbod, terwijl gesprekken over handhaving nog worden gevoerd. Die gesprekken worden gevoerd met de sectoren waar het verbod van kracht zal zijn, laat een woordvoerder weten. "De Tweede Kamer wordt uiteraard geïnformeerd als de gesprekken met de sectoren zijn afgelopen."