Dat ook Nederlandse militairen zich schuldig konden maken aan oorlogmisdaden, dat ging er bij de meeste Nederlanders in de jaren 60 niet in. Maar 'Indië-klokkenluider' Joop Hueting wist wel beter en kaartte de wandaden aan. Afgelopen zondag overleed hij op 91-jarige leeftijd.
In 1943 is Hueting 19 jaar oud als hij wordt uitgezonden naar Nederlands-Indië. Daar is hij getuige van structurele misdaden door Nederlandse militairen tegen de lokale bevolking bij de zogenoemde politionele acties.
Het Nederlandse leger martelt en moordt, soms zijn zelfs willekeurige Indonesische voorbijgangers slachtoffer. "Dat er een boer langskwam en prrrt, die neergeschoten werd", zo omschrijft Hueting het later. "En de commandant van die broeder zei: 'Joh schei eens uit met die flauwekul.'"
Het laat Hueting niet los en hij besluit de wandaden aan te kaarten. Hij schrijft brieven naar kranten, maar die worden niet geplaatst. Uiteindelijk regelt hij een interview met de Volkskrant. Daarna wordt hij uitgenodigd om te komen praten in tv-programma Achter het Nieuws.
Doorzeefd
Daar zegt hij: "Ik heb daar meegedaan aan oorlogsmisdaden en ik heb ze zien verrichten. Om daar een paar voorbeelden van te geven kan ik u vermelden dat er kampongs doorzeefd werden waarvan de militaire noodzakelijkheid niemand destijds inzag. Er vonden verhoren plaats waarbij op een afschuwelijke manier gemarteld werd."
Ook vertelt Hueting over wraakacties. "We kregen krijgsgevangenen en zij werden meerdere malen neergeschoten, waarbij dan de kreet was 'ga jij maar pissen'. Waarbij de mensen zich omdraaiden en in de rug neergeschoten werden."
Het interview veroorzaakt een schokgolf in Nederland die het beeld van het koloniale verleden tot de dag van vandaag ingrijpend verandert. Het beeld dat soldaten goede vrienden zijn van de plaatselijke bevolking, blijkt niet altijd te kloppen.
Dat Hueting eigenhandig dit beeld op zijn kop zet, wordt hem niet in dank afgenomen. Zijn strijdmakkers begrijpen niet waarom Hueting de vuile was buiten hangt. Hij wordt met de dood bedreigd en moet onderduiken.
Na het tv-interview in Achter het Nieuws begint de Nederlandse regering een onderzoek, dat achteraf een onvolledige inventarisatie blijkt te zijn. In het rapport worden 110 gevallen van uitzonderlijk geweld vermeld. De conclusie: van systematische wreedheid is geen sprake geweest.
Het tij keert
Pas veel later, in 2015, concludeert historicus Rémy Limpach dat het geweld van het Nederlandse leger tijdens de dekolonisatieoorlog wijdverbreid was en in de militaire structuur was verankerd. Reden voor de Nederlandse overheid om in 2017 een nieuw onderzoek in stellen naar het geweld van Nederlandse militairen tussen 1945 en 1950. Dat onderzoek wordt eind 2021 afgerond.
Hueting was blij dat het tij is gekeerd en blikte in een interview met NRC in 2016 terug op zijn uitspraken die zoveel hebben losgemaakt. "Ons land was beslist niet vrij van wandaden. Dat wilde ik aankaarten. Ik vond dat we ook naar onszelf moesten kijken."