Het was een van de grootste tragedies in de afgelopen decennia in Groot-Brittannië. De brand in Grenfell Tower, vandaag precies vijf maanden geleden, kostte aan tachtig mensen het leven. Ruim 200 bewoners verloren van de een op de andere dag hun huis.
Terwijl het grote strafrechtelijk onderzoek naar de brand in volle gang is, is er in de omgeving van de uitgebrande toren vooral nog veel verdriet en woede. Hoe kon dit in een moderne stad als Londen gebeuren?
Stille tocht
In de buurt rond Grenfell Tower organiseren bewoners maandelijks een stille tocht door de wijk om de slachtoffers van de brand te herdenken. Een tocht die nog elke maand in omvang toeneemt. Duizenden mensen trekken in de vroege avond door de straten in de wijk.
"We worden hier behandeld als tweederangs burgers", zegt Virginia, die op een steenworp afstand van de toren woont. "Kijk naar de overlevenden, velen zitten nog steeds in een hotel." Pas 27 van de ruim 200 huishoudens hebben een nieuw huis toegewezen gekregen.
Tomassina, die op de begane grond woonde, zit al maanden met haar 4-jarige zoontje in het Novotel, even verderop. "De overheid zet ons onder druk om huizen te accepteren in een heel andere wijk. Maar ik wil in mijn oude wijk terugkeren. Dat moet ook, om te kunnen verwerken wat er is gebeurd."
Kijk naar de overlevenden, velen zitten nog steeds in een hotel.
De gemeente geeft toe dat het proces langzaam verloopt. "Dit is een van de dichtstbevolkte wijken van Londen, het is een enorme uitdaging om juist hier ruim 200 nieuwe woningen te vinden", zegt Kim Taylor-Smith, die namens de Conservatieven in de stadsdeelraad Kensington belast is met de nasleep van de brand.
Alleen zien veel bewoners dit als extra bewijs dat ze zelfs na zo'n tragedie geen prioriteit zijn voor de overheid. "Sociale huurders zijn een belemmering voor ze", zegt George, die meeloopt in de stille tocht. "De vierkante meterprijs hier is absurd, we worden omringd door kapitale panden."
Dat concludeert ook Anna Minton, die onlangs het boek Big Capital: Who is London for? schreef. Ze verdiept zich al jaren in de Londense huizencrisis. Want om de hoek bij Grenfell begint het peperdure Londen. Notting Hill, Chelsea, Kensington: wijken waar je onder de miljoen geen huis meer kan vinden.
"Hier betaal je met gemak meer dan 10 miljoen voor een huis met vier slaapkamers", zegt Minton. "Het ironische is zelfs, in sommige hele dure straten staan zelfs huizen leeg. Dat zijn huizen die door bijvoorbeeld steenrijke Russische oligarchen puur als investering worden gekocht, zonder dat ze er wonen."
Doordat de huizenprijzen in Londen de afgelopen jaren zo extreem zijn gestegen, willen volgens Minton dit soort wijken het liefst af van sociale huurwoningen. "Je ziet dat ze bewust niet onderhouden worden. Zodat ze op een gegeven moment rijp zijn voor de sloop. En dan kunnen projectontwikkelaars er iets nieuws voor in de plaats zetten en dat voor veel geld verkopen."
Niet gewenst
Het geeft veel bewoners rondom Grenfell het gevoel dat ze niet gewenst zijn. En daarom zo weinig aandacht krijgen. "Als de lift het niet doet, kan het wel dagen duren voor ze komen repareren. Ze beloven veel, maar maken weinig waar", zegt Lina, die tegenover de toren woont. "Mensen zijn echt getraumatiseerd door wat hier is gebeurd. En god weet wat er in dit pand gebeurt als er brand uitbreekt."
En hoewel sommigen hopen dat de brand een kentering teweeg zal brengen, ziet Minton dat somber in. "Weinig wijst erop", zegt ze terwijl ze naar de uitgebrande toren kijkt. "Je verwacht zo'n aanblik misschien in een oorlogsgebied. Maar niet in centraal Londen."