Een week geleden ontstond er in Turkije grote chaos en verwarring. Militairen bevolkten de straten van Ankara en Istanbul. Het leger zei de macht in het land volledig te hebben overgenomen. De coup werd neergeslagen, maar zeven dagen later is het nog steeds aan de orde van de dag
De afgelopen week zijn tienduizenden mensen opgepakt, ontslagen of geschorst. Daarnaast is in Turkije de noodtoestand van kracht, waardoor president Recep Tayyi Erdogan vergaande bevoegdheden krijgt om zijn tegenstanders aan te pakken. Volgens hem zit de beweging van geestelijke Fethullah Gülen achter de mislukte staatsgreep.
Het bittere eind
In Istanbul werd de brug over de Bosporus gisteravond bezet door duizenden mensen die hun steun aan Erdogan uitspraken. Diezelfde brug was tijdens de mislukte staatsgreep bezet door de coupplegers. Ook in Ankara gingen mensen de straat op om steun te betuigen aan de president.
"We geven de aanstichters van de coup een duidelijk signaal. Hun actie kan niet door de beugel", zegt een van de betogers. "Ik ben hier voor mijn land", zegt een andere man. "Daar vecht ik voor tot het bittere eind."
Het risico van een tweede couppoging is volgens de Turkse premier nog niet geweken. "Het gevaar is nog niet voorbij, maar de bevolking hoeft niet bang te zijn", zei premier Binali Yildirim. Hij benadrukte dat de regering en andere instituties in het land de situatie onder controle hebben.
Mond snoeren
In het buitenland klinkt er kritiek op de noodtoestand in Turkije. Vooral Duitsland is verontrust. De maatregelen zouden alleen moeten gelden voor verdachten van de coup en niet voor politieke tegenstanders. Maar ook in Turkije zelf heerst onzekerheid over wat de regering met haar nieuwe macht zal doen.
"We weten niet wat ze willen met de noodtoestand. Wordt die gebruikt om de tegenstanders van Erdogan de mond te snoeren? Of wordt hij werkelijk ingezet tegen de mensen die achter de coup zaten? Dat weet ik niet", zegt Mustafa Hos, die schrijft voor een site die populair is bij tegenstanders van de president.
Ook in Nederland zijn spanningen ontstaan na de mislukte staatsgreep. Turkse Nederlanders gingen massaal de straat op om hun steun te betuigen aan president Erdogan en er waren ook bedreigingen aan het adres van Gülen-aanhangers en tegen Turken die de Turkse regering niet steunen.
Die grote betrokkenheid bij de gebeurtenissen in Turkije, roept de vraag op of Turkse Nederlanders zich vooral Turk voelen of ook Nederlander?
