Pogacar wil na Giro en Tour ook WK winnen: 'Regenboogtrui staat Van der Poel, ik wil hem'
Slechts twee wielrenners slaagden er ooit in om in één jaar de Giro d'Italia, de Tour de France én het WK te winnen. Eddy Merckx was in 1974 de eerste. De Ier Stephen Roche deed het - tegen alle verwachtingen in - in 1987.
Dit jaar wil kersvers Tour de France-winnaar Tadej Pogacar zich daarbij voegen. "Die regenboogtrui staat Mathieu van der Poel heel goed. Maar ik wil 'm hebben."
Geen mens twijfelt eraan dat de 25-jarige Sloveen daartoe in staat is. Pogacar won dit jaar immers al Strade Bianche en Luik-Bastenaken-Luik - beide met een monstersolo -, de Giro d'Italia en dus de Tour de France.
En alsof dat nog niet genoeg is: beide grote ronden sloot hij af met zes (!) ritzeges. In de afsluitende tijdrit van Monaco naar Nice nam hij vandaag voor de derde dag op rij zijn rivalen de maat. Vooral Jonas Vingegaard, de man die hem de laatste twee jaar de baas was.
"Het waren twee moeilijke jaren in de Tour de France. We maakten te veel fouten, maar dit jaar liep alles perfect. Ik ben ongelooflijk blij."
In drie weken tijd kende Pogacar maar één momentje van kwetsbaarheid. In het middengebergte kon hij een lange aanval niet voltooien door een hongerklop en werd hij aan de streep in Le Lioran nipt geklopt door Vingegaard. Verder was de Sloveen op alle vlakken de beste.
"Dit was de eerste grote ronde waarin ik echt elke dag vol vertrouwen was. Zelfs in de Giro had ik een slechte dag, al ga ik niet zeggen welke. Maar deze Tour heb ik kunnen genieten van de eerste tot de laatste dag."
'Kon Urska niet teleurstellen'
Ook in de slottijdrit stond er geen maat op Pogacar. Die tijdrit begon in Monte Carlo, waar Pogacar met zijn verloofde Urska Zigart woont.
"Ik heb zo veel steun om me heen en wilde niemand teleurstellen. Ik had de hele tijd die uitspraak van Urska in mijn hoofd. Zij vervloekte me dat ik elke keer op de training deze wegen wilde nemen. Al die voorbereidingen ga ik nu niet verpesten, dacht ik."
Na Fausto Coppi, Jacques Anquetil, Bernard Hinault, Miguel Indurain, Marco Pantani en natuurlijk Merckx en Roche is hij pas de zevende wielrenner die in hetzelfde jaar de Tour en de Giro weet te winnen.
"Ongelooflijk", verzucht Pogacar. "Sommigen dachten dat de Giro een veiligheidsnet zou zijn, voor als ik de Tour niet zou kunnen winnen. Maar de Tour is een ander niveau. En om ze beide te winnen, dat is nog een niveautje hoger. Ik ben superblij."
Beste tijdperk in het wielrennen
"In de laatste twee jaren horen we dat dit de beste periode in het wielrennen is, met de beste duels in het wielrennen. Ook als ik er niet zelf middenin zou zitten, zou ik dat zeggen. In ieder geval de strijd om het algemeen klassement. Die strijd met Jonas, Remco en Primoz is ongelooflijk. En er komen ook nog veel jonge jongens aan. Ik denk dat we er allemaal van moeten genieten."
Her en der werd gefluisterd dat Pogacar zijn toch al legendarische status misschien zou willen onderstrepen door ook nog een gooi te doen naar de Vuelta-winst. Of misschien wel olympisch goud over twee weken in Parijs?
Maar Pogacar weet heel goed wat hij wil: wereldkampioen worden, liefst in september al in Zürich. "Ooit wil ik die regenboogtrui. Maar daar is nog genoeg tijd voor."
Pogacar reageert op dopingverhalen
Vanwege de grote overmacht waarmee Tadej Pogacar deze Tour de France naar zijn hand zette, kwamen er ook insinuaties over dopinggebruik. Op een persconferentie na de Tour ging Pogacar daar voor het eerst op in.
"Er zullen altijd twijfels zijn, dat is duidelijk. Het wielrennen is zo erg beschadigd door het verleden. Door wat er voor mijn tijd gebeurd is. Als je wint, zullen er altijd haters zijn en is er altijd jaloezie. Als je geen haters hebt, dan presteer je niet genoeg."
"Ik denk dat dit een van de cleanste sporten ter wereld is. Het is het echt niet waard om dat risico te nemen. Dat zou heel erg dom zijn, ook qua gezondheid. Je zet je leven op het spel voor een stom spelletje. Het belangrijkste is dat je gezond bent."