Pogacar ook genadeloos in koninginnenrit, voorsprong op Vingegaard naar vijf minuten
Het peloton fietst deze Tour bij de genade van Tadej Pogacar en in de negentiende etappe was de geletruidrager weer genadeloos. De Sloveen won de koninginnenrit naar Isola 2000, nadat hij in de laatste tien kilometer een gat had gedicht van ruim twee minuten op de laatst overgebleven vroege vluchter Matteo Jorgenson.
Pogacar reed op de slotklim weg bij zijn concurrenten Jonas Vingegaard en Remco Evenepoel, die vlug op minuten achterstand raakten. De drager van het geel pakte zijn vierde ritzege deze Tour de France. De eindzege ligt nu op hem te wachten, zondag in Nice.
Nummer twee Vingegaard heeft nu een achterstand van 5.03 minuten op Pogacar, nummer drie Evenepoel meer dan zeven minuten.
Jorgenson finishte op Isola 2000 als tweede, op 21 seconden. Simon Yates kwam als derde aan. Richard Carapaz werd vierde en nam de leiding van Pogacar over in het bergklassement, omdat hij op de eerste twee beklimmingen als eerste boven was gekomen.
Springplank voor Vingegaard
Wilco Kelderman was de beste Nederlander, nadat hij de hele dag in de aanval had gereden met ploegmaat Jorgenson. Aanvankelijk als springplank voor Vingegaard, tot bleek dat de Deen niet zijn beste dag had. Kelderman finishte alsnog knap als negende. Op een nietsontziende Alpendag.
Het peloton moest in 144 kilometer twee beklimmingen van de buitencategorie en één van de eerste categorie over: de Col de Vars, de Cime de la Bonette en de Isola 2000 als afsluiter. Een vreselijke dag voor sprinters, een heerlijke dag voor de klimmers. En dus ging al vroeg op de dag een groepje met uitstekende klimmers op avontuur.
Halverwege de Col de Vars bleven van de groep van 22 vluchters alleen de allersterkste klimmers over. Jorgenson, Kelderman (beiden Visma-Lease a Bike), Yates en Carapaz dus, maar ook Ilan Van Wilder, Cristián Rodríguez, Oscar Onley en Jai Hindley kregen op het hoogtepunt een minuut of vier van de groep met klassementsrenners.
Daar was het de vraag of de favorieten zelf voor de overwinning wilden gaan of dat ze ook nog iets over wilden laten voor de andere renners in het peloton. Maar als Pogacar in het peloton rijdt, slinken die kans soms snel.
Op de Cime de la Bonette, waar de top op 2.802 meter hoogte het dak van deze Tour vormde, kon de kopgroep nog uitlopen waardoor de laatst overgebleven vluchters Kelderman, Jorgenson, Hindley, Carapaz en Simon Yates onderaan de slotklim nog 3.56 minuten over hadden.
Aanval Jorgenson
Jorgenson kon zich met nog dertien klimkilometers te gaan niet meer beheersen en viel aan. Achtervolgers Carapaz en Yates, die eergisteren op weg naar Superdévoluy nog om de dagzege streden, konden niet mee, maar bleven enigszins in zicht.
De Amerikaan Jorgenson leek op weg naar de dagzege, waarmee een uitgedacht Visma-plan zou gaan slagen, maar toen demarreerde de genadeloze Pogacar. Seconden en minuten vlogen van Jorgensons voorsprong af, in luttele kilometers. Kelderman, Carapaz, Yates, allemaal leken ze stil te staan toen Pogacar hen inhaalde.
Op een kleine twee kilometer van de finish op Isola 2000 slokte Pogacar ook Jorgenson op. Ogenschijnlijk lachend en zwaaiend reed Pogacar naar de finish.