Wie op donderdagavond in Brussel het Luxemburgplein op loopt, heeft grote kans medewerkers van het Europees Parlement tegen het lijf te lopen. Ze hoeven vanuit hun kantoor alleen maar de weg over te steken. Na een week hard werken bruist het daar van de activiteit. Voor lobbyisten het uitgelezen momenten om te netwerken en hopelijk wat nieuwtjes op te doen.
Wie het spel in de Europese Unie goed wil begrijpen, kan niet om lobbyisten heen. Hun werk vindt veelal achter de schermen plaats, al zijn ze soms juist heel zichtbaar. Er gaat volgens Transparency International jaarlijks naar schatting zo'n 2 miljard euro in om. Ter vergelijking: in Washington is het volgens Open Secrets bijna 4 miljard euro.
Wat in Brussel wordt besloten, heeft gevolgen voor 27 landen. Van grote multinationals tot ngo's, maar bijvoorbeeld ook Nederlandse provincies - iedereen wil in de Europese Wijk zijn stem laten horen. En die verschillende groepen zijn aan elkaar gewaagd, ziet Iskander de Bruycker, universitair hoofddocent Europese politiek aan Maastricht University. "Uit onderzoek blijkt dat in veel gevallen ngo's en burgerbewegingen even invloedrijk of zelfs invloedrijker zijn dan bedrijven."
De lobby begint voor Kim van Sparrentak, Europarlementariër voor GroenLinks, gewoon op straat. Staat techwetgeving op de agenda? Reken maar dat ze dan billboards van bijvoorbeeld Google, Meta of Microsoft voorbij ziet komen met wat ze allemaal doen bijvoorbeeld om kinderen te beschermen of het mkb te steunen.
Intiem concert
"Verder krijg je gewoon altijd, zodra je verkozen bent, uitnodigingen om ze te ontmoeten", zegt Van Sparrentak. Zo nodigde YouTube haar uit om naar een intiem concert van Christine & The Queens te gaan. Waar ze bovendien fan is. "Eerst dacht ik: oeh, interessant. En daarna dacht ik: oké, waarschijnlijk spelen ze maximaal drie liedjes en zit ik de rest van de avond opgescheept met YouTube-lobbyisten." Ze ging er niet op in, zegt ze.
"De goede lobbyisten gaan met mij in debat en een beetje terugprikken", legt Van Sparrentak uit. "Want dan voel ik me serieus genomen. De slechtste lobbyisten zijn diegenen die met een Powerpoint-presentatie komen en alleen maar komen zenden." Ook dat heeft ze meegemaakt.
Voor Bart Groothuis, Europarlementariër voor de VVD, heeft een goede lobbyist ook informatie waar hij iets mee kan. "Die tipt je dat een bepaald bedrijf uit China flink onder de marktprijs zit en dat daar wel eens sprake zou kunnen zijn van ongeoorloofde staatssteun. Daar kan ik dan politiek iets mee."
Wat ook gebeurt, zegt onderzoeker Bram Vranken van lobbywaakhond Europe Corporate Observatory, is dat grote bedrijven denktanks financieren. "Bij big tech hebben we gezien dat er veel financiering is gegeven aan organisaties om bijvoorbeeld kleinere bedrijven te vertegenwoordigen." Met als gevolg, zegt Vranken, dat dit soort organisaties de beleidspositie van grote bedrijven overnemen.
Ook spelen PR-bureaus een belangrijke rol. "Het gebeurt vaak dat grote bedrijven die inhuren", zegt Groothuis. Mensen die vroeger voor lidstaten, het parlement of de commissie hebben gewerkt, gaan daarheen. De lijntjes zijn kort en zo kunnen ze invloed uitoefenen."
Praatjes in de wandelgangen
Daarbij moet het netwerkcircuit ook niet worden onderschat. Een belangrijke spil daarin zijn conferenties. Het wemelt ervan in Brussel. Dan komt iedereen samen: de politici, de journalisten én de lobbyisten. Het programma van zo'n conferentie is vaker niet dan wel de hoofdzaak; dat zijn de toevallige praatjes in de wandelgangen en natuurlijk de borrels.
Het betekent niet dat tijdens die borrels wetten even worden uitgedacht. Het gaat veel subtieler. "Daar hoor je: we zijn nu bezig met de juridische onderbouwing. Dat is het moment dat een bedrijf denkt: we gaan ons advocatenkantoor even een rapport laten schrijven daarover", zegt Van Sparrentak.
Groothuis werd door de belangrijkste telecomlobby, de GSMA, uitgenodigd om naar Mobile World Congress in Barcelona te gaan. "Die beurs is hartstikke interessant, daar wilde ik wel naartoe. Ze wilden ook dat ik een lezing zou geven, daarin ging ik lijnrecht in tegen hun belangen."
Wie in de Brusselse bubbel verkeert, komt daar vanzelf de medewerkers van Europarlementariërs tegen. Onbekend voor de buitenwereld, van groot belang voor de insiders. Het is een informele bubbel waar, zo erkennen twee medewerkers met wie de NOS sprak, de grens tussen werk en privé soms vaag kan zijn.
Er ontstaan vriendschappen, het kan zomaar zijn dat je kinderen naar dezelfde school gaan of dat je elkaar tegenkomt op de buurtbarbecue. "Vrienden hebben op de juiste plekken kan betekenen dat je mogelijk een afspraak kunt krijgen", zegt een van hen. "Het hangt af van jou als persoon hoe je daarmee omgaat."