Tegenvallers waardoor Omtzigt opstapte hoe dan ook lastige puzzel
De overheidsfinanciën staan er niet ineens veel slechter voor dan we al wisten, maar de politiek staat voor moeilijke keuzes. Er zijn 'serieuze cijfers' met tegenvallers, zeggen bronnen in Den Haag tegen de NOS. En er ligt ook een bezuinigingsadvies van De Nederlandsche Bank.
Deze financiële situatie is een zorg voor NSC-leider Pieter Omtzigt. Hij kreeg als onderhandelaar pas op het laatste moment te horen over nieuwe financiële tegenvallers, zei hij. Het was voor hem een belangrijke reden een eind te maken aan weken van formatiebesprekingen. "Bestaanszekerheid bouw je niet met luchtkastelen", verklaarde hij.
Bij de tegenvallers gaat het om rechtszaken over arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en de spaartaks. Die gaan de overheid mogelijk respectievelijk 1,6 miljard euro en 1 miljard euro kosten. En de herstelbetalingen van de toeslagenaffaire kunnen 1,5 tot 3 miljard euro hoger uitvallen dan verwacht.
Eerder in de formatie kwam de president van De Nederlandsche Bank, Klaas Knot, bij de partijen langs. Hij vindt dat het nieuwe kabinet zuiniger met geld moet omgaan, anders kan Nederland tegenvallers in een onzekere toekomst niet opvangen. Knot noemt een bezuinigingsbedrag van 17 miljard euro.
Geen leuke boodschap
Voor politieke partijen is dat geen leuke boodschap. Ze hebben van alles beloofd in de verkiezingscampagne, en die beloften kosten geld. Het afschaffen van het eigen risico voor zorgkosten alleen al zou 6 miljard euro per jaar kosten, terwijl er dus juist geld van de rijksbegroting af moet.
De ambtenaren van het ministerie van Financiën hebben een lijst gemaakt met uitgaven van de overheid die geschrapt kunnen worden. Ze kijken daarbij alleen of het juridisch kan. Politieke keuzes maken zij niet: de lijst bevat de meest uiteenlopende posten waarop bezuinigd kan worden en is bedoeld als hulpmiddel voor de formatie.
De opsomming gaat over alle ministeries en de besparingsbedragen lopen van miljoenen tot tientallen miljarden. De grootste bedragen gaan om in de sociale zekerheid. Daarin schrappen betekent dat groepen burgers minder koopkracht hebben en dat kan weer een negatieve invloed op de economie hebben.
Ook in het Klimaatfonds zit veel geld, bijvoorbeeld voor isolatie van woningen, laadpalen, schonere schepen, ontwikkeling van waterstof en kernenergie. Het fonds volledig afschaffen levert tot 2030 33,1 miljard euro op. Maar, waarschuwen de ambtenaren, dat betekent wel dat de klimaatdoelen niet worden gehaald.
Ondertussen moet het demissionaire kabinet op de winkel passen, en dus ook op het geld. "Of je nu in het kabinet zit of over een nieuw kabinet onderhandelt, gratis bier bestaat niet", zegt demissionair minister van Financiën Van Weyenberg. "Het is de taak van politici om bij nieuwe wensen aan te geven hoe je dat gaat betalen."
Bij demissionair minister voor Klimaat en Energie Jetten (D66) is er weinig begrip voor het argument van Omtzigt dat hij niet in een kabinet wil omdat de financiën er slecht voor staan. "Elk kabinet krijgt vroeg of laat te maken met financiële uitdagingen. Kijk naar de coronapandemie of de energiecrisis. Dat is toch geen reden om geen kabinet te vormen?"