NOS Nieuws

Humanitaire ramp bij grens Sudan: sluiten we de ogen voor etnische zuivering?

  • Elles van Gelder

    correspondent Afrika

  • Elles van Gelder

    correspondent Afrika

Thee moet er gedronken worden, op een matje van stro in het vluchtelingenkamp in Adré, 900 kilometer van de hoofdstad van Tsjaad, want we zijn te gast. Er zit veel suiker in, en het geeft weer een beetje energie. We zitten in een vluchtelingenkamp vlak naast de grensovergang met Sudan, samen met een activist, een ambtenaar, een rechtbankmedewerker en een ingenieur uit de Sudanese regio Darfur.

Het is helaas niet de eerste keer dat we in een vluchtelingenkamp zijn, vol met mensen op zoek naar veiligheid. Maar wat op deze plek opvalt, is dat je niet hoeft te zoeken naar slachtoffers van geweld. Iedereen die je lukraak aanspreekt, lijkt iemand te zijn verloren en velen zijn ooggetuigen van executies. Ze willen praten, hun verhaal vertellen.

Niemand ziet het

Want ze worden niet genoeg gehoord. Al vijf maanden voltrekt zich een ramp in Sudan, en bijna niemand ziet het. De wereld krijgt volop beelden en verhalen binnen van de oorlog in Oekraïne, maar voor Sudan is, sinds alle westerlingen zijn geëvacueerd, weinig aandacht. Deels komt dat door de afstand, fysiek en emotioneel. Ten opzichte van Nederland is het hemelsbreed 5000 kilometer, en de ander is hier wel echt anders.

Als journalist probeer je dan altijd raakvlakken te vinden, waardoor het voor een Nederlandse lezer, kijker of luisteraar toch makkelijker wordt om je te identificeren. Die Sudanees in het kamp is ook een moeder, een oma, een student. Net zoals jij.

Deze keer is er een groot struikelblok om juist de mens te laten zien. En dat is dat we Sudan niet in kunnen om het verhaal dichterbij te brengen. Journalisten mogen niet naar binnen. En zonder beelden is het moeilijk om veel mensen te bereiken.

400.000 vluchtelingen

Het is al jaren mijn grootste frustratie van het correspondentschap. Geen verslag kunnen doen vanaf de plek waar het gebeurt. Hetzelfde ondervond ik met de oorlog in de Ethiopische deelstaat Tigray. Aan het begin van die oorlog lukte het ons om één keer binnen te komen, maar daarna ging de regio potdicht. Dat terwijl volgens onderzoek juist Tigray, en niet Oekraïne, het dodelijkste conflict van 2022 was. Er kwamen daar zeker 100.000 personen om het leven.

Maar weinig mensen zullen weten waar Tigray ligt. Darfur, dat klinkt nog wel enigszins bekend in de oren. Al is het wellicht alleen maar door de Giro555-actie in 2004, nadat Sudanees-Arabische milities een deel van de zwarte bevolking van Darfur hadden gedood.

De afgelopen maanden horen we dat dit weer gebeurt in dezelfde regio. Met Sudan op slot besluiten we naar Tsjaad te gaan om toch iets van de crisis te laten zien. In het buurland zijn al bijna 400.000 vluchtelingen aangekomen.

Alarmbellen

Ik vond er meer verhalen dan ik kon verstouwen. We horen over executies van mannen en jongens ten overstaan van echtgenotes en moeders. We zien fysiek bewijs van kogels in ruggen en voeten van mensen die beschoten zijn op de vlucht. Een oma vertelt over kinderen die op de rug van hun moeders waren gebonden, en door milities werden geslagen met stokken, totdat ze stierven.

Mijn alarmbellen gaan af. Ik heb niet alleen journalistiek gestudeerd maar ook genocidestudies. Te veel klinkt bekend in de oren. Zoals milities die expliciet vragen van welke bevolkingsgroep iemand is voordat ze beslissen over leven of dood. En dat het dezelfde daders zijn als toen, die nooit zijn bestraft.

Er zijn inmiddels meer dan 400.000 mensen gevlucht uit Darfur, en velen hebben verschrikkelijke verhalen.

Inwoners ontvluchtten etnisch geweld in Darfur: 'Het zijn systematische aanvallen'

Net als twintig jaar geleden gaat het om Sudanese milities van Arabische afkomst die landgenoten van Afrikaanse afkomst als doelwit hebben. Het is eigenlijk gewoon een voortzetting, zeggen de mannen tijdens de thee. Niet dat de moedige burgers van Sudan het niet hebben geprobeerd te veranderen. De afgelopen jaren hebben ze met gevaar voor eigen leven, in eindeloze protesten, andere leiders geëist.

Geen internationale verontwaardiging

Tijdens de eerste Darfur-crisis waren we massaal ontdaan en werd er actie ondernomen. Deze keer is er geen grote internationale verontwaardiging. Wat maakt het nu anders? Is er simpelweg te veel ellende, met de oorlog in Oekraïne dichtbij en een wereld die in Marokko trilt en in Libië huilt, om dit ook nog te kunnen opnemen?

Crisissen moet je niet vergelijken, zegt een ervaren VN-medewerker tegen me in het vluchtelingenkamp. Zelf is ze net terug uit Oekraïne en nu staat ze in de blubber in Tsjaad. Toch kun je niet anders dan stilstaan bij het verschil in aandacht tussen de ene ramp en de andere, hoe begrijpelijk ook.

Wie luistert er?

Ooit riepen we: nooit meer mag er een genocide zijn. Genocide is een beladen term met nauwe definities, maar dat het weer gruwelijk misgaat in Sudan is overduidelijk. Iedere dag vallen er meer doden. Overigens niet alleen door etnisch geweld door milities maar ook doordat burgers in het kruisvuur komen en geraakt worden door bombardementen van het leger.

We weten eigenlijk niets over het aantal slachtoffers. Maar als ik denk aan de grootte van het vluchtelingenkamp en hoeveel er in die hutten gehuild wordt om verlies, durf ik daar ook bijna niet over na te denken.

De thee is op. Er wordt nieuwe gezet. Hier vragen ze om internationale hulp, een interventie. Ik geef het door in mijn verhalen. Mensen een stem geven is wat ik als correspondent wil en moet doen. Maar deze keer blijf ik vooral achter met een gevoel van machteloosheid. Want wie luistert er echt?

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl