Nu in alle gemeenten de stemmen zijn geteld, kan de balans worden opgemaakt van de gemeenteraadsverkiezingen van gisteren. Natuurlijk zijn er grote plaatselijke verschillen, maar de regeringspartijen leden in percentages alle vier verlies, al won D66 wel wat zetels.
Het CDA verloor het meest (van 13,5 naar 11,2 procent, dat is 2,3 procentpunt), gevolgd door VVD (1,6 procentpunt) , D66 (0,3) en ChristenUnie (0,2). De VVD wordt procentueel de grootste partij (11,5 procent van de stemmen), het CDA haalde de meeste zetels (ruim 1100), maar raakte er wel bijna 250 kwijt.
In landelijke percentages gemeten zijn de lokale partijen samen de grote winnaars. Haalden zij vier jaar geleden 28,6 procent van de stemmen, nu groeiden ze naar 36,2 procent. Hun totale aantal zetels nam toe van een kleine 2800 naar ruim 3450.
Oppositiepartijen
Van de oppositiepartijen ging de PvdA licht vooruit (de partij komt op 7,8 procent); GroenLinks daalde wat (naar 8,3 procent), maar kreeg er ging wel net als D66 wat zetels bij. De Partij voor de Dieren zag zijn aanhang groeien van 1,2 procent naar 1,9 procent van de stemmen, de SP leverde fors in, de PVV licht.
Ook de SGP groeide enige procentpunten, net als Bij1. Denk bleef vrijwel gelijk en 50Plus daalde licht. Forum voor Democratie, dat bij deze verkiezingen in veel meer gemeenten meedeed dan bij de vorige, klom naar 1,1 procent van de stemmen, goed voor een kleine 50 zetels. De nieuwkomers Volt, Belang van Nederland en JA21 kwamen op respectievelijk 0,7, 0,3 en 0,2 procent.
De cijfers zijn gebaseerd op de uitslagen van het ANP. De officiële uitslagen worden volgende week maandag vastgesteld.