De totale elektriciteitsproductie vorig jaar bestond voor bijna de helft uit duurzame stroom, blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Vooral windenergie is verder gegroeid, terwijl de daling bij fossiele bronnen verder doorzet.
Tijdens zonnige maanden, tussen mei en juli, steeg de productie van groene stroom door zonnepanelen zelfs boven fossiele bronnen uit. In juli was 57 procent van de opgewekte stroom duurzaam. De productie van hernieuwbare energie steeg in 2023 met 21 procent, vergeleken met een jaar eerder.
Niet eerder is er in Nederland zo veel stroom geproduceerd: 120 miljard kilowattuur. Dat is één procent meer dan het jaar daarvoor. De export van stroom is ook naar recordhoogte gestegen. Het grootste gedeelte ging naar Duitsland, België en het Verenigd Koninkrijk.
Vooral naar de oosterburen is meer stroom geëxporteerd. Duitsland haalt meer stroom uit het buitenland, omdat daar vorig jaar de laatste kerncentrale dicht ging.
Wind en zon
Er is vorig jaar 35 procent meer windenergie geproduceerd. Dat komt met name door het opvoeren van het vermogen van windmolens op zowel land als zee. Ook de sterke opkomst van zonnepanelen is terug te vinden in de cijfers. Met zon werd vorig jaar 24 procent meer stroom opgewekt. De stroomopbrengst van biomassa is juist teruggelopen, met name doordat er minder is gestookt.
De productie van fossiele energie is met 12 procent gedaald. Vooral met kolen is minder energie geproduceerd, zo'n 38 procent minder. Dat komt volgens het CBS mede doordat wind- en zonne-energie vergeleken met kolen goedkoper zijn.