Fenomenale Van der Poel doet wat opa Poulidor nooit lukte: geel in de Tour

Mathieu van der Poel heeft op fenomenale wijze de tweede etappe van de Tour de France op zijn naam geschreven. Op de befaamde Mûr-de-Bretagne reed hij solo naar de winst en hield daar bovendien de gele trui aan over.

Ook de bolletjestrui kwam om zijn schouders.

Op de streep eerde hij met een handgebaar zijn overleden opa Raymond Poulidor, die in zijn roemrijke loopbaan nooit het geel droeg. Adrie van der Poel, Mathieus vader deed dat wel, waarmee zij de eerste vader en zoon zijn met het geel om de schouders in de Tour.

Hevige emoties

"Ik wist dat dit mijn laatste kans was om het geel te veroveren", zei de hevig geëmotioneerde Van der Poel direct na zijn fenomenale zege. "Aan wie ik dacht? Aan mijn opa natuurlijk."

Zaterdag kwam Van der Poel in de openingsrit nog duidelijk tekort tegen Julian Alaphilippe en dus moest hij een truc uithalen om zijn droom te doen uitkomen. Zijn plan ontvouwde zich al in de eerste passage van de Mûr-de-Bretagne, waar hij een splijtende demarrage plaatste en op de top acht bonificatieseconden pakte.

Bij de tweede beklimming reageerde hij op een uitval van Sonny Colbrelli, sloeg meteen een groot gat met de andere favorieten en hield op de streep zes tellen over op Tadej Pogacar, Primoz Roglic en Wilco Kelderman.

Julian Alaphilippe werd vlak voor Bauke Mollema vijfde op acht seconden en moet zijn gele trui afstaan aan Van der Poel. De voorsprong van Van der Poel op de Franse wereldkampioen in het algemeen klassement is nu acht seconden.

Na de veldslag van zaterdag vertrokken de meeste renners gebutst en gezwachteld vanuit Perros-Guirec voor een rit van 183,5 kilometer naar de befaamde Mûr-de-Bretagne, die in de slotfase liefst twee keer beklommen moest worden.

Schelling valt weer op

Zoals verwacht werden de eerste uren gekleurd door de brede glimlach van Ide Schelling. Hoewel, de olijke Hagenaar moest vandaag alle zeilen bijzetten om zijn bolletjestrui te verdedigen.

Liefst drie pogingen deed hij in de openingsfase om de vlucht van de dag op touw te zetten, maar toen die kopgroep uiteindelijk ontstond zat Schelling er niet bij. Anthony Perez, gisteren al zijn grote concurrent om de bergpunten wel en dus moest Schelling in zijn eentje het gat zien te dichten. Dat lukte.

Met de Belg Edward Theuns (Trek), de Australiër Simon Clarke (Qhubeka), de Duitser Jonas Koch (Wanty) en de Fransman Jérémy Cabot (Total) begonnen Schelling en Perez aan een fascinerende strijd om de puntjes.

Op de eerste klim van vierde categorie probeerde Schelling zijn concurrent te verrassen met een vroege aanval, maar Perez counterde en sprintte ongehinderd naar de top. Met Perez virtueel in de bolletjestrui ontspon zich op de volgende klim, de Côte de Pordic, helemaal een fraai schouwspel. Schouder aan schouder sprintten Perez en Schelling naar de top en dit keer boog Perez het hoofd.

Op de Côte de Saint-Brieuc kreeg Schelling bovendien hulp van Theuns, die demarreerde en zo het bergpuntje wegkaapte voor de neus van de twee kemphanen. Schelling zag de Belg gaan, bleef tevreden in het wiel zitten van Perez en liet zich nog voor de top van dat klimmetje inlopen door het peloton.

Toch een misrekening?

Schelling en Perez besloten hun strijd voor vandaag met een schouderklopje, maar toch kon Schelling zich niet rijk rekenen. De ontsnapte Theuns, die inmiddels gezelschap had gekregen van de jonge Cabot, reed namelijk nog altijd voorop en kreeg zowaar weer twee minuten voorsprong van het peloton.

Met die marge op zak werd duidelijk dat de twee koplopers waarschijnlijk met voorsprong het stadje Mûr-de-Bretagne zouden bereiken waar nog een bergje van vierde en twee passages van de derde categorie wachtten. En dat zou betekenen dat niet Schelling of Perez, maar Theuns de nieuwe leider in het bergklassement zou worden.

Het peloton, waar in de eerste uren vooral nagepraat werd over de valpartijen van zaterdag, schakelde toch op en met gemiddelden boven de 60 kilometer per uur verdween de voorsprong van de twee koplopers als sneeuw voor de zon.

Theuns voelde het gevaar en reed weg bij zijn kompaan Cabot, maar meer dan het rode rugnummer zou hem dat niet opleveren. Vlak na de top van de Côte du village Mûr-de-Bretagne, het voorgerechtje voor de echte Mûr-de-Bretagne, werd de Belg ingerekend door het ontketende peloton.

Van der Poel valt eerste keer aan op Mûr-de-Bretagne

Op de eerste passage van de Mûr-de-Bretagne zagen we een vlammende aanval van de weer in het originele blauwe tenue gestoken Mathieu van der Poel. Echt weg raakte hij niet, maar hij pakte wel acht bonificatieseconden op de top voor de sprintende Tadej Pogacar (vijf seconden) en Primoz Roglic (twee seconden).

Van der Poel, die zo virtueel klom naar de tweede plaats in het klassement, hoopte met dit elitegroepje door te rijden, maar de favorieten hielden de benen stil.

Zo reed een uitgedund peloton onder aanvoering van Dylan van Baarle en de vrijwel voltallige Ineos-ploeg in een ziedend tempo naar de voet van de Mûr-de-Bretagne voor de tweede en beslissende passage.

Ineos hield het tempo hoog in de beklimming, maar de eerste aanval kwam van Van der Poels ploegmaat Xandro Meurisse en Pogacars adjudant Davide Formolo. Zij kwamen echter niet ver.

Daarna reageerde Mathieu van der Poel alert op aanvallen van Nairo Quintana en Sonny Colbrelli, om vervolgens zelf verschroeiend weg te rijden. Op de streep hield hij zes seconden over op Tadej Pogacar, Primoz Roglic en de opnieuw opvallend sterke Wilco Kelderman.

Met de tien bonificatieseconden, die hij daarbij verdiende, was de gele trui een feit. En ook is hij met vier punten de nieuwe leider in het bergklassement, al mag Schelling maandag nog in de bolletjestrui van start.