"In ons verpleeghuis in Hilversum hebben we gelukkig nog geen coronabesmetting gehad, maar in onze andere vestiging in Loosdrecht wel. Een bewoner werd positief getest en daarna waren er op dezelfde afdeling nog twee verdenkingen. Gelukkig hoorde ik dat ze inmiddels alle drie al 72 uur klachtenvrij zijn, dus ik hoop dat het hierbij blijft.
Deze week was in het nieuws dat in 900 van de 2500 verpleeghuizen al mensen besmet zijn geraakt. Als ik de verhalen van collega's van andere instellingen hoor, hou ik mijn hart vast: op sommige plekken overlijdt een vijfde tot de helft van de bewoners. We blijven dan ook alles op alles zetten om het virus buiten de deur te houden. Ik ben daarom de hele tijd aan het zoeken naar de balans tussen nabijheid en afstand.
Normaal ben ik als psycholoog veel op de afdelingen. Ik praat met de bewoners die het moeilijk hebben, en kom soms heel dichtbij. Bijvoorbeeld bij iemand die wat doof is of helemaal verzonken in zijn dementie. In dat geval moet je iemand echt aanraken om contact te krijgen. En ook al voel ik me gezond, ik wil het virus natuurlijk niet op de afdeling brengen.
Het is dus elke keer opnieuw bekijken: hoe ga ik met deze situatie om? Als het gedrag van een bewoner verandert, moet ik dan naar de afdeling om dat gedrag te observeren of bel ik met de teamleden en baseer ik me op hun ervaringen? Je maakt steeds de afweging: is het noodzakelijk om contact te hebben of kan het ook op afstand?
Nu dit een paar weken onze realiteit is merk ik dat de spanning bij bewoners steeds verder begint op te bouwen. Niet bij allemaal hoor, sommigen genieten van het zonnetje en zeggen dat ze wel erger hebben meegemaakt. Maar het gemis van familieleden begint toe te nemen en sommige activiteiten zijn weggevallen. Dat zorgt voor verveling en sombere gevoelens. En dat uit zich soms in ander gedrag.
We hebben bijvoorbeeld een bewoner die opeens veel meer aan het roepen is. Daarvan weten we: diegene is uit balans. Maar hij kan niet uitleggen waardoor dat komt. Het is aan ons om dat te achterhalen en waar mogelijk te veranderen.
In dit geval heb ik besloten om wel zelf op de afdeling te gaan kijken en contact te maken met deze meneer. Er is de afgelopen tijd zoveel veranderd. Zijn familie kwam elke dag, dat is weggevallen. En alle bewoners zijn de hele dag op de woongroep wat voor overprikkeling kan zorgen.
Nu proberen we om elke dag op een vast tijdstip met zijn familie te gaan beeldbellen en voldoende rust in te bouwen gedurende de dag. Hopelijk geven we hem zo meer structuur en wordt het leven weer wat overzichtelijker voor hem."