Dinsdagavond om middernacht komt een einde aan de jaren 10. Reden voor het Centraal Bureau voor de Statistiek om een overzicht te geven van de ontwikkeling van Nederland tussen 2010 en nu. In die periode groeiden (uiteindelijk) de economie en de bevolking, kwamen er honderdduizenden huizen bij en vergrijsde Nederland verder.
De bevolking is tussen 2010 en nu gegroeid met ruim 700.000 mensen, tot 17,3 miljoen. Het grootste deel van die groei kwam door migratie: per saldo kwamen er de afgelopen tien jaar 432.000 mensen naar Nederland. Ook kwamen er 275.000 Nederlanders bij door natuurlijke aanwas, wat betekent dat er meer mensen zijn geboren dan overleden.
Nederlanders worden ook steeds ouder, blijkt uit de CBS-gegevens: in 2010 was 15 procent van de bevolking 65 jaar of ouder, inmiddels is dat 19 procent.
Voor al die mensen zijn er zo'n 366.000 woningen bij gekomen. De woningvoorraad besloeg eind vorig jaar ruim 7,8 miljoen woningen. Ook op de wegen is het drukker dan tien jaar geleden.
Als voorbeeld noemt het CBS het gemiddelde aantal voertuigen per uur op een snelweg; dat waren er in 2017 8 procent meer dan aan het begin van het decennium. Daarna is de drukte alleen maar toegenomen. En, weinig verrassend: het aantal elektrische auto's is hard gegroeid, met name tussen 2018 en 2019. Wel is dat aantal nog altijd relatief klein.
Mensen verdienen nu ruim 8 procent meer dan in 2010. Het bruto binnenlands product per hoofd van de bevolking lag toen op iets meer dan 40.000 euro, eind 2018 was dat 43.224 euro. Tussendoor kromp de economie wel, als gevolg van de financiële crisis die eind 2008 uitbrak.
De meeste merkbare veranderingen sinds 2010 waren misschien wel de technologische. Volgens het CBS nam vooral het bezit van de smartphone en het gebruik van sociale media toe. Inmiddels zijn negen op de tien Nederlanders actief op sociale media, tegenover zes op de tien in 2012.
Dalende lijnen
Opvallend is dat niet op alle fronten een stijgende lijn is te zien. Vanwege de economische en financiële crisis die eind 2008 begon, daalde de arbeidsparticipatie - het aandeel werkenden ten opzichte van de gehele bevolking - tot 2014 continu. Inmiddels is die terug op het niveau van voor de crisis.
Een flinke dip is ook te zien in de aardgasbaten van de overheid. De aardgaswinning en de gevolgen daarvan, met name de aardbevingen in Groningen, was een van de grootste politieke dossiers van het afgelopen decennium. Na het piekjaar 2013 kelderden de inkomsten uit aardgas van ruim 16 miljard euro naar zo'n 2,5 miljard euro.
Ook de groep Nederlanders die slachtoffer zijn geweest van criminaliteit is afgenomen. In 2010 was dat 21 procent, zeven jaar later 'maar' 15 procent.