NOS Nieuws

Tientallen schoolbestuurders privé actief bij onderwijsadviesbureaus

  • Milena Holdert

    Onderzoeksredactie

  • Ben Meindertsma

    Onderzoeksredactie

  • Milena Holdert

    Onderzoeksredactie

  • Ben Meindertsma

    Onderzoeksredactie

Bestuurders en toezichthouders van zeker dertig schoolbesturen blijken tegelijkertijd betaalde functies te hebben bij private onderwijsadviesbureaus. Aan de ene kant leiden of controleren ze dus scholen met publiek geld, aan de andere kant werken ze als directeur, adviseur, toezichthouder of eigenaar van een onderwijsbureau in de private sector. Dat blijkt uit onderzoek van NOS en Nieuwsuur.

In zeker tien van bovengenoemde gevallen leveren die private onderwijsbureaus ook diensten aan de schoolorganisaties waar ze zelf actief zijn. Specifieke afspraken om belangenverstrengeling met dat bureau te voorkomen staan vaak niet op papier.

Wat de functionarissen doen is volgens de huidige wet- en regelgeving niet verboden. Het ministerie van OC&W en de onderwijsinspectie vinden daarom dat ze niet kunnen ingrijpen. Wel zeggen de PO-raad en VO-raad (de sectorverenigingen voor primair en voortgezet onderwijs) geschrokken te zijn. Ze beschouwen de voorbeelden als schijn van belangenverstrengeling en gaan daarom hun integriteitscode 'Goed Bestuur' aanpassen.

Freddy Weima, voorzitter van de PO-raad, zegt dat een bestuurder of toezichthouder bij een onderwijsorganisatie voortaan niet tegelijkertijd werkzaam kan zijn bij een onderwijsadviesbureau in hetzelfde gebied. Volgens Weima is er al een functionaris opgestapt en vertrekken er misschien nog meer.

Henk Hagoort, voorzitter van de VO-raad, zegt dat het onderzoek van NOS en Nieuwsuur laat zien dat "blijkbaar niet op alle plekken de antennes goed staan afgesteld".

Commerciële schil

Opeenvolgende kabinetten stimuleerden een systeem van 'zelfsturing' en 'marktwerking' in het onderwijs. Dat leidde tot schaalvergroting en het ontstaan van schoolbesturen in de huidige vorm - managementlagen boven de scholen die zelf bepalen hoe het onderwijsgeld wordt besteed.

Bovendien werd de onderwijsbegeleiding vrijgegeven, waardoor nu honderden concurrerende stichtingen en commerciële partijen actief zijn. Zij vormen een schil rond scholen en bieden diverse diensten aan, zoals ondersteuning bij leerproblemen zoals hoogbegaafdheid, training in 'effectief lesgeven', neurolinguïstisch programmeren, levering van interimmers en workshops over hoe je moet vergaderen.

Zakelijke relaties

In zeker tien van de nader bestudeerde dubbelfuncties bestaan er zakelijke relaties tussen het schoolbestuur en het onderwijsadviesbureau.

De voorbeelden lopen uiteen. Het gaat onder anderen om een Twentse schoolbestuurder die een Turks bedrijf inhuurt voor testen Engels op zijn basisscholen, terwijl hij met de vertegenwoordiger van dat bedrijf zelf ook zakelijk actief is.

Een andere onderwijsbestuurder huurt zijn eigen onderwijsbedrijf in voor onder meer een hoogbegaafdheidsproject, goed voor enkele tonnen extra omzet. Een Friese schoolbestuurder startte een stichting die via bv's diensten leverde aan zijn eigen scholen, en is daar nu enig bestuurder met 875.000 euro in kas, zonder raad van toezicht.

Volgens de schoolbestuurders zelf is er geen sprake van (schijn van) belangenverstrengeling. Zij zeggen dat het eigen bedrijf unieke diensten leverde die nergens anders te krijgen zijn, dat de bedragen relatief laag zijn, of dat zij geen directe betrokkenheid hadden bij de keuze voor de bedrijven. Maar specifieke schriftelijke afspraken hierover zijn er meestal niet.

Code goed bestuur

Schoolbestuurders hebben veel autonomie in het uitgeven van onderwijsgeld. Pas vanaf een bedrag van ruim twee ton gelden er Europese aanbestedingsregels. Daaronder zijn bestuurders vrij om zelf een bureau te kiezen. De diensten van onderwijsadviesbureaus hoeven niet bewezen effectief te zijn.

De Onderwijsinspectie grijpt alleen in als belangenverstrengeling tot aantoonbare "negatieve effecten" leidt, zoals het bevoordelen van familieleden "ten koste van de school". Maar als een bestuurder een "aan hem gelieerde partij" inhuurt met "korting", dan is er "geen negatief effect terwijl er feitelijk wel sprake is van (mogelijke) belangenverstrengeling". De inspectie schrijft dat dit "misschien zelfs positief effect heeft over de school of instelling."

Sommige schoolbestuurders noemen dit een "gevaarlijke" werkwijze. De Groningse schoolbestuurder Patrick Tuil stelt dat je nooit objectief kunt zeggen dat de bestuurder de juiste keuze heeft gemaakt als hij of een collega een belang heeft in het bureau. "En je maakt mij niet wijs dat er geen andere diensten zijn die even goed zijn."

Zijn collega Dave Ensberg in Amsterdam: "Stel, het gaat in de uitvoering mis. Dan moet je een klachtenprocedure organiseren tegen jezelf? Of tegen iemand die je goed kent? Dat wordt heel ingewikkeld."

Bekijk hier het hele onderzoek:

Hoe schoolbestuurders zakendoen met bekenden én zichzelf

De inspectie benadrukt dat schoolbesturen een integriteitscode moeten hebben met bepalingen tegen belangenverstrengeling. De inspectie controleert of elke raad van toezicht afwijkingen van die code opneemt in het jaarverslag en zegt daarop te handhaven.

Maar de meeste schoolbesturen baseren hun integriteitscode op die van de PO-raad en VO-raad. Die gaat vooral over het voorkomen van dubbelfuncties bínnen verschillende schoolorganisaties en ziet niet toe op belangen bij externe onderwijsadviesbureaus.

Van de zeker dertig gevallen staan slechts in twee jaarverslagen afspraken over het voorkomen van belangenverstrengeling. Ook ontbreken regelmatig de nevenfuncties.

In andere sectoren zijn de regels vaak strenger. In de zorg moeten alle transacties waarbij "tegenstrijdige belangen spelen" gepubliceerd worden in het jaarverslag. Bestuurders en toezichthouders van woningcorporaties mogen privé geen bouwbedrijf runnen in de regio waar hun woningcorporatie actief is, vindt hun toezichthouder.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl