Nog nooit waren huizen zo duur, gemiddelde verkoopprijs 468.000 euro
De huizenprijzen zijn afgelopen kwartaal fors gestegen. Vergeleken met een jaar eerder werden huizen in het tweede kwartaal van dit jaar gemiddeld 13,6 procent duurder. Dat meldt makelaarsvereniging NVM op basis van verkoopcijfers van aangesloten makelaars. De NVM heeft een marktaandeel van zo'n 70 procent.
De verkoopprijs van de gemiddelde bestaande woning was 468.000 euro. En daarmee komt die prijs voor het eerst uit boven het oude record van 450.000 euro twee jaar geleden.
Daarna daalden de huizenprijzen, vooral doordat de hypotheekrente fors steeg en een hypotheek dus duurder werd. Maar die prijsdalingen zijn nu dus weer helemaal ingehaald. "De prijzen vliegen omhoog door de krappe markt, goede financierbaarheid, inkomensstijgingen en daarmee het vertrouwen van de consument", zegt Lana Gerssen, voorzitter NVM Wonen.
Ten opzichte van het eerste kwartaal van dit jaar stegen de huizenprijzen in het tweede kwartaal ook flink, namelijk met 7,2 procent. Volgens de NVM is zo'n grote kwartaal-op-kwartaal-stijging in 29 jaar maar één keer eerder voorgekomen. "We maken ons zorgen over de prijsontwikkeling en betaalbaarheid op de langere termijn bij dit krappe aanbod en grote vraag", aldus Gerssen.
Door die grote krapte op de huizenmarkt wordt er ook vaker overboden. Twee op de drie woningen werden boven de vraagprijs verkocht. Gemiddeld wordt er ruim 4 procent meer betaald dan de vraagprijs. Woningen worden ook snel verkocht, gemiddeld in 27 dagen. Alleen in de periode 2021-2022 ging dat nog sneller.
Ook het aantal verkopen steeg. NVM-makelaars verkochten in drie maanden tijd ruim 35.000 bestaande woningen. Dat waren er 3 procent meer dan een jaar eerder en 18 procent meer dan in het eerste kwartaal van dit jaar.
'Nieuwbouw trekt aan'
De verkoop van nieuwbouwwoningen zat een tijdje in het slop. Maar ook die markt is aan het aantrekken. Er werden in het tweede kwartaal 7354 nieuwbouwwoningen verkocht. Een jaar eerder waren dat er nog fors minder: 4316. De gemiddelde nieuwbouwwoning kostte 475.000 euro.
Daarmee zijn de nieuwbouwprijzen al ruim anderhalf jaar ongeveer stabiel. Volgens de NVM kan dat ermee te maken hebben dat projectontwikkelaars terughoudend zijn met het verhogen van de prijzen door de recente dip in de verkoop.
Makelaars zien verhuurders verkopen
De NVM deed ook een enquête onder makelaars over het zogeheten uitponden. Uitponden is het verkopen van een huurwoning zodra die leeg komt te staan. Vier op de vijf makelaars zagen dat het afgelopen halfjaar vaker gebeuren dan in de tweede helft van 2023.
Volgens makelaars verkopen particuliere verhuurders vanwege de in 2023 verhoogde vermogensbelasting op huurwoningen, de net gereguleerde middenhuren en het ook net van kracht geworden verbod op tijdelijke huurcontracten.
'Niet slecht onderhouden'
De NVM liet onderzoeksinstituut Brainbay ook 9000 sinds 2023 verkochte woningen analyseren, die zeer waarschijnlijk voorheen een huurwoning waren. Het gaat dan om woningen waarbij in de advertentie staat dat het een voormalige huurwoning is. Ook was soms bekend dat ze eerder waren gekocht door een belegger of er waren eerder huurtransacties geregistreerd.
Die 9000 woningen waren vaak wat kleinere appartementen met één of twee slaapkamers en een oppervlak van 50 tot 80 vierkante meter. Volgens de NVM heerst het idee dat vooral slecht onderhouden huurwoningen worden verkocht. Maar dat valt mee, vindt de makelaarsverening. Bijna twee derde van de uitgeponde woningen had energielabel C of beter. En een analyse van de verkoopfoto's en makelaarsbeoordelingen wijst erop dat het vooral woningen van gemiddelde kwaliteit waren.