Alaphilippe wint twaalfde Giro-etappe, Fransman voltooit trilogie
Julian Alaphilippe heeft de twaalfde etappe van de Giro d'Italia gewonnen. De Fransman van Soudal Quick-Step kwam in badplaats Fano na een overtuigende solo als eerste over de eindstreep.
Voor de 31-jarige Alaphilippe is het de eerste ritzege in de Giro. Daarmee voltooit hij een trilogie: hij heeft nu ritten gewonnen in de Tour de France, Vuelta en de Giro.
Jhonatan Narváez, de Ecuadoraan die de eerste Giro-etappe op zijn naam schreef, eindigde als tweede op 31 seconden. De Belgische Quinten Hermans werd derde.
Pogacar houdt roze, Jakobsen stapt af
Klassementsleider Tadej Pogacar kwam niet in de buurt van de zege. De Sloveen behoudt ook na vandaag zijn roze leiderstrui.
Fabio Jakobsen stapte niet op de fiets. De Nederlander van Team dsm-firmenich PostNL ging woensdag vlak voor de finish onderuit tijdens de elfde etappe, nadat hij in de sprint werd aangereden door Madis Mihkels. "Ik word gewoon van de fiets gekegeld", zei Jakobsen daar later zelf over.
De 27-jarige sprinter bleek na medisch onderzoek geen breuken te hebben overgehouden aan de valpartij, maar hij heeft te veel last om de Ronde van Italië uit te rijden. "Ik kan mijn linkerarm niet goed gebruiken", zo verklaarde hij donderdag voor aanvang van de rit.
De 193 kilometer lange heuvelrit langs de Adriatische Zee bracht de renners van Martinsicuro naar Fano, twee kleine kustplaatsen in het midden van Italië. Hoewel de etappe op het oog relatief vlak oogt, met vooral korte beklimmingen, maakten de renners in totaal 2.100 hoogtemeters.
Onoverzichtelijke start
Die klimmetjes volgden na een lang, vlak begin. Daarin waren de eerste aanvallen al vroeg te noteren, met een onoverzichtelijke start en een snelle geslaagde vluchtpoging als gevolg.
Enzo Paleni (FDJ), Roel van Sintmaartensdijk (Intermarché-Wanty) en Matteo Trentin (Tudor) slaagden er kort in om een gat van een halve minuut te creëren, maar werden gauw bijgehaald door kanshebbers Luke Plapp en Alaphilippe.
Een kansrijkere kopgroep ontstond bij de klim naar Osimo, de eerste gecategoriseerde klim van de middag. Mirco Maestri en Alaphilippe reden op kop in Recanati, een tussensprint waarvan de streep op een listig bergje lag.
Het gat met de achtervolgende groep, bestaande uit zo'n dertig renners, was op dat moment bijna anderhalve minuut. Tot de achtervolgers behoorde onder anderen Jhonatan Narváez, de Ecuadoraan die de eerste Giro-etappe op zijn naam schreef.
Serieuze kans
Na Osimo, met nog honderd kilometer te gaan, werd duidelijk dat Maestri en Alaphilippe een serieuze kans gingen maken op de ritzege. Hoewel het peloton de snelheid opvoerde en dichterbij kwam, behielden de twee koplopers een comfortabele voorsprong.
Bij het bestijgen van de tweede gecategoriseerde klim van de dag, de 4,2 kilometer lange Monsano, reden de twee al bijna twee uur samen aan kop. Inmiddels was ook duidelijk wie zich de betere klimmer mocht noemen.
Dat was Alaphilippe, die zijn medevluchter op de pittige Ostra van zich af leek te schudden. Maestri kon Alaphilippe maar moeilijk bijbenen op de korte klim. Met nog twintig kilometer te gaan, met de lastigste klim nog op het programma, was de voorsprong onder de minuut gedoken.
Grote moeite
De definitieve beslissing viel op die lastige laatste klim, de Monte Giove. Vrijwel meteen moest Maestri lossen, op tien kilometer van de streep. Niet dat Alaphilippe het eenvoudig had, integendeel. De Fransman stond op het steilste stuk vrijwel stil en had zichtbaar grote moeite.
Maar Alaphilippe hield stand, waarna een fraaie solo volgde. Het voltooien van een fraaie trilogie kwam in zicht voor de renner van Soudal Quick-Step, die eerder in zijn loopbaan al eens tijdens de Tour de France en Vuelta zegevierde.
Met een grijns en een zwaaiende vinger ging de tweevoudig wereldkampioen onder de boog van de laatste kilometer door. Na een schitterende aanval van 138 kilometer was zijn eerste Giro-zege een feit.
