Depay heeft doelpuntenrecord in Oranje nooit uit hoofd gezet: 'Ik blijf hongerig'
Je hebt strafschoppen die verdraaid slecht worden ingeschoten. Of die er met geluk ingaan. En dan heb je de strafschop van Memphis Depay afgelopen week tegen Internazionale in de Champions League. Beestachtig raak.
Twee keer diep ademhalen, een aanloopje en dan rammen. Keihard rammen. De bal eindigt snoeihard in de linkerbovenhoek. De keeper, die naar rechts duikt, is kansloos. Even later schaart Atlético Madrid zich bij de beste acht ploegen van Europa.
In die strafschop zit alles wat Depay, die daarvoor al met zijn gelijkmaker voor de verlenging had gezorgd, een bijzondere voetballer maakt. Vol overtuiging, vol zelfvertrouwen. En die Depay ziet Ronald Koeman maar al te graag.
"Ik heb het idee dat hij groeit richting zijn beste vorm", stelt de bondscoach. "Bij momenten zie je bij hem weer dat onvoorspelbare, het snelle wegdraaien, het belangrijk zijn. Hij komt van ver."
Noodgedwongen kwakkelen
De laatste drie seizoenen miste Depay alleen al bij zijn clubs FC Barcelona en Atlético 52 duels vanwege blessures. Om die reden zat hij het afgelopen jaar ook niet bij het Nederlands elftal.
Het is noodgedwongen kwakkelen voor de inmiddels dertigjarige Depay, tien jaar geleden op het WK in Brazilië nog uitgeroepen tot een van de beste jonge spelers van het toernooi. Hoe goed was Depay geweest als hij meer duels had gespeeld?
Het is een flauwe vraag, waarbij het flauwe antwoord luidt dat 'als' niet bestaat in topsport. Als Depay fit is, kan hij een voetballer van de buitencategorie zijn. Dat heeft hij vaak genoeg, zeker bij Oranje, laten zien.
In 2024 speelde Depay tot op heden zestien duels voor Atlético, waarin hij zeven keer scoorde en twee assists gaf. Beetje bij beetje voelt hij zich beter worden. "Ik heb nu een reeks van maanden dat ik weer fit ben."
"Uit mijn statistieken en mijn sprints van hoge intensiteit blijkt dat het goed zit. Ik heb het laagste vetpercentage van de laatste tien jaar. En als je dan belangrijk kunt zijn, waardeer je dat", zegt de aanvaller.
Wat verder opvalt aan zijn Spaanse cijfers: hij speelde pas één keer de volle negentig minuten. "Terwijl mijn lichaam dat wel nodig heeft en dat zeker ook aankan. Maar het is wat het is", zucht Depay, die met clubtopscorer Álvaro Morata een geduchte concurrent heeft.
"Memphis moet nog meer spelen om daadwerkelijk zijn topvorm aan te tikken", vindt Koeman. "Ik denk alleen niet dat ik hem bij Oranje twee keer negentig minuten kan laten spelen. Ik denk persoonlijk dat hij dat nog niet aankan."
Topscorer aller tijden?
Tijdens de eerste periode van Koeman (2018-2020) werd Depay, doorgebroken als vleugelaanvaller, de onbetwiste spits van het Nederlands elftal. Dat deed hij op zijn manier. Door te zwerven over het veld, mee te bouwen aan aanvallen en beslissend te zijn voor de goal.
"Ik denk dat wanneer ik de hele tijd op mijn positie in de spits was gebleven, ik niet zoveel goals had gemaakt in Oranje", concludeert Depay. De teller staat na 88 interlands op het indrukwekkende aantal van 44 goals. Nog maar 6 minder dan topscorer aller tijden Robin van Persie.
Depay mag bij Oranje dan een jaar lang hebben geschitterd door afwezigheid, dat mogelijke record is nooit uit zijn hoofd verdwenen. "Nee, natuurlijk niet. Ik wil altijd iets verbreken en ben heel erg gemotiveerd om nog zeven, twintig of dertig goals te maken."
Maar er is meer dan alleen doelpunten voor Depay. "Ik ben ook altijd op zoek naar assists, laat dat er alsjeblieft niet buiten. Volgens mij heb ik in dat klassement ook bijna het record te pakken."
Databureau Opta heeft de cijfers sinds het WK van 1978 en daarin heeft alleen Wesley Sneijder (33) meer assists op zijn naam dan Depay (28), die samen met Rafael van der Vaart en Arjen Robben plaats twee deelt.
"Het zijn mooie records en ik ben nog altijd hongerig, maar geef mij toch maar liever de Europese beker met het hele team", concludeert de oud-PSV'er. "Genoeg gepraat. Ik wil lekker voetballen."