NBA-sterren breken ook in ereduel records: 'East' wint All Star Game met 211 punten
De jaarlijkse All Star-wedstrijd in de NBA heeft, geheel in stijl van het huidige seizoen van de Amerikaanse basketbalcompetitie, een nieuw puntenrecord opgeleverd. De toppers uit de oostenlijke divisies versloegen de sterren uit het westen met 211-186. Nog nooit maakte het winnende team zoveel punten in het ereduel.
Dit seizoen sneuvelen in het reguliere NBA-seizoen veel records, De gemiddelde scores van alle teams zijn uitzonderlijk hoog (115,9 per wedstrijd) en ook individuele uitschieters van 70 punten of zelfs meer komen vaker voor.
In de Gainbridge Fieldhouse Arena in Indianapolis waren zondagavond de geschiedenisboeken van de All Star Game, waarin doorgaans niet al te intensief wordt verdedigd en het vooral om de show draait, aan de beurt.
MVP Lillard
Damian Lillard kroonde zich bij de 73ste editie van de All Star Game tot de grote man van het weekend. Nadat hij zaterdag de driepuntswedstrijd voor het tweede jaar op rij won, nam Lillard zondag het oosten bij de hand voor de winst in de jaarlijkse prestigestrijd: 211-186.
Indiana Pacers-speler Tyrese Haliburton opende het spektakel in het stadion van zijn club, waar het duel tussen 'East' en 'West' zondag plaatsvond. Hij kreeg de fans in de stad van zijn ploeg al in het eerste kwart op de banken met vijf driepunters namens het oosten.
Het team uit het westen, waar LeBron James voor de twintigste keer zijn opwachting maakte als All Star, kon nog even mee in die scoringsdrift, maar in het tweede kwart werden de verhoudingen duidelijk.
Lillard werd vervolgens de ster van de avond. De speler van Milwaukee Bucks schoot uit alle hoeken en standen, zelfs tweemaal vanaf de middenlijn, raak. Hij was in totaal goed voor 39 punten, waaronder elf rake driepunters, en werd na afloop uitgeroepen tot de meest waardevolle speler (MVP), waarvoor hij de Kobe Bryant-trofee ontving.
Karl-Anthony Towns (Minnesota Timberwolves, East) werd met 50 punten topscorer van het duel.
De basisklanten die starten in een All-Star Game zijn gekozen door fans, de spelers zelf en media. De andere veertien basketballers zijn door NBA-coaches geselecteerd.
Meer records
De score van het winnende team uit het oosten (211) was niet het enige nieuwe record. Ook de totale productie van beide teams (397) was een record, net als het aantal (rake) schoten van achter de driepuntslijn.
Stephen Curry kwam in zijn tiende All Star Game voor het eerst van de bank en kon zijn stempel niet drukken. Een dag eerder stond de beste driepuntsschutter ooit in de NBA wel in de schijnwerpers. Hij won een bijzondere clash met Sabrina Ionescu, de beste afstandsschutter uit de WNBA.
Traditionele opzet
Voor het eerst sinds 2017 kende de All Star Game weer de traditionele opzet: een strijd tussen de beste spelers van clubs uit het oosten van de Verenigde Staten tegen de sterren uit het westen. Ook de klok tikte dit jaar zonder poespas: de wedstrijd duurde vier kwarten van twaalf minuten.
In de afgelopen jaren werden vedettes als LeBron James en Giannis Antetokounmpo aangewezen als teamcaptains, die vervolgens hun eigen sterrensemble mochten samenstellen en werden foefjes bedacht om de prestigestrijd in het vierde kwart anders te beslissen dan met een aflopende klok.
Startende spelers All Star Game
Team East | Team West |
Tyrese Haliburton (Indiana Pacers) | Luka Doncic (Dallas Mavericks) |
Damian Lillard (Milwaukee Bucks) | Shai Gilgeous-Alexander (OKC Thunder) |
Giannis Antetokounmpo (Milwaukee Bucks) | Kevin Durant (Phoenix Suns) |
Jayson Tatum (Boston Celtics) | LeBron James (LA Lakers) |
Bam Adebayo (Miami Heat)* | Nikola Jokic (Denver Nuggets) |
*Verving de geblesseerde Joel Embiid |