Utrecht: opkoopbescherming werkt, meer woningen naar starters
De gemeente Utrecht stelt dat een verbod voor beleggers om huurhuizen te kopen het gewenste effect heeft. Door de opkoopbescherming kunnen meer mensen een woning vinden, blijkt uit een analyse door het Kadaster.
Waar in 2018 13 procent van alle verkochte huizen naar een verhuurder ging, was dat in de eerste helft van dit jaar nog maar 2 procent. Het aantal starters op de woningmarkt groeide: van 26 procent in de tweede helft van 2012 naar 53 procent het afgelopen halfjaar.
"Het is goed om te zien dat de opkoopbescherming werkt", zegt wethouder De Vries van Wonen. "Het sluit aan bij ons uitgangspunt dat wonen geen verdienmodel mag zijn; het is een fundamenteel recht."
Meer starters
Utrecht was een van de eerste gemeenten die de opkoopbescherming invoerden toen dat in 2022 wettelijk mogelijk werd voor gemeenten met woningtekorten. Voor huizen in de goedkope en middensegmenten werd de koper voortaan verplicht om daadwerkelijk in de woning te gaan wonen. In Utrecht geldt dat momenteel voor alle huizen onder de 587.000 euro.
Zo werd voorkomen dat beleggers particulieren uit de markt bieden. In Utrecht profiteerden vooral starters daarvan: hun aandeel groeide in deze segmenten van 41 procent in 2020 naar 62 procent dit jaar, terwijl investeerders terugvielen van 17 procent naar 3 procent.
In ongeveer 85 gevallen maakte de gemeente een uitzondering voor een koper om toch te verhuren, voornamelijk als iemand een woning kocht voor een familielid om in te wonen. Er werden twee bestuurlijke boetes opgelegd, die bedragen maximaal 12.500 euro.
Ook voor duurder segment
In de analyse wordt ook gekeken naar de wens van de gemeenteraad om voor duurdere segmenten eveneens een opkoopverbod in te stellen. De gemeente twijfelt echter of dat proportioneel is: 423 woning boven de 550.000 euro gingen al naar starters dit jaar, tegen slechts 25 die werden opgekocht door investeerders.
Het advies is dan ook om niet nu al na een jaar zo'n aanpassing te doen, maar in ieder geval te wachten tot de wet na 5 jaar wordt geëvalueerd.