WB-zilver Kok in Tomaszów, Wiklund klopt Groenewoud en 'dramatische' Schouten

Femke Kok is bij de wereldbekerwedstrijden in het Poolse Tomaszów tweede geworden op de 500 meter. Alleen de Zuid-Koreaanse Kim Min-sun was sneller dan de regerend wereldkampioene.

Ook op de 3.000 meter was er Nederlands eremetaal. Marijke Groenewoud eindigde als tweede achter Ragne Wiklund. Irene Schouten pakte - tot haar frustratie - brons.

Grootste verrassing op de eerste 500 meter van dit weekend was dat Erin Jackson, olympisch kampioene op de kortste sprintafstand, niet op het podium eindigde. De Amerikaanse, die al twee keer een wereldbeker won dit seizoen, kwam met een tijd van 38,17 niet verder dan de vierde plaats.

Kok versus Goetz

Kok was in haar rit gekoppeld aan Kimi Goetz, de winnares van de eerste wereldbekerrace over 500 meter van dit seizoen. De opening van de Nederlandse was sneller dan in de afgelopen wereldbekers, maar Goetz bleef dicht bij haar in de buurt.

In de laatste bocht kwam Kok onder de Amerikaanse door, waarna ze de rit nog met een redelijk ruim verschil won in 37,95. In de slotrit dook Kim, die vorige week in Stavanger ook de snelste was, daar met 37,82 nog net onder.

Jutta Leerdam, de nummer vier van het wereldbekerklassement op de 500 meter, is niet van de partij in Polen. Haar ploeg Jumbo-Visma verkiest namelijk een trainingskamp in het Italiaanse Collalbo boven de laatste wereldbeker voor de NK afstanden.

De Jong terug na blessureleed

Michelle de Jong keerde in Peking terug in het wereldbekercircuit na een scheenbeenvliesontsteking. De Nederlands kampioene sprint van 2022, die dankzij een wildcard direct weer in de A-groep mocht beginnen, verscheen al in rit 1 op het ijs.

Ze startte met 10,6 seconden wat trager dan normaal, maar bleef haar directe tegenstandster Nadezhda Morozova uit Kazachstan wel voor en snelde door naar 38,52, goed voor de achtste plaats.

De langeafstandsspecialisten hadden het bij de 3.000 meter zwaar op het Poolse ijs. Schouten kwam als eerste van de favorieten op het ijs en moest diep gaan om de rondetijden niet te ver te laten oplopen.

Schouten teleurgesteld

Aan haar tegenstandster Laura Hall uit Canada had Schouten, de regerend olympisch kampioene, niet veel. Ze reed ver voor en had geen richtpunt. Schouten kwam na drie kilometer zichtbaar vermoeid over de streep en zag tot haar eigen teleurstelling dat haar tijd 4.07,74 was.

Na afloop sprak ze van een "dramatisch slechte race".

Groenewoud wist vervolgens wat ze moest doen om haar landgenote te verslaan. Ze startte sneller dan Schouten, maar eindigde haar race met langzamere ronden. Toch had ze in het eerste gedeelte net genoeg voorsprong opgebouwd en dook ze onder de tijd van Schouten: 4.07,03.

Maar toen moest Wiklund nog komen. De wereldkampioene reed een wat vlakkere race dan de twee Nederlandsen en was met 4.06,69 de sterkste. Het betekende voor de 23-jarige Noorse haar zesde wereldbekerzege op rij op de 3.000 meter. De laatste die dat lukte, was Martina Sablikova. Zij won er zeven op een rij tussen december 2014 en januari 2016.

Joy Beune eindigde op de voor haar inmiddels welbekende vierde plaats. Van de zeven individuele races van dit seizoen, werd ze zes keer vierde.