NOS Sport

Kamminga helpt Nederland aan eerste goud op EK, Corbeau pakt brons

Kamminga helpt Nederland aan eerste goud op EK, Corbeau pakt brons

Arno Kamminga heeft bij de Europese kampioenschappen kortebaan in het Roemeense Otopeni het eerste goud voor Nederland binnengesleept. Hij zegevierde nipt op de 100 meter schoolslag. Caspar Corbeau maakte het Oranje-succes compleet door ook het podium te halen en naar brons te zwemmen.

De 28-jarige Kamminga, de nummer drie van twee jaar geleden en snelste in 2019, lag halverwege zesde en leek te worden afgetroefd door titelverdediger Nicolo Martinenghi, maar finishte net iets gehaaider dan de Italiaan, die 0,05 seconde moest toegeven.

De 22-jarige in de VS geboren Corbeau had in de ochtenduren al zijn persoonlijk record verbeterd tot 56,85 en knabbelde daar in de finale met 56,66 nog weer een stukje vanaf. Hij pakte zijn eerste individuele medaille op een groot toernooi.

Arno Kamminga en Caspar Corbeau feliciteren elkaar met hun klasseringen

Kamminga was zeer in zijn nopjes met het heroveren van zijn titel. "Dit laat zien dat ik terug ben. Ik heb vaak genoeg gezegd dat ik een lastige tijd heb gehad", refereerde de winnaar van twee zilveren medailles op de Olympische Spelen van 2021 in Tokio aan het moeizame vorige seizoen. "Nu sta ik weer bovenaan en laat ik zien dat ik weer kan winnen. Ik doe het als het moet."

Dat hij stevig in de achtervolging moest, verraste hem niet. "Ik weet dat het allemaal '50-meterkampioentjes' zijn. Ik moet het van mijn laatste baan en van de finish hebben. Dat was het raceplan en dat heb ik ook gedaan. Het was net genoeg."

Nicolo Martinenghi, Arno Kamminga en Caspar Corbeau

Thomas Jansen wist zich niet te plaatsten voor de finale van de 200 meter wisselslag, maar kon niettemin terugkijken op een geslaagd optreden. Na zijn vijftiende tijd in de series zwom de 22-jarige allrounder in de halve finales met 1.56,73 een dik persoonlijk record. Dat was niet genoeg voor een plek in de eindstrijd: negende, op 0,61 seconde van nummer acht.

Dik PR ongenaakbare Schouten

Tes Schouten plaatste zich zoals verwacht voor de finale van de 200 meter schoolslag, maar reageerde toch vol verbazing nadat ze in haar halve eindstrijd als eerste had aangetikt. Ze had niet alleen het Nederlands record, dat al sinds een jaar in haar handen was met 2.19,19, verbeterd, maar daar ook nog eens maar liefst een dikke seconde vanaf gesnoept.

Schouten finishte in 2.16,98 en nam daarmee een voorschot op de Europese titel. Nummer twee Thea Blomsterberg uit Denemarken was 2,6 seconden langzamer.

Schouten verrast zichzelf met dik persoonlijk record

Kira Toussaint was bij het vorige EK kortebaan, in 2021 in Kazan, een ware gouddelfster met triomfen op alle rugslagnummers (50, 100 en 200 meter). Een herhaling van dat huzarenstukje zit er niet meer in: de 29-jarige Amstelveense moest in Otopeni in de finale van de 200 meter genoegen nemen met de zesde plaats.

Met nog één baantje van 25 meter te gaan zwom Toussaint op de vierde positie, maar van een eindsprint die haar op het podium zou helpen, kwam het niet meer. Integendeel, de houdster van het Nederlands record met 2.01,26 (twee jaar geleden neergezet in Kazan) zakte juist weg en tikte aan in 2.04,47. Medi Harris uit Wales, die al na 50 meter de leiding greep, veroverde met 2.02,45 de titel.

Toussaint meer een sprintster

Later op de avond onderstreepte Toussaint dat ze toch meer een sprintster is, al liet de titelhoudster zich in haar halve finale op de 50 meter rugslag nipt aftroeven door de Zweedse Louise Hansson: 26,23 om 26,29. De Nederlandse was daarmee iets langzamer dan in de ochtenduren, toen ze 26,15 noteerde.

In het kielzog van haar landgenote bracht de 21-jarige Tessa Giele haar persoonlijk record op 26,54, de vijfde tijd van het halvefinaleveld en dus goed voor een plaats in de eindstrijd van vrijdag.

Kira Toussaint

Toussaint, Schouten en Giele kwamen ook nog in actie op het slotnummer van de derde EK-dag. Samen met Valerie van Roon eindigden ze als vierde op de 4x50 meter wisselslag. Met 1.45,78 bleef het podium ver uit zicht. De titel ging met 1.43,26 naar het Zweedse kwartet.

Proud mist WR Dressel maar net

Benjamin Proud sprintte naar de titel op de 50 meter vrije slag. De Brit was titelverdediger Szebasztian Szabo en Florent Manoudou ruim te snel af.

De 29-jarige Proud, al eens de beste op de WK korte- en langebaan en op de EK langebaan, liet er geen twijfel over bestaan wie de snelste is. Hij tikte aan na 20,18 en verbeterde daarmee het Europese record dat negen jaar op naam stond van Manoudou. Het uit 2020 stammende wereldrecord van Caeleb Dressel (20,16) bleef maar net buiten bereik.

Benjamin Proud

Ook Daniel Wiffen maakte indruk, maar dan juist op de langste afstand. De 22-jarige Ier veroverde met groot vertoon van macht de gouden medaille op de 1.500 meter vrije slag.

Wiffen, die eerder deze week al het goud pakte op de 400 meter vrije slag, ging als een komeet van start en had binnen een mum van tijd een seconde te pakken op de tussentijden van het wereldrecord uit 2021 van Florian Wellbrock (14.06,88), die in Otopeni op het appel ontbreekt. De Ier moest dat schema uiteindelijk laten gaan, maar zwom met 14.09,11 wel de derde tijd ooit.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl