Invaller Jansen schiet Oranje vlak voor tijd naar winst tegen Engeland
Nederland heeft zich tegen Engeland knap herpakt na de verrassende nederlaag vorige week vrijdag tegen België. In het tweede groepsduel van de Nations League won Oranje met 2-1 van Europees kampioen en verliezend WK-finalist Engeland.
De overwinning kwam pas bij het ingaan van de blessuretijd tot stand, toen invaller Renate Jansen de bal te midden van drie Engelse verdedigers onberispelijk in de bovenhoek schoot.
Door de overwinning heeft Nederland drie punten na twee wedstrijden in de groepsfase van de Nations League, waar plaatsing voor de Olympische Spelen in Parijs op het spel staat.
Oranje moest door de onverwachte nederlaag tegen België (2-1) van vrijdag winnen van de Engelsen om zicht te houden op de Spelen. Door de overwinning is alles nog mogelijk voor Oranje. Ook omdat België en Schotland, de andere landen uit de groep, gelijk hebben gespeeld. De Belgen staan bovenaan met vier punten, gevolgd door Nederland en Engeland met drie en de Schotten met één punt.
Bekijk hier de reacties van Jonker, Van Domselaar, Jansen en Pelova:
Dat Oranje na ruim een half uur op voorsprong kwam, was op basis van het spel voor rust verdiend, maar aan het doelpunt van Lieke Martens ging wel een buitenspelgeval vooraf.
Na goed druk zetten van Jacky Groenen belandde de bal via haar been bij de buitenspel staande Daniëlle van de Donk. Vervolgens bediende zij Lieke Martens, die de bal fraai in de verre hoek lepelde. In de herhaling bleek het duidelijk buitenspel, maar zonder VAR in de Galgenwaard in Utrecht werd het doelpunt gewoon toegekend.
Bekijk hier de drie doelpunten:
Het grootste deel van de tweede helft was Engeland beter en kwam de ploeg van Sarina Wiegman via Allesia Russo verdiend op gelijke hoogte. Maar de ploeg van Andries Jonker rechtte de rug, zoals het de hele wedstrijd met lef en strijd voetbalde, en sleepte in de blessuretijd alsnog de o zo belangrijke overwinning binnen.
Weerzien met Wiegman
Het duel met Engeland betekende ook een weerzien met Wiegman op de Nederlandse velden. Momenteel bondscoach van de Engelse vrouwen, maar jarenlang succesvol bondscoach van het Nederlands elftal, keerde Wiegman terug in het stadion waar in 2017 met Oranje de triomftocht richting de Europese titel begon.
Maar met de huidig Europees kampioen en verliezend WK-finalist Engeland maakte Wiegman geen indruk in de eerste helft tegen Nederland. In het op het WK eigen gemaakte 3-5-2-systeem met Esmee Brugts en Victoria Pelova als wingbacks was Oranje de baas. De Engelsen werden flink onder druk gezet en de voorsprong was dan ook verdiend.
Zo tam als de eerste minuten van de eerste helft waren, zo enerverend waren de laatste minuten. Rachel Daly volleerde - ook al in buitenspelpositie - namens Engeland op de paal, Daphne van Domselaar greep twee keer goed in op schoten van Hemp en Bronze en Lineth Beerensteyn raakte na een touché de lat.
Van Domselaar belangrijk
Het gevaar dat Nederland voor rust vaak creëerde, was een groot deel van de tweede helft niet meer te zien. Engeland liet zien wat het kon en nam het Oranje-doel meerdere keren onder vuur. Van Domselaar, weer in de basis nadat ze tegen België nog werd vervangen door de ongelukkige debutant Jacintha Weimar, verrichte enkele cruciale reddingen.
Oranje kwam goed weg, putte er hoop uit en kwam langzaam weer wat beter in de wedstrijd. Voetballend hield Oranje zich staande en langzaam trok Nederland weer naar het Engelse doel. Met als hoogtepunt de dieptepass van Martens op Jansen, die zonder aarzeling de winnende binnenschoot.
Het Nations League-avontuur van Oranje gaat verder op 29 oktober, als Schotland in Nijmegen de tegenstander is.