Diplomatieke rel over 'Chinese spionnen' verdeelt ook Britse regeringspartij
De arrestatie van twee mannen op verdenking van spionage in het Britse parlement heeft geleid tot diplomatieke wrevel tussen China en het Verenigd Koninkrijk. De Britse premier Sunak eist een einde aan Chinese inmenging, maar dat land spreekt van laster.
De rel leidt ondertussen ook tot verdeeldheid binnen Sunaks Conservatieve partij over hoe hard er tegen China moet worden opgetreden.
Afgelopen weekend werd bekend dat er in maart twee mannen zijn opgepakt op verdenking van het schenden van het staatsgeheim. Het gaat om een dertiger uit het graafschap Oxfordshire bij Londen en iemand in de twintig uit het Schotse Edinburgh. In de Britse hoofdstad was ook een huiszoeking.
Onderzoeker in Parlement
Britse media melden dat een van de mannen een onderzoeker was voor het Britse parlement. De man zou op hoog niveau toegang hebben gehad: hij werkte voor minister Tugendhat van Veiligheid toen die nog parlementariër was, en voor voorzitter Alicia Kearns van de Commissie Buitenlandse Zaken.
Beide mannen zijn tot oktober op borgtocht vrijgelaten. Niet bekend is waarvan de mannen specifiek worden verdacht, maar Britse media spreken over spionage voor China. Geen van hen is officieel aangeklaagd. Het Britse bureau voor terrorismebestrijding doet nog onderzoek naar de zaak.
Een van de gearresteerden laat via zijn advocaat weten "volledig onschuldig" te zijn. "Ik heb mijn carrière gewijd aan voorlichting over de uitdagingen en bedreigingen van de Chinese Communistische Partij. Deze onzinnige nieuwsberichten over beschuldigingen tegen mij gaan in tegen alles waar ik voor sta."
Bedreiging of uitdaging?
Premier Sunak heeft in de marge van de G20-top in India de zaak opgenomen met de Chinese premier Li Qiang. Hij noemde het onacceptabel dat "er inmenging is in onze parlementaire democratie".
De Chinese ambassade in London noemt de zaak juist "volledig uit de duim gezogen, niets dan kwaadwillige smaad". Een woordvoerder wil dat "relevante partijen in het Verenigd Koninkrijk stoppen met hun anti-Chinese politieke manipulaties".
Het bericht komt voor Sunak op een slecht moment. Na jaren spanningen over economische spionage, Chinese mensenrechtenschendingen en repressie in de voormalige kroonkolonie Hongkong wilde hij juist toenadering zoeken tot China: vorige week bracht buitenlandminister Cleverly voor het eerst in vijf jaar een bezoek aan China.
"We moeten China zeker geen vijand noemen. Laten we spreken van een uitdaging", antwoordde handelsminister Badenoch vandaag gevraagd naar de zaak. Er zijn echter ook partijgenoten die een hardere lijn bepleiten en willen dat het kabinet spreekt van een bedreiging.
"In feite negeert China bijna alles wat we zeggen", zegt bijvoorbeeld oud-partijleider Ian Duncan Smith. "Het is geen dialoog, het is een sneue monoloog."
Hij krijgt bijval van partijgenoten in het parlement. "Dit bewijst hoe ver de tentakels van de Chinese Communistische Partij zijn doorgedrongen in Britse instituties", meent Tim Loughton. "Je kunt het niet anders dan een vijandige buitenlandse dreiging noemen."
'Niet schreeuwen aan de zijlijn'
Eerder al noemde de baas van de Britse inlichtingendienst MI6 China "verreweg het belangrijkste aandachtspunt". Zijn collega van de binnenlandse veiligheidsdienst MI5 sprak ook van de grootste strategische uitdaging van het moment. De BBC meldt dat minister Braverman van Binnenlandse Zaken voorstander is van een hardere aanpak van China.
Sunak verdedigt zich tegen de kritiek uit zijn partij met de analyse dat een hardere opstelling dialoog onmogelijk maakt. "Het was de juiste beslissing om hen erop aan te spreken, in plaats van aan de zijlijn te gaan staan schreeuwen."