Van Schip en Havik stunten met WK-goud: 'Kon niet geloven hoe goed ik was'
"Ongelofelijk" en "dit is echt vet, zo cool." Yoeri Havik en Jan-Willem van Schip kunnen hun prestatie nog niet bevatten. Goud op de koppelkoers bij de wereldkampioenschappen baanwielrennen. Een stunt van jewelste op het immer sterk bezette olympisch onderdeel.
Het duo heeft na 20 sprints over 200 ronden (50 kilometer) in de Chris Hoy Velodrome van Glasgow de gehele wereldtop verslagen. "Dit is de reden waarom ik begonnen ben met wielrennen", zegt Havik. "24 jaar later heb ik 'm."
'Iedereen choco'
Hoe ze het geflikt hebben? "Eerlijk gezegd, geen idee joh", zegt Van Schip. Maar ook wanneer de 28-jarige Van Schip geen idee heeft, komt hij met een uitleg. In eigen stijl, met een bijna eigen vocabulaire; 'op z'n Van Schips'.
"Iedereen was choco, hier in de hitte", begint Van Schip, nahijgend en kletsnat van het zweet. "Wij waren ook choco, maar wel met de goede basics." Die basics zijn voor een koppel waar Van Schip onderdeel van is, vaak net iets anders dan bij de concurrentie.
Van Schip: "We hebben zoveel getraind op gekke shit. Dingen waar eigenlijk niemand het mee eens was, Yoeri uiteindelijk gelukkig wel. Havik legt het uit als: "out of the box, alles high speed." Het duo ging in voorbereiding op de wereldkampioenschappen in Glasgow op hoogtestages, trainde alles op de wielerbaan.
Al die kleine dingetjes opgeteld maken dit succes, daar is Van Schip van overtuigd: "Het maakt dat we zo goed weten wat we moeten doen in deze orkaan van gekkigheid."
Doel in het leven
De wereldtitel is na vijf jaar de ultieme bekroning op de samenwerking van Havik en Van Schip. Havik neemt zijn moment om te zeggen hoe trots hij is op Van Schip. Hij weet als weinig anderen hoe zwaar zijn koppelmaatje het soms heeft met het leven.
"Ik heb het echt, echt, echt moeilijk gehad", zegt Van Schip. "Ik vond het leven moeilijk. Vind het leven nog steeds geen aanrader." De koppelkoers geeft hem een doel. Trainen, strijden om uiteindelijk in Parijs op de Olympische Spelen te rijden. Maar vooral ook: samenwerken.
"Het houdt je van de straat, geeft je weer rust. In die zin is koppelen het fijnste wat je kunt doen. Want je kan niet ergens anders zijn, je moet er zijn. En je mag er ook zijn, wij mogen er zijn. En nu is het nog gelukt ook."
"Dat alles hier zo lekker op z'n plek valt, is echt heel fijn." Een voor Van Schips doen ongebruikelijk understatement. De gouden WK-medaille betekent naar alle waarschijnlijkheid dat het duo naar de Spelen gaat. Samen.
Daar werd in het afgelopen jaar aan getwijfeld. Vincent Hoppezak, die op dit WK uitkwam op het omnium, klopt op de deur. Slechts twee van de drie namen kunnen naar Parijs. Maar om de wereldkampioenen, kan niemand heen.
"Ik denk dat we hebben laten zien wat we op de Spelen te zoeken hebben", zegt Havik. In de slotfase zag hij het ongeslagen Deense duo in moeilijkheden. "En ik voelde dat ik nog wel kon. Ik kon niet geloven hoe goed ik was."
Afgekeken van Lavreysen
Op weg naar de laatste sprint gingen Havik en Van Schip in punten aan de leiding. Maar de marges waren voor een koppelkoers ongewoon klein, en aan de eindstreep liggen dubbele punten. Niemand was dus nog zeker van een medaille.
Bekijk hier de gouden race:
Ook Havik en Van Schip niet. Maar dat pakte in hun voordeel uit. In de laatste ronde zag Havik Nieuw-Zeeland vol aangaan op jacht naar brons. "Ik wist: als die Nieuw-Zeelanders sprinten, is het perfect", zegt Havik, zelfs na 199 rondjes een fietsende rekenmachine.
Toch moest hij zelf ook nog in de punten zien te sprinten. Dat lukte. Vier punten waren genoeg om het Britse en Nieuw-Zeelandse duo voor te blijven. "Ik deed alles op het randje. Ik heb goed naar Harrie Lavreysen gekeken van de week."